29 023 Voorzienings- en leveringszekerheid energie

Nr. 217 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 juli 2017

Meerdere gelegenheden heb ik uw Kamer geïnformeerd over de voorgenomen nieuwe 380 kV-hoogspanningsverbinding tussen Rilland en Tilburg (project Zuid-West 380 kV Oost). Deze verbinding is nodig om knelpunten in de transportcapaciteit tussen Zeeland en de landelijke ring, in het onderhoud van de 380 kV-verbinding Rilland-Geertruidenberg en in het Brabantse 150 kV-hoogspanningsnetwerk op te lossen. Het project wordt ruimtelijke ingepast met de Rijkscoördinatieregeling. Met deze brief informeer ik uw Kamer over het voorkeursalternatief (VKA) dat ik voornemens ben op te nemen in het ontwerp-inpassingsplan voor deze hoogspanningsverbinding.

Proces

Het proces om te komen tot een goede ruimtelijke inpassing van de nieuwe 380 kV-hoogspanningsverbinding tussen Rilland en Tilburg is in 2009 begonnen. Tussen 2009 en 2011 zijn een startnotitie, richtlijnen en een milieueffectrapportage opgesteld. Op basis van deze informatie is in april 2011 een VKA vastgesteld. Dit was een tracé in het noorden van het zoekgebied, waarbij de bestaande en nieuwe 380 kV-verbindingen op delen van het tracé gecombineerd werden in één mast. In augustus 2014 hebben de Minister van Infrastructuur en Milieu en ik dat VKA tussen Roosendaal/Borchwerf en Tilburg uit 2011 heroverwogen, omdat uit onderzoek van TenneT bleek dat op basis van voortschrijdend technisch inzicht de combinatie van twee 380 kV-hoogspanningsverbindingen op één mast in de landelijke ring risico’s voor de leveringszekerheid zou opleveren. Dit is onwenselijk. Zonder combinatie van twee 380 kV-verbindingen op één mast was dit tracé niet meer ruimtelijk inpasbaar. Bij gebrek aan een alternatief in het noorden van het zoekgebied, is besloten het voorgenomen tracé vanaf Roosendaal/Borchwerf naar Tilburg te wijzigen in een zuidelijker gelegen tracé.

Dit leidde tot onrust in delen van de regio en daarom heb ik in 2015 besloten de mogelijkheid te bieden om met alternatieven te komen. De regio heeft hier gehoor aan gegeven en diverse, goed onderbouwde alternatieven aangedragen die meegenomen zijn in het milieuonderzoek. In intensief overleg met de indieners van de diverse alternatieven zijn de tracés geoptimaliseerd en zijn oplossingen voor plaatselijke knelpunten gevonden. Dit heeft onder meer geleid tot varianten op het oorspronkelijke noordelijke tracé, die dit tracé toch ruimtelijk inpasbaar maken. Ik heb waardering voor eenieders inzet in dit proces, dat geleid heeft tot het onderzoeken van meer mogelijkheden die aansluiten bij de ruimtelijke wensen en behoeftes in de regio.

Op 31 maart jl. heeft TenneT een integrale effectenanalyse opgeleverd1, waarin de effecten van de verschillende alternatieven en varianten op milieu, kosten en nettechniek in kaart zijn gebracht. Vervolgens heb ik aan de samenwerkende overheden van West- en Midden-Brabant gevraagd om alle alternatieven en varianten te toetsen op lokale gevolgen en een integraal advies te geven. Op 1 juni jl. hebben de samenwerkende overheden mij hun advies overhandigd. Zij pleiten unaniem voor een tracé in het noorden van het zoekgebied.

Keuze voor het voorkeursalternatief

Ik ben voornemens het tracé waarvoor de samenwerkende overheden hun voorkeur hebben uitgesproken, vast te leggen in een ontwerp-inpassingsplan. Het voorgenomen tracé loopt vanaf Rilland via Woensdrecht en Roosendaal-Borchwerf naar Standdaarbuiten en vervolgens via Zevenbergschenhoek en Hooge Zwaluwe naar Geertruidenberg. Hierna loopt het tracé richting 's-Gravenmoer en via de bosroute bij Huis ter Heide naar het nieuw aan te leggen 380 kV-station op de locatie De Spinder ten noorden van Tilburg. Als bijlage is een overzichtskaart van het voorgenomen tracé toegevoegd2.

Het VKA bevat vier varianten op het basisalternatief dat in de Integrale effectenanalyse wordt aangeduid als alternatief Paars:

  • 1. De variant Woensdrecht ligt deels ondergronds bij de Brabantse Wal vanwege verschillende knelpunten bij Woensdrecht (onder andere Natura 2000 en effecten op landschap);

  • 2. De variant Westzijde A17 bundelt met de A17 aan de westzijde daarvan in plaats van aan de oostzijde. Dit heeft landschappelijke voordelen en ontziet gevoelige bestemmingen;

  • 3. De variant Biesbosch-Hooge Zwaluwe bundelt tussen Moerdijk en Geertruidenberg met de bestaande 380 kV-verbinding aan de zuidzijde in plaats van aan de noordzijde. Hierdoor wordt een kruising met de bestaande 380 kV-verbinding voorkomen en wordt voorkomen dat Oud-Drimmelen tussen twee hoogspanningsverbindingen in komt te liggen;

  • 4. De variant Bosroute is opgenomen om te voorkomen dat de woningen bij De Moer ingesloten raken tussen de nieuwe en de bestaande verbinding. Zowel de bestaande als de nieuwe 380 kV-verbinding komen in het noordoosten van natuurgebied Huis ter Heide te liggen.

Bij de keuze voor een tracé worden de effecten van de verschillende alternatieven en varianten op omgeving, milieu, kosten en nettechniek integraal gewogen.

Normaal gesproken worden verschillende tracéalternatieven afgezet tegen het Meest Milieuvriendelijk Alternatief (MMA). Het bleek in dit project echter niet mogelijk om een eenduidig MMA vast te stellen, omdat de scores op de milieueffecten dermate uiteen lopen dat er niet één tracé is vast te stellen dat op alle milieucriteria goed scoort. Er zijn wel thematische MMA’s vastgesteld voor leefomgevingskwaliteit, landschap en natuur. Nu een integraal MMA ontbreekt, vergelijk ik de milieueffecten, kosten en nettechnische effecten van het voorkeurstracé van de samenwerkende overheden (hierna: het meest gedragen tracé) met de effecten van andere tracéalternatieven.

Milieuaspecten

Voor de tracékeuze zijn de milieuaspecten leefomgevingskwaliteit, landschap en cultuurhistorie en natuur het meest maatgevend omdat de nieuwe hoogspanningsverbinding voor deze milieuaspecten de meeste permanente effecten veroorzaakt, die daarbij niet of slechts deels beperkt kunnen worden.

Op leefomgevingskwaliteit scoort het meest gedragen tracé goed op vrij te spelen gevoelige bestemmingen. Door te combineren met de nieuwe 380 kV-verbinding kunnen bestaande 150 kV-verbindingen worden afgebroken. Daarmee ligt een aanzienlijk aantal woningen straks niet langer in een magneetveldzone. De twee zuidelijke tracéalternatieven scoren op dit punt nog beter, maar niet als de vrij te spelen gevoelige bestemmingen bij Breda buiten beschouwing worden gelaten. Ik doe dat, omdat de gemeente Breda gebruik wil maken van de Verkabelingsregeling (onderdeel van het wetsvoorstel Voortgang energietransitie, dat momenteel aanhangig is bij uw Kamer (Kamerstuk 34 627)) om deze sowieso vrij te spelen. Voor wat betreft het aantal (nieuwe) gevoelige bestemmingen in de magneetveldzone van de nieuwe hoogspanningsverbinding scoort het meest gedragen tracé minder goed dan sommige andere tracéalternatieven. De zogenoemde vrije tracés, die niet bundelen of combineren met bestaande infrastructuur, scoren op dit punt beter. Deze tracés zijn echter nieuwe doorsnijdingen en scoren daardoor minder goed op landschap en natuur.

Het meest gedragen tracé scoort gemiddeld op natuur ten opzichte van andere tracés. Het effect op draadslachtoffers is voor het thema natuur het meest maatgevende criterium. Er is een vereenvoudigde passende beoordeling uitgevoerd om de gevolgen op draadslachtoffers in en nabij Natura 2000-gebieden in kaart te brengen. Hieruit volgt dat de gevolgen voor draadslachtoffers geen belemmeringen vormen voor de vergunbaarheid van het meest gedragen tracé. Het meest gedragen tracé leidt tot een beperkt oppervlakteverlies van Natura 2000-gebieden, Natuurnetwerk Brabant- en Natuurnetwerk Nederland-gebieden. Een belangrijk deel van deze effecten kan bij optimalisatie van het tracé echter gemitigeerd en waar noodzakelijk deels gecompenseerd worden.

Het meest gedragen tracé scoort zeer goed op landschap en cultuurhistorie, omdat het zo min mogelijk open landschap doorsnijdt. Daarnaast sluit dit tracé goed aan bij de principes uit het Derde Structuurschema Elektriciteitsvoorziening (SEV III): het combineert over vrijwel de gehele lengte met bestaande 150 kV-hoogspanningsverbindingen en het bundelt voor een groot gedeelte met de bestaande 380 kV-verbinding en gedeeltelijk ook met andere bovenregionale infrastructuur, zoals de A17. De bestaande 150 kV-verbindingen waarmee wordt gecombineerd, worden afgebroken.

Kosten en nettechniek

Op het onderdeel kosten heeft TenneT aangegeven dat het meest gedragen tracé gemiddeld scoort op kosten. Ook geeft TenneT aan dat, alhoewel er verschillen in complexiteit zijn, alle onderzochte alternatieven en varianten technisch mogelijk zijn. Daarmee is nettechniek geen onderscheidend criterium bij de keuze voor een VKA.

Conclusie

Het meest gedragen tracé scoort zeer goed tot gemiddeld op de maatgevende milieuthema’s landschap en cultuurhistorie en natuur, en minder goed op het thema leefomgeving. Ik realiseer me dat het landschap sterk verbonden is met hoe bewoners hun omgeving ervaren. Ik constateer dat de belanghebbende gemeenten en de provincie dit aspect zwaar hebben laten wegen in hun gezamenlijke keuze om zoveel als mogelijk het open landschap te behouden. Nu het resultaat van die keuze kan rekenen op breed bestuurlijk en maatschappelijk draagvlak neem ik, alles afwegende, het advies van de samenwerkende overheden over.

Aanvullende maatregelen

Om de ruimtelijke aanvaardbaarheid van het VKA te vergroten neem ik een aantal aanvullende maatregelen, in lijn met het advies van de samenwerkende overheden.

Ik heb begrip voor de ruimtelijke druk die de gemeente Geertruidenberg ervaart bij de inpassing van de nieuwe 380 kV-verbinding. Deze gemeente is ruimtelijk zwaar belast met veel energie-infrastructuur. Om deze druk te verminderen zal ik TenneT verzoeken het gedeelte van de 150 kV-verbinding Geertruidenberg-Waalwijk dat door de kernen van Geertruidenberg en Raamsdonkveer loopt te verkabelen.

Nu ik niet kies voor een zuidelijk VKA, wordt de 150 kV-verbinding in de Bredase wijk Haagse Beemden niet afgebroken als gevolg van de inpassing van de nieuwe 380 kV-verbinding. Deze verbinding valt, net als die in de Bredase wijk Wisselaar, onder de Verkabelingsregeling die is opgenomen in het wetsvoorstel Voortgang energietransitie, dat momenteel aanhangig is bij uw Kamer (Kamerstuk 34 627). Op verzoek van de gemeente Breda krijgt deze verbinding de status van pilot, waarmee wordt ingezet op spoedige realisatie van verkabeling zodra dit wetsvoorstel wet is geworden en in werking is getreden.

Verder zal TenneT vanwege de ruimtelijke druk op Moerdijk in samenwerking met de gemeente en de provincie een planstudie uitvoeren om te onderzoeken op welke wijze tracéoptimalisaties van de nieuwe 380 kV-verbinding bij kunnen dragen aan het verlichten van de ruimtelijke druk. Deze planstudie wordt opgepakt in samenhang met de planstudie windturbine-locaties Windpark A16 in de provincie Noord- Brabant.

Vervolg

Parallel aan het informeren van uw Kamer informeer ik omwonenden per brief over de keuze voor het VKA. Ook zal er een nieuwsbrief verschijnen. Na de zomer zal ik, in samenwerking met TenneT en de samenwerkende overheden, inloopbijeenkomsten op verschillende plekken in de regio organiseren. Het voorgenomen tracé wordt de komende jaren in meer detail uitgewerkt, zodat exacte mastposities bepaald kunnen worden. Dit wordt in nauw overleg met grondeigenaren en andere belanghebbenden gedaan. In de aanloop naar het vastleggen van het VKA in een rijksinpassingsplan zal ik te zijner tijd samen met de Minister van Infrastructuur en Milieu een voorbereidingsbesluit nemen, waarmee de gronden voor de hoogspanningsverbinding zullen worden gereserveerd. TenneT bereidt de milieuonderzoeken voor die noodzakelijk zijn om vergunningen aan te vragen.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

Naar boven