28 684 Naar een veiliger samenleving

Nr. 478 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 oktober 2016

Naar aanleiding van het verzoek van 16 september jl. van de vaste Kamercommissie voor Veiligheid en Justitie informeer ik u, op basis van informatie van de gemeente Zaanstad, de politie en het Openbaar Ministerie, over de situatie in de Zaanse wijk Poelenburg met betrekking tot de overlastgevende jongeren.

Om de onacceptabele overlast en het niet te tolereren gedrag tegen bewoners en politie een halt toe te roepen heeft Zaanstad een pakket maatregelen ingezet, zoals een samenscholingsverbod, gebiedsverboden, een grotere inzet van politie, zero tolerance als het gaat om bejegening van politie of overlastgevend gedrag door jongeren en de inzet van cameratoezicht. Daarnaast zijn de jeugdboa’s continue in de wijk geweest om contact te onderhouden en overlastgevend gedrag te signaleren en te stoppen. Zij zijn ook steeds in omliggende wijken geweest, om te voorkomen dat die jeugd zich zou gaan aansluiten bij- of het conflict zoeken met- de jeugd in Poelenburg.

In de wijk Poelenburg zijn de afgelopen drie maanden in totaal 40 aangiftes gedaan waarvan een deel gerelateerd is aan de onrust. Direct aan de onrust gerelateerd zijn 21 aanhoudingen verricht. Dit betrof onder meer verstoring van de openbare orde en schending van het samenscholingsverbod, openlijke geweldpleging/vernieling, opruiing, het aanzetten tot geweld, belediging wederspannigheid, niet voldoen aan bevel/vordering en bedreiging. Het is niet uitgesloten dat er nog meer aanhoudingen zullen volgen. Conform de vervolgingsrichtlijnen van het Openbaar Ministerie zijn de zaken afgedaan of zullen ze afgedaan worden, waarbij er tot nu toe de volgende afdoeningen zijn: zeven strafbeschikkingen, één OM-zitting, vijf dagvaardingen en twee sepots. Voor een aantal verdachten is het onderzoek nog bezig.

De gemeente Zaanstad kent op wijkniveau en gemeentelijk niveau een groeps- en persoonsgerichte aanpak van jeugdoverlast. Op wijkniveau vormen de sociale wijkteams en jeugdboa’s de basis. Jeugdboa’s zorgen voor contact met- en informatie over jeugdgroepen. Op gemeentelijk niveau is er een gemeentelijk regisseur en vindt in het stedelijk overleg tussen gemeente, wijkteams en politie monitoring van complexe groepen plaats. Plannen voor aanpak van complexe groepen worden in de driehoek besproken. De aanpak en begeleiding van individuele jongeren die extra aandacht nodig hebben wordt besproken met ketenpartners zoals veiligheidshuis, jeugdzorgteam, leerplicht, jongerenwerkers en politie.

In de wijk Poelenburg is een sociaal wijkteam actief, een jeugdzorgteam en een goed lopend verzelfstandigd buurthuis. In de afgelopen jaren is ingezet op het creëren van een sociaal wijkteam en een jeugdteam. Deze teams steken in op de individuele hulpvragen van mensen en initiëren en ondersteunen (bewoners)initiatieven in de wijk. Daarnaast is in de hele wijk de afgelopen vier jaar de openbare ruimte vernieuwd en zijn verschillende activiteiten specifiek gericht op jongeren ontwikkeld. De cijfers uit de verschillende monitoren laten een relatieve verbetering van de positie van de wijk zien, maar Poelenburg scoort nog steeds beneden gemiddeld.

Via de groeps- en persoonsgerichte aanpak was de groep jongeren rondom de vlogger bij de supermarkt al in beeld. Door de vlogs kwamen er nieuwe jongeren bij en veranderde de samenstelling van de groep. In reactie hierop hebben jeugdboa’s, politie en andere partners zich vanaf het begin intensiever met de vlogger en de groep jongeren beziggehouden. Na escalatie van het gedrag van de jongeren is enkele weken een meer repressieve aanpak gevolgd. Dit heeft geleid tot de eerder genoemde maatregelen. Ook heeft de gemeente Zaanstad met de ketenpartners de groep nogmaals volledig doorgelicht en zijn voor acht jongeren die al in beeld waren individuele plannen van aanpak opgesteld, waaraan intensief uitvoering wordt gegeven. Het gaat om acht jongeren met de grootste invloed in de groep (zowel positief als negatief). In individuele gesprekken met de jongeren en hun familie wordt de jongere gewezen op de consequenties en de kansen. Negatief gedrag wordt direct en stevig aangepakt. Elke jongere heeft een eigen regisseur. Voor de rest van de groep zijn algemene maatregelen getroffen, zoals meer contact, meer activiteiten en grondiger monitoring van hun gedrag. De aanpak heeft de afgelopen periode tot rust in de wijk geleid en het overlastgevende gedrag is minder geworden. In totaal gaat het om 30 jongeren, die geen strafblad hebben of als groep criminele delicten hebben gepleegd, ook niet de acht jongeren die individueel in beeld zijn.

Zaanstad heeft bewonersbijeenkomsten gehouden en er is gesproken met de bestaande klankbordgroep. Daarnaast zijn de wijkwethouder en de wethouder jeugd in de wijk geweest om de sfeer te proeven, aanspreekbaar te zijn en om met mensen in gesprek te gaan over de situatie. Mensen uit de wijk met gezag spreken de jongeren zo nodig aan. Onder andere mensen uit de Turkse gemeenschap hebben zich hiervoor aangeboden. Voorts heeft de koepelorganisatie voor Turkse groeperingen in de wijk het initiatief genomen om sleutelfiguren bijeen te brengen, om met hen te zorgen voor invloed op de jongeren en hun omgeving en het organiseren van positieve activiteiten voor de wijk.

De gemeente Zaanstad houdt onverminderd aandacht voor de uitvoering van de plannen van aanpak voor de individuele jongeren, de groepsaanpak en de aandacht voor wijk en bewoners.

In mijn brief van 6 september jl.1 heb ik u geïnformeerd over lokale incidenten met jongeren. Daarbij heb ik vermeld dat voor de aanpak van overlast en jeugdcriminaliteit een uitgebreid en divers pakket van preventieve en repressieve instrumenten beschikbaar is. Het is aan het lokale gezag om te bepalen welke instrumenten in de gegeven omstandigheden het best kunnen worden ingezet en welke verdere acties worden ondernomen bij het eventueel uitblijven van een oplossing. Het gaat hierbij om maatwerk, passend in de specifieke lokale situatie en gericht op preventie en repressie en het bieden van passende zorg en perspectief. Het Ministerie van Veiligheid en Justitie ondersteunt gemeenten bij de problematiek van overlast en criminaliteit van risicojongeren op verschillende wijzen. Zaanstad heeft desgevraagd aangegeven geen behoefte te hebben aan uitbreiding van de bestaande mogelijkheden.

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur


X Noot
1

Kamerstuk 28 684, nr. 474

Naar boven