26 150 Algemene Vergadering der Verenigde Naties

Nr. 193 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN BUITENLANDSE ZAKEN EN VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 september 2021

Met deze brief informeren wij uw Kamer over de inzet van het Koninkrijk der Nederlanden voor de 76e zitting van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (AVVN) te New York. Het verslag in de bijlage1 blikt terug op de 75e zitting van de AVVN (september 2020 – heden). Het formele programma van de 76e AVVN bestaat uit het General Debate en enkele toppen (High Level Dialogue on Energy, High-level meeting rond het 20-jarig bestaan van de Durban Declaratie, de Food Systems Summit, de High-level meeting on the Elimination of Nuclear Weapons en een High-Level Meeting on Poverty Reduction, Jobs and Social Protection). Ook zal de VN aandacht vragen voor de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG’s) tijdens het SDG-moment.

Dit jaar zal de ministeriële week, die plaatsvindt van 20 t/m 24 september 2021, in verband met de COVID-19 pandemie wederom overwegend virtueel plaatsvinden. Als de omstandigheden het toelaten zullen op beperkte schaal fysieke delegaties welkom zijn in New York. Ook het Koninkrijk zal dan een beperkte fysieke delegatie afvaardigen.

Het afgelopen jaar was door de COVID-19 pandemie met alle gevolgen van dien een zwaar jaar, waarin wereldwijd o.a. de gezondheidszorg, mensenrechten, duurzame ontwikkeling en multilaterale samenwerking onder druk stonden. Ondanks dat veel uitdagingen dit jaar blijven bestaan, is het ook een jaar van hoop met nieuwe, duurzame ambities met een essentiële rol voor de VN in de Building Back Better agenda. Het thema van dit jaar is dan ook: «Building resilience through hope – to recover from COVID19, rebuild sustainably, respond to the needs of the planet, respect the rights of people, and revitalize the United Nations». Het Koninkrijk sluit zich hierbij aan en zal gedurende deze AVVN inzetten op «een toekomstbestendige VN voor duurzaam herstel en een veilige en eerlijke wereld».

«Een toekomstbestendige VN...»

Het Koninkrijk is voor zijn welvaart en veiligheid sterk afhankelijk van een effectief functionerend multilateraal stelsel dat in staat is om oplossingen te bieden voor mondiale uitdagingen. Dit stelsel staat onder grote druk en dat brengt risico’s met zich mee. Een toekomstbestendige VN is dan ook van groot belang voor het Koninkrijk en alle landen wereldwijd, en deze speelt een essentiële rol in een op regels gebaseerd multilateraal stelsel. Het Koninkrijk zal o.a. via de EU en de Alliantie voor Multilateralisme inzetten op het blijvend versterken en borgen van multilaterale samenwerking. Daarbij is de recente «Gezamenlijke mededeling van de Europese Commissie en de Hoge Vertegenwoordiger voor Buitenlandse zaken en Veiligheidsbeleid (Hoge Vertegenwoordiger) aan het Europees Parlement en de Raad over het versterken van de bijdrage van de EU aan op regels gebaseerd multilateralisme» van belang om als EU coherent en in gezamenlijkheid op te trekken. De EU-inzet, zoals vervat in de mededeling 10393/21, t.a.v. de 76ste zitting van de AVVN reflecteert deze hernieuwde gezamenlijke inzet.

Het multilaterale stelsel staat o.a. onder druk omdat verschillende landen in toenemende mate pogen het VN-systeem te ondermijnen. Dit gebeurt bijvoorbeeld door ruime, sturende financiering van VN-organisaties en daaraan gekoppelde personele benoemingen. Daarnaast is er sprake van grote hoeveelheden relatief kleine aanpassingen in teksten, taal en procedures die gezamenlijk en op termijn de normen en waarden uithollen en de effectiviteit van de VN-instellingen, met name op het gebied van bescherming van mensenrechten en universele vrijheden, ondermijnen. Het Koninkrijk volgt deze ontwikkelingen kritisch en zal actief tegenstand bieden door dit in de verschillende gremia te benoemen en agenderen. Hierbij zal het Koninkrijk, waar mogelijk, gezamenlijk optrekken met de EU en gelijkgezinde partners zoals de Verenigde Staten. Daarnaast zal ook actief worden gekeken naar coalities met democratische landen buiten de cirkel van traditionele partners.

VN-hervormingen

Het hervormde VN-ontwikkelingssysteem, inclusief de VN-landenvertegenwoordigers in hun nieuwe rol, heeft zijn toegevoegde waarde laten zien sinds deze hervormingen in 2019 zijn uitgerold, ook tijdens de VN COVID-19 respons. Het Koninkrijk hecht er groot belang aan dat nu wordt doorgepakt bij de implementatie van deze hervormingen en de verdere versterking van de nexus vredesopbouw, ontwikkeling en humanitaire hulp. Voldoende financiële middelen zijn cruciaal voor het goed functioneren van het VN-systeem en in het bijzonder voor de verduurzaming van het hervormingsproces. De afspraken van het Funding Compact dienen nauwgezet gemonitord en nageleefd te worden door zowel de lidstaten als het VN-systeem. Het Koninkrijk had een leidende rol bij de totstandkoming van het Compact in 2019 en zal deze rol blijven spelen.

«...voor een duurzaam herstel...»

Voor een duurzaam herstel is een veelvoud aan factoren van belang. Een belangrijk aspect is de wereldwijde bestrijding van de COVID-19 pandemie, maar ook het tegengaan van structurele problemen en uitdagingen op het gebied van o.a. energie, klimaat, voedselvoorziening, water, onderwijs, gezondheid en mensenrechten.

Bestrijding COVID-19

De COVID-19 pandemie heeft de wereld over de volle breedte geraakt. Het heeft niet alleen tot enorme economische en gezondheidsschade geleid, ook reeds bestaande ongelijkheden zijn en worden vergroot. Waar de economieën van westerse landen met een hoge vaccinatiegraad zich snel lijken te herstellen tot pre-COVID-niveau moeten economische vooruitzichten voor veel ontwikkelingslanden naar beneden worden bijgesteld. Ongelijkheden worden in het bijzonder vergroot voor vrouwen en meisjes: decennialange vooruitgang dreigt teniet te worden gedaan. In veel (ontwikkelings)landen is er een toename van gendergerelateerd geweld, neemt het aantal kindhuwelijken toe en zijn er minder anticonceptiemiddelen beschikbaar. Daarnaast is er sprake van een forse toename van ongeplande (tiener-)zwangerschappen en moeder- en kindsterfte. Ook de resultaten van de bestrijding van chronische pandemieën zoals hiv, tbc en malaria zijn zeker 10 jaar teruggezet. Juist de meest kwetsbaren in de wereld voelen die impact het meest.

De wereldwijde bestrijding van de COVID-19 pandemie en het voorkomen van toekomstige pandemieën zijn daarom van groot belang en vaccins spelen daarbij een cruciale rol. Pas als wereldwijd voldoende mensen gevaccineerd zijn, kan de pandemie tot een halt worden gebracht. Een solidaire verdeling van vaccins is daar onderdeel van, waar bij de allocatie de hoogste noden leidend moeten zijn om de snelle verspreiding van COVID-19 te beperken. Versterkte multilaterale samenwerking is bij de bestrijding van groot belang en het Koninkrijk zal de urgentie hiervan blijven onderstrepen. Daarbij benadrukt het Koninkrijk dat niet alleen de vaccinpijler COVAX, maar ook de andere pijlers van de Access to COVID-19 Tools Accelerator van belang zijn. Alleen zo kan worden gewaarborgd dat de geleverde vaccins goed terechtkomen en worden schadelijke gevolgen van de pandemie voor de lange termijn op reguliere gezondheidszorg, waaronder op seksuele en reproductieve gezondheid, beperkt. De pandemie laat zien hoe belangrijk het is dat landen samenwerken om goed voorbereid te zijn op toekomstige pandemieën en dat de reguliere gezondheidszorg in landen wordt versterkt om te garanderen dat ook de meest gemarginaliseerde groepen mensen toegang hebben tot medische zorg, vaccins, medicijnen en hygiënische leefomstandigheden. In verschillende fora is daarom hernieuwde aandacht voor het voorkomen van toekomstige pandemieën en de financiële middelen die voor deze investeringen nodig zijn.

De beperkte beschikbaarheid van vaccins blijft een zorgwekkend probleem. Om dit probleem aan te pakken, zal een deel van het Nederlandse surplus aan vaccins in natura gedeeld worden met COVAX. Dit is de meest effectieve manier om op korte termijn de tekorten in lage- en middeninkomenslanden te verminderen. Voor de lange termijn ondersteunt het Koninkrijk de inzet om de lokale productiecapaciteit van vaccins in ontwikkelingslanden te vergroten. Het Koninkrijk zal daarom het volgende World Local Production Forum organiseren, waarbij het delen van kennis en technologie centraal zal staan. Van groot belang is dat de COVID-respons- en herstelplannen en de plannen voor het voorkomen van toekomstige pandemieën ook de bestrijding van antimicrobiële resistentie en een One Health benadering gaan omvatten. Tenslotte zal het Koninkrijk inzetten op het prioriteren van de aanpak van COVID-19 in humanitaire crises. Onhygiënische leefomstandigheden en beperkte toegang tot basisgezondheidssituatie vormen namelijk een voedingsbodem voor snelle verspreiding en verslechtering van het ziektebeeld.

Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG’s)

De COVID-19 pandemie heeft ook een duidelijke impact gehad op de mondiale voortgang ten aanzien van het behalen van de SDG’s. Zo concludeert het jaarlijkse voortgangsrapport van de Secretaris-Generaal van de VN (SGVN) dat we verder verwijderd zijn van het behalen van SDG’s 1, 2, 3, 4, 5, 8, 9, 10, 11 en 16 dan voor de COVID-19 pandemie. De Caribische delen van het Koninkrijk zijn ook zwaar getroffen door de gevolgen van de COVID-19 pandemie, vooral op sociaaleconomisch vlak. De huidige wereldwijde beleidsinzet en investeringen zijn op dit moment onvoldoende om de doelen in 2030 te behalen. Daarom is het noodzakelijk om de acties ten behoeve van de SDG’s en het Leave No One Behind principe te versnellen en te versterken. De aanzienlijke negatieve effecten van de pandemie onderstrepen bovendien het belang van een inclusief en groen herstel. De SDG’s geven hier – samen met de doelen van Parijs – concrete invulling aan. Investeren in weerbaarheid wereldwijd helpt om de stabiliteit en gezamenlijke welvaart ook in de toekomst te bewaken.

Het Koninkrijk zal tijdens het High-Level Political Forum on Sustainable Development in juli 2022 rapporteren en presenteren over de eigen nationale SDG-voortgang via een zogenoemd Voluntary National Review (VNR). De komende negen jaar tot 2030 zijn bepalend voor de kwaliteit van leven van toekomstige generaties. Daadkrachtig politiek leiderschap is daarom urgenter dan ooit. Om die reden organiseert de SGVN ook dit jaar weer een speciaal «SDG-moment» tijdens de ministeriële week op het niveau van staatshoofden en regeringsleiders. Het Koninkrijk zal hierbij op hoog niveau aanwezig zijn om zijn toewijding aan het behalen van de SDG’s te onderstrepen.

Klimaat en energie

De AVVN organiseert dit jaar, voor het eerst in 40 jaar, een top over het thema energie. Deze «High Level Dialogue on Energy» richt zich op de energietransitie die nodig is om de SDG7 doelen in 2030 te behalen en het «net-zero» klimaatdoel in 2050. De top biedt de kans om de mondiale betrokkenheid bij deze doelen te versterken en vorm te geven aan de benodigde actie in het komende decennium. Centraal staat de samenhang tussen de klimaatdoelen en het bestrijden van energie-armoede. Het Koninkrijk geeft met klimaatfinanciering al vele jaren prioriteit aan toegang tot hernieuwbare energie voor de armsten en meest kwetsbaren. In de aanloop naar deze top is het Koninkrijk dan ook gevraagd voor een rol van Global Champion, specifiek op het thema energietoegang en ter ondersteuning van het thema financiering. Het Koninkrijk zal benadrukken dat de mondiale energietransitie eerlijk en inclusief moet zijn en specifieke aandacht moet vragen voor het SDG7 subdoel van universele toegang tot schoon koken. Het Koninkrijk zal samen met private partijen, NGO’s en universiteiten de Nederlandse steun voor energietransitie in lage en middeninkomenslanden presenteren, in de vorm van een gezamenlijk «Energy Compact».

Steeds meer landen hebben onder de Overeenkomst van Parijs een herzien nationaal klimaatplan (NDC) ingediend met daarin een verhoogde ambitie zoals op het reduceren van emissies. Desalniettemin zijn meer inspanningen nodig in aanloop naar de VN-klimaattop COP-26, die in november in Glasgow plaatsvindt. Het laatste rapport van het internationale klimaatpanel van de VN (IPCC), dat 9 augustus jl. werd uitgebracht, stelt vast dat door de mens veroorzaakte klimaatverandering overal plaatsvindt en geen evenknie kent in de laatste (honderd)duizenden jaren. Het internationaal afgesproken streefdoel van 1,5°C opwarming zal begin 2030 overschreden worden. Volgens de wetenschappers zijn drastische maatregelen nodig om de uitstoot van broeikasgassen zo snel mogelijk naar beneden te brengen, tot netto nul in 2050. Het Emissions Gap Report van de VN-milieuorganisatie concludeerde eind 2020 dat de tot dan toe ingediende NDC’s van landen alsnog zullen leiden tot 3 graden opwarming, ver boven de 1,5 graden-doelstelling van Parijs. Het Koninkrijk blijft daarom – naast de nationale aanpak via het klimaatakkoord en in Europees verband (de uitwerking van de Green Deal en het Fit For 55 package) – wereldwijd andere landen stimuleren hun aandeel te leveren aan de realisatie van de doelen van Parijs. Tevens blijft de inzet in IMO en ICAO en het ECE/Inland Transport Committee, in aanvulling op UNFCCC, van groot belang voor de verduurzaming van internationale transportmodaliteiten en gerelateerde infrastructuur (de internationale zee- en luchtvaart).

De transitie naar een circulaire economie draagt ook bij aan klimaatmitigatie en adaptatie. In april 2021 heeft het Koninkrijk de mondiale conferentie World Circular Economy Forum + Climate (WCEF+Climate) georganiseerd, waarbij plaatsvervangend SGVN Amina Mohammed deelnam aan een sessie over het belang van circulaire economie bij het behalen van de SDG’s. Tijdens de 76ste zitting van de AVVN is het Koninkrijk voornemens om de circulaire economie te positioneren als een cruciaal onderdeel bij het halen van klimaatdoelstellingen. Daarom zal het Koninkrijk een flagship event organiseren over het belang van circulaire economie in duurzame ontwikkeling, voortbouwend op de uitkomsten van het WCEF+Climate, gebaseerd op het WCEF+Climate Action Statement.

Het Koninkrijk is verheugd met de toegenomen aandacht voor klimaatadaptatie en bouwt graag voort op het momentum van de Climate Adaptation Summit (CAS) van januari 2021. Een aandachtspunt is de benodigde financiering voor adaptatie van ontwikkelingslanden, die vooralsnog achterblijft ten opzichte van mitigatie. De inzet van het Koninkrijk is erop gericht om daar meer balans in te brengen, bijvoorbeeld binnen de grote milieu- en klimaatfondsen zoals het Green Climate Fund (GCF) en de Global Environment Facility (GEF). Binnen die fondsen pleit het Koninkrijk er ook voor dat een groter aandeel van de beschikbare middelen wordt ingezet in de Minst Ontwikkelde Landen (MOL’s) en kleine eilandstaten (SIDS), die extra kwetsbaar zijn. Ten tijde van de CAS heeft het Koninkrijk een extra bijdrage gedaan van EUR 20 mln. aan het Least Developed Countries Fund (LDCF). Hiervan komen de middelen uitsluitend ten goede aan adaptatieactiviteiten in de MOL’s. Ook zal het Koninkrijk in de aanloop naar COP-26 trachten het LDCF bij meer landen in de belangstelling te plaatsen. Tevens blijft het Koninkrijk inzetten op het versterken van nationale adaptatieplanning en -implementatie, o.a. middels kennisuitwisseling tussen publieke en private partijen en samenwerkingen op gebied van innovatie. Zo zet Nederland zich actief in voor adaptatie op het gebied van water en infrastructuur middels de Adaptation Action Coalition, gelanceerd tijdens de CAS en voortbouwend op UNCAS in 2019.

Food Systems

Dit jaar vindt ook de VN Food Systems Summit plaats. Het aantal mensen dat ondervoed is, stijgt al vier jaar (tot vorig jaar 820 miljoen). Bovendien leggen de huidige voedselsystemen een te grote druk op de natuurlijke hulpbronnen en het klimaat. Daarnaast leidt overgewicht wereldwijd tot gezondheidsproblemen. De SGVN wil met deze top de benodigde actie voor de transitie naar een duurzaam en inclusief voedselsysteem versnellen. De top is gestructureerd rondom zogenaamde action tracks waar bedrijven, overheden, NGO’s en kennisinstellingen acties identificeren om meer voortgang te boeken. Daarnaast hebben in alle landen – ook binnen het Koninkrijk – nationale dialogen plaatsgevonden over hoe het eigen voedselsysteem te verbeteren.

Het Koninkrijk ondersteunt de top financieel en neemt waar mogelijk deel aan opkomende internationale initiatieven en actiecoalities. Ook Nederlandse bedrijven, NGO’s en kennisinstellingen zijn actief betrokken en het Netherlands Food Partnership coördineert dit waar nodig. Het Koninkrijk zet in op een concrete en actiegerichte agenda voor duurzame voedselsystemen als uitkomst van de top, en zet er samen met Universiteit Wageningen op in dat deze agenda zoveel mogelijk geleid wordt door wetenschappelijke kennis. Daarnaast ondersteunt het Koninkrijk de mondiale Food Innovation Hubs van het World Economic Forum die de benodigde innovatie in landbouw en voeding mondiaal gaan aanjagen.

Water

Volgens het VN SDG-6 progress report 2021 hebben 2,2 miljard mensen geen toegang tot veilige drinkwatervoorziening en heeft meer dan de helft van de bevolking geen toegang tot veilige sanitatievoorzieningen. Dit heeft consequenties voor de gezondheid, armoedebestrijding, gendergelijkheid en sociale ontwikkeling. Om SDG-6 te behalen in 2030 moet de huidige inzet verviervoudigen. Urgente actie op SDG-6 en andere water gerelateerde doelen is nodig. Daarom zet het Koninkrijk zich in haar rol als covoorzitter van de VN Waterconferentie 2023 in voor het versterken van internationale actie en ambitie ten behoeve van SDG-6 en andere water gerelateerde doelen van de 2030 Agenda. Daarbij staat intersectorale en inclusieve samenwerking gedurende het hele proces voorop, met uiteindelijk doel om van de VN Waterconferentie 2023 een sleutelmoment te maken dat het tij keert richting het behalen van SDG-6 en andere water-gerelateerde doelen van de 2030 Agenda.

Maatschappelijk middenveld en Mensenrechten

Het maatschappelijk middenveld vervult een essentiële rol bij het bevorderen van duurzame en inclusieve ontwikkeling. Daarnaast houden maatschappelijke organisaties overheden en bedrijfsleven scherp op de implementatie en realisatie van internationale verdragen en mensenrechtenstandaarden. Helaas staan wereldwijd de ruimte voor-, en het maatschappelijk middenveld zelf onder druk. De COVID-19 pandemie heeft deze situatie verder verslechterd2. Het Koninkrijk zal zich derhalve tijdens de AVVN blijven inzetten voor een divers en onafhankelijk maatschappelijk middenveld, inclusief journalisten, mediaorganisaties, mensenrechtenverdedigers, sociale bewegingen en jongeren, dat vrij van restrictieve maatregelen en bedreigingen zijn werk kan doen én toegang heeft tot multilaterale besluitvorming en processen.

Het Koninkrijk blijft zich voorts, in partnerschap met maatschappelijke organisaties, inspannen voor de positie van gemarginaliseerde groepen die door de COVID-19 pandemie verder in de verdrukking zijn gekomen, zoals LHBTI’s, vrouwen en meisjes, en religieuze minderheden. Deze AVVN zal de aandacht onder andere uitgaan naar positie van inheemse groepen en natuur- en milieurechtenbeschermers. Ook het komende jaar zal het Koninkrijk zich inzetten voor het actief beschermen van (niet-)religieuze minderheden, waarbij de bescherming van het individu centraal staat en niet de religie an sich.

Daarnaast zal het Koninkrijk met de inkomend President van de AVVN toewerken naar een verplichte presentatie van kandidaat-Mensenrechtenraadleden aan de AVVN conform het model van de SGVN. Een jaarlijks terugkerend plenair debat over de verantwoordelijkheden van het Mensenrechtenraadlidmaatschap zou een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de slagkracht en geloofwaardigheid van de Mensenrechtenraad.

Gendergelijkheid, vrouwenrechten en seksuele reproductieve gezondheid en rechten (SRGR)

Bijna 30 jaar geleden3 maakten overheden met elkaar vooruitstrevende afspraken op het terrein van bevordering van gendergelijkheid, vrouwenrechten en seksuele reproductieve gezondheid en rechten (SRGR). Hoewel op een groot aantal terreinen sindsdien voortgang is geboekt, zoals op het gebied van moedersterfte en van anticonceptie, zijn de beloften van toen in veel gevallen nog niet gerealiseerd. Zonder gendergelijkheid en empowerment van vrouwen zullen de SDG's niet worden bereikt. Door de COVID-19 crisis is de druk op gendergelijkheid, vrouwenrechten en SRGR verder toegenomen. Geweld tegen vrouwen, kindhuwelijken, moedersterfte, ongeplande zwangerschappen en onveilige abortussen nemen toe. Decennia aan vooruitgang op deze thema’s lopen het risico teniet te worden gedaan. Tegelijkertijd wordt ook de regressieve druk op lang bestaande internationale en Europese afspraken op gendergelijkheid, vrouwenrechten en SRGR groter. Het Koninkrijk zal zich inspannen om deze pushback tegen te gaan en zich sterk uitspreken voor deze rechten. In dat kader zal het Koninkrijk tijdens de ministeriële week van de aankomende AVVN een flagship event organiseren over het belang van gendergelijkheid en SRGR.

Het Koninkrijk zal tijdens de AVVN het belang benadrukken van een gender transformatieve benadering4 in de COVID-19 herstelplannen, met aandacht voor inclusiviteit en diversiteit evenals intersectionaliteit5. Het is van groot belang dat vrouwen en meisjes en andere groepen actief betrokken worden in besluitvorming en leiderschap voor COVID-19 respons en herstel. Daarnaast moedigt het Koninkrijk de VN aan om bestaande en nieuwe programma’s gendertransformatief in te zetten. Zo wordt het EU-VN Spotlight Initiative ingezet om de toegenomen risico’s op seksueel en gendergerelateerd geweld in de context van COVID-19 aan te pakken. Tot slot zal het Koninkrijk aandacht vragen voor het belang van feministisch leiderschap en financiering van SRGR en gendergelijkheid, in het bijzonder financiering van vrouwenrechtenorganisaties en feministische organisaties.

Jongeren, Onderwijs en Werk

Wereldwijd zijn er 1,8 miljard jongeren, een enorm aantal voor wie de uitkomsten van een duurzaam herstel van grote invloed zullen zijn. Gelijkwaardige en betekenisvolle participatie van jongeren in besluitvormingsprocessen, zowel nationaal als internationaal en op alle beleidsthema’s, blijft een prioriteit voor het Koninkrijk. Dit draagt bij «intergenerationele gerechtigheid», waarbij er wordt gekeken naar zowel de huidige- als toekomstige effecten van beleid. Het Koninkrijk acht het daarom belangrijk dat jongeren een stem hebben in de VN en zal tijdens AVVN ook actief worden vertegenwoordigd door verschillende VN-jongerenvertegenwoordigers. Daarnaast is onderwijs een belangrijk thema. Jongeren hebben recht op goed onderwijs, en daarmee recht op goede vooruitzichten op werk en het opbouwen van een stabiele toekomst. COVID-19 heeft aangetoond dat onderwijssystemen crisis-bestendig gemaakt moeten worden en er ruimte moet komen voor nieuwe manieren van leren en lesgeven, o.a. via digitalisering. Internationale fondsen zoals het Global Partnership for Education spelen daarbij een cruciale rol. De COVID-19 pandemie heeft ook ingrijpende gevolgen op het gebied van werkgelegenheid: zo is het mondiale banenverlies enorm. Dit raakt vrouwen, jongeren en werkenden in de informele economie het hardst. Tegelijkertijd blijft door schooluitval kinderarbeid een groot probleem, het Koninkrijk zet zich in VN-verband dan ook in voor de strijd tegen kinderarbeid.

Preventie en aanpak van seksueel grensoverschrijdend gedrag (SEAH)

Als ondertekenaar van de OESO DAC-aanbeveling over het beëindigen van seksuele uitbuiting en misbruik en seksuele intimidatie (SEAH), verwelkomt het Koninkrijk het werk van het VN-systeem om SEAH aan te pakken en de vooruitgang die de VN daarbij boekt. Recente seksschandalen waar VN-medewerkers bij betrokken zouden zijn onderstrepen dat deze inspanningen consistent leiderschap behoeven. De VN moet stelselmatig opkomen voor slachtoffers in kwetsbare en afhankelijke posities en een einde maken aan de straffeloosheid die daders de ruimte biedt om door te gaan. Het Koninkrijk hecht daarom aan collectieve inspanningen van donoren om het VN-systeem een eensluidende en coherente boodschap te geven over preventie van seksuele uitbuiting en misbruik en intimidatie. Het doel blijft om normen en standaarden te blijven verhogen en de VN verantwoordelijk te houden voor haar eigen agenda. Dat houdt o.a. in dat IASC Protection from Sexual Exploitation and Abuse (PSEA) principes actief worden uitgedragen en veilige meldingsmechanismes worden gegarandeerd. Het Koninkrijk zal zich sterk maken voor een effectief netwerk van PSEA-coördinatoren als een manier om de VN-infrastructuur ter bestrijding van SEAH te versterken.

Geestelijke gezondheid en psychosociale steun en weerbaarheid (MHPSS)

Sinds de door het Koninkrijk georganiseerde Internationale Conferentie Mind the Mind now (oktober 2019) is veel voortgang geboekt op integratie van geestelijke gezondheid en psychosociale steun (MHPSS) in crisisrespons6. Dat neemt niet weg dat verdere intensivering van de inspanningen hierop noodzakelijk is – zeker omdat de COVID-19 pandemie de psychische noden deed toenemen en het bieden van MHPSS ingewikkelder maakte. Eind 2020 bracht een groep hierop samenwerkende VN-organisaties de Joint Interagency call to action on MHPSS uit, waarin de hoogstnoodzakelijke actie is benoemd. Het Koninkrijk zal de AVVN benutten om MHPSS nog steviger als integraal onderdeel van noodhulp en crisisrespons te laten vastleggen in internationale afspraken, zoals humanitaire resoluties, en om operationalisering van de afspraken te bevorderen. Sinds 2020 werkt het Koninkrijk bovendien aan meer structurele erkenning van de rol van psychosociale factoren in conflicten en van de potentie van MHPSS als onmisbaar onderdeel van vredesopbouw. Op dit vlak hebben inspanningen van het Koninkrijk inmiddels geleid tot initiatieven van VN-organisaties met een taak in vredesopbouw. Tijdens de AVVN zal hierop worden voortgebouwd in nauwe samenwerking met een aantal gelijkgezinde lidstaten.

«...en een veilige en eerlijke wereld.»

Accountability

De strijd tegen straffeloosheid en voor accountability heeft in de afgelopen periode een sterke ontwikkeling doorgemaakt en het Koninkrijk speelt hierbij een actieve rol. Het Koninkrijk blijft zich sterk maken voor het bestrijden van straffeloosheid voor internationale misdrijven en grootschalige mensenrechtenschendingen. Het zet hierbij in op documentatie, bewijsgaring, vervolging en berechting van gruweldaden en gerechtigheid voor slachtoffers. Zo roept het Koninkrijk alle staten op volledig mee te werken aan de uitvoering van Resolutie 2166 van de VN-Veiligheidsraad. Het Koninkrijk benadrukt in dit verband het belang van waarheidsvinding, gerechtigheid en rekenschap voor het neerhalen van vlucht MH17. Dit blijft een prioriteit.

Als verdragspartij bij-, en gastland van het Internationaal Gerechtshof en het Internationaal Strafhof zal het Koninkrijk actief de onafhankelijkheid en het belang van deze hoven blijven verdedigen. Het Koninkrijk monitort daarnaast de opvolging en implementatie van de aanbevelingen die uit de onafhankelijke evaluatie (Independent Expert Review) van het functioneren van het Internationaal Strafhof zijn voortgekomen. Ook blijft het Koninkrijk de huidige inzet voortzetten om de accountability unit bij de Office of the High Commissioner for Human Rights (OHCHR) te versterken. Het Koninkrijk zet zich hiermee in voor een betere verankering van het thema accountability voor mensenrechtenschendingen in het gehele VN-apparaat.

Het Koninkrijk benadrukt het belang van waarheidsvinding, gerechtigheid en rekenschap voor mensenrechtenschendingen en foltering door het Syrische regime, en zet zich hiervoor in. Dit blijkt uit de aansprakelijkstelling van Syrië voor grove mensenrechtenschendingen en foltering in het bijzonder, en de steun aan de bewijzenbank voor Syrië, het IIIM (International, Impartial and Independent Mechanism). Het Koninkrijk zet zich daarnaast in voor het tegengaan van straffeloosheid van ISIS-strijders, ook door steun aan het onderzoeksteam opgericht voor misdrijven die ISIS-strijders hebben begaan in Irak (UNITAD).

Net als vorige jaren blijft het Koninkrijk zich samen met de EU en andere gelijkgezinde landen inzetten voor gerechtigheid in Myanmar, door samenwerking met de bewijzenbank voor Myanmar (Independent Investigative Mechanism for Myanmar – IIMM), het Internationaal Strafhof en de VN speciaal vertegenwoordiger, en door op te roepen tot de volledige implementatie van de voorlopige maatregelen zoals bevolen door het Internationaal Strafhof. Ook hebben het Koninkrijk en Canada hun intentie geuit om gezamenlijk te interveniëren in de zaak die Gambia bij het Internationaal Gerechtshof heeft aangespannen tegen Myanmar.

VN-missies en operaties

Het hervormen en moderniseren van VN-vredesmissies blijven een prioriteit voor het Koninkrijk. Dit is ook de centrale boodschap van het «Action for Peacekeeping» (A4P) initiatief van de SGVN. Het Koninkrijk heeft zich binnen dit initiatief gecommitteerd tot een aanjagende en proactieve rol op de deelthema’s «performance and accountability» en «protection» en zal dit doorzetten. Begin 2021 organiseerde het Koninkrijk samen met de VN een virtueel evenement waar stil werd gestaan bij het driejarige bestaan van de «A4P»-agenda. Het Koninkrijk steunt ook het vervolginitiatief van deze agenda («A4P+»). De UN Peacekeeping Ministerial is vanwege COVID-19 verplaatst naar december 2021. Ter voorbereiding op deze ministeriële bijeenkomst organiseert het Koninkrijk samen met Pakistan een conferentie waarbij het verbeteren van de veiligheid van peacekeepers en de bescherming van de burgerbevolking centraal staan. Deze conferentie is eveneens vanwege COVID-19 verzet naar oktober 2021. Naast doorlopende inzet onder Action for Peacekeeping op «performance and accountability», de bescherming van de burgerbevolking, informatie gestuurd en geïntegreerd optreden door een verbeterd gebruik van inlichtingen, verbeterde veiligheid van peacekeepers, «Women, Peace and Security» en het tegengaan van seksueel misbruik en mishandeling, levert het Koninkrijk in 2021 een personele bijdrage aan de VN-missies MINUSMA, UNIFIL, UNDOF, UNTSO en UNMISS.

VN-Vredesopbouw

Het Koninkrijk is sinds januari 2021 voor een periode van twee jaar lid van de VN Peacebuilding Commission (PBC). Binnen dit VN-forum waar vredesopbouw in (post-)conflictgebieden centraal staat, richt het Koninkrijk zich op de thema’s inclusive justice, MHPSS en Financing for Peacebuilding. Gedurende de 76e AVVN zal het Koninkrijk deze inzet voortzetten. Tijdens de AVVN is een speciale High Level sessie voorzien over financiering van vredesopbouw. Het Koninkrijk beoogt hierbij als constructieve partner mee te denken over oplossingen voor meer structurele en voorspelbare financiering van vredesopbouw. Het Koninkrijk zal bovendien een belangrijke donor blijven van het VN-Vredesopbouw fonds om zo bij te dragen aan vredesopbouw wereldwijd en om een aanjagende rol te spelen t.b.v. de verbeterde integratie van geestelijke gezondheid en psychosociale steun binnen vredesopbouw.

Ontwapening

Ontwapening, wapenbeheersing en non-proliferatie zijn centrale elementen binnen de preventie-agenda van de Geïntegreerde Buitenland- en Veiligheidsstrategie. Binnen de Eerste Commissie van de AVVN wordt gesproken over het opstellen van normen en het verbeteren van de toepassing van bestaande internationale juridische kaders. Het Koninkrijk zet zich onder meer in voor het universeel worden en versterken van het non-proliferatieverdrag (NPV), de inwerkingtreding van het kernstopverdrag (CTBT), het wapenhandelsverdrag (ATT), en het verdrag inzake het verbod op antipersoonsmijnen (Verdrag van Ottawa). Belangrijk hierbij is de verificatie van ontwapeningsovereenkomsten, het werken aan risicovermindering, transparantie, en het bevorderen vertrouwenwekkende maatregelen.

Het welslagen van de aankomende NPV Toetsingsconferentie7 is voor het Koninkrijk een topprioriteit. Het Koninkrijk zal zich m.n. inzetten op het gebied van risk reduction, transparantie, verificatie, het verbod op de productie van splijtbaar materiaal (FMCT), vreedzaam gebruik van nucleaire technologie, het versterken van het NPV-toetsingsmechanisme, het kernstopverdrag (CTBT), de ontwikkeling en verbetering van nucleaire waarborgen door het IAEA en aandacht voor opkomende technologieën. Als vicevoorzitter van de NPV Toetsingsconferentie zal het Koninkrijk zich blijven inzetten voor het vergroten van de effectiviteit van het NPV-proces om zo de kans op een succesvolle uitkomst te vergroten.

Als voorzitter zal het Koninkrijk zich inzetten als trekker van de resolutie over Anti-Personal Mine Ban Convention (APMBC) en de resolutie over de Convention on Certain Conventional Weapons (CCW). In het kader van het APMBC zal de inzet er daarnaast op zijn gericht om enerzijds niet-lidstaten bij het verdrag te betrekken, en anderzijds die landen die achterlopen bij het voldoen aan hun verplichtingen in het kader van het verdrag vastberaden aan te sporen tot herstel. Ter voorkoming van humanitair leed is het belangrijk dat zoveel mogelijk staten het CCW-verdrag en de aanvullende protocollen ratificeren en ondertekenen. Daarnaast zal het in het kader van de CCW het belang van de verdere uitwerking van een normatief en operationeel raamwerk betreffende de inzet en ontwikkeling van autonome wapensystemen benadrukt worden. Er zal ook weer aandacht uitgaan naar de Russisch/Chinese resoluties over No First Placement (NFP) en Prevention of the Placement of Weapons in Outer Space (PPWT) die het Koninkrijk niet steunt in verband met groeiende zorgen over activiteiten van Rusland op het gebied van antisatellietwapens.

Cyberveiligheid

Het Koninkrijk zet zich in VN-verband in voor het versterken van de internationale rechtsorde in het digitale domein, waaronder de waarborging van mensenrechten. Binnen de Eerste Commissie wordt de internationale veiligheidsarchitectuur voor het cyberdomein ontwikkeld, waarvan de onlangs overeengekomen consensusrapporten onder zowel de Open-Ended Working Group als de Group of Governmental Experts de contouren schetsen. Inzet van het Koninkrijk zal zich blijven richten op de toepassing van internationaal recht in cyberspace en de consolidatie en implementatie van aanvullende gedragsnormen ter bevordering van een veilig, open en vrij internet. Bovendien zet NL samen met partnerlanden in op bevordering van de implementatie van de afgesproken normen via een UN Programme of Action for Responsible State Behaviour in Cyberspace, waar ook voor gepleit wordt in de EU Cybersecurity Strategie. Binnen de Derde Commissie wordt ingezet op de complementariteit en consistentie van nieuwe internationale instrumenten met de bestaande instrumenten in de context van cybercrime, en op het bevorderen van een op mensenrechten gebaseerde benadering van cyberspace. Het Koninkrijk zal in de onderhandelingen van het Ad Hoc Committee to Elaborate a Comprehensive International Convention on Countering the Use of Information and Communications Technologies for Criminal Purposes blijven inzetten op de bescherming van mensenrechten en fundamentele vrijheden, betekenisvolle deelname van verschillende belanghebbenden en het zekerstellen van juridische consistentie met bestaande internationale instrumenten. Ter bevordering van de weerbaarheid van de internationale cyberinfrastructuur en om wereldwijde dreiging voortvloeiend uit kwaadaardig gedrag in cyberspace te mitigeren, blijft het Koninkrijk verder inzetten op capaciteitsopbouw en op technische en institutionele kennisoverdracht. Tevens volgt het Koninkrijk actief de ontwikkelingen rondom de uitvoering van de Digital Roadmap en zet het zich samen met partnerlanden in voor het belang van verschillende belanghebbenden, en de synergie tussen de SDG’s en cyberveiligheid.

Nieuwe technologieën

Het Koninkrijk zet zich in verschillende fora, waaronder de AVVN, in voor principles of responsible military use, in lijn met het internationaal recht. Daarnaast worden naar aanleiding van de intensivering inzake nieuwe technologieën en wapenbeheersing (Kamerstuk 33 694, nr. 43) door het kabinet de mogelijkheden in kaart gebracht voor de organisatie van een internationale conferentie in dit kader. De Kamer zal hier separaat over worden geïnformeerd. In het kader van governance van nieuwe technologieën zal er dit jaar in de AVVN opnieuw veel aandacht uitgaan naar de Outer Space resolutie waarin de inzet van het Koninkrijk op ruimteveiligheid terugkomt. Er zal ook veel aandacht uitgaan naar de nieuwe resolutie van China die zich richt op het tegengaan van restricties op het gebied van de overdracht van opkomende technologieën. De komende maanden zal er gewerkt worden aan een gecoördineerde visie vanuit Den Haag op deze resolutie.

Bestrijding van terrorisme en gewelddadig extremisme

Het Koninkrijk zal zich in VN-verband blijven inzetten voor internationale samenwerking op het gebied van contraterrorisme en het tegengaan en voorkomen van gewelddadig extremisme. Aandacht voor mensenrechten staat hierbij centraal. Daarnaast zal worden verkend of de vorig jaar gefinancierde VN scoping mission in Irak gericht op rehabilitatie, re-integratie en vervolging van Iraakse terugkeerders verder kan worden uitgerold binnen het VN Global Framework. Dit geeft verder gevolg aan de Nederlandse inzet op accountability van Foreign Terrorist Fighters (FTFs). In verschillende andere regio’s ondersteunt het Koninkrijk ook VN-programma’s op de preventie van gewelddadig extremisme en het tegengaan van radicalisering. Bijdragen door VN-lidstaten aan het werk van het UN Office of Counter-Terrorism (UNOCT) als het coördinerend kantoor van de UN Global Counter Terrorism Strategy worden door het Koninkrijk gestimuleerd, juist gezien het beperkte aantal landen dat dit kantoor momenteel financieel ondersteunt. Tot slot zet het Koninkrijk zich in voor de aanname van Global Counterterrorism Forum (GCTF) beleidsaanbevelingen ten aanzien van contraterrorisme financiering en civic space waar het Koninkrijk zich samen met Marokko en de VN binnen de GCTF voor heeft ingezet. In dat kader zal het Koninkrijk ook verder gevolg geven aan de implementatie van deze aanbevelingen.

Humanitaire hulp en diplomatie

Wereldwijd hebben dit jaar 237 miljoen mensen noodhulp nodig en in 2022 zal dit aantal waarschijnlijk gelijk blijven of zelfs stijgen door conflict, klimaatverandering, COVID-19, of een combinatie daarvan. De huidige situatie in verschillende landen in crisis laat zien dat principiële humanitaire actie en respect voor internationale normen nog altijd van groot belang zijn. Het Koninkrijk blijft zich hiervoor inzetten, samen met de EU en gelijkgezinde landen. Ook zal de noodzakelijke modernisering en versterking van het internationale noodhulpsysteem, onder meer via de Grand Bargain 2.0, hoog op de agenda van het Koninkrijk blijven staan. Tegelijkertijd is een bredere gezamenlijke inzet, waarbij humanitaire, ontwikkelingssamenwerking- en veiligheidsactoren, landen, hulporganisaties en de private sector samenwerken nodig om grondoorzaken aan te pakken en humanitaire noden te verminderen.

Vrouwen, Vrede en Veiligheid (1325)

Dit jaar is het Vierde Nederlandse Nationale Actieplan inzake Vrouwen, Vrede en Veiligheid (NAP1325-IV) (Kamerstukken 26 150 en 34 952, nr. 190) van start gegaan met een looptijd tot 2025. Met NAP1325-IV draagt de Nederlandse overheid in nauwe samenwerking met het maatschappelijk middenveld bij aan de implementatie van de wereldwijde 1325/ Women, Peace and Security (WPS) agenda. Het Koninkrijk zet zich daarbij in voor een wereld waarin gelijke en betekenisvolle deelname van vrouwen en meisjes in besluitvormingsprocessen ten behoeve van vrede en veiligheid vanzelfsprekend is, duurzame vrede en ontwikkelingskansen voor iedereen realiseerbaar zijn en conflict gerelateerd geweld tegen vrouwen, mannen, meisjes en jongens stopt.

De afgelopen jaren leverde het Koninkrijk een belangrijke bijdrage aan het realiseren van de WPS-agenda. Desondanks blijft de volledige implementatie van de WPS-agenda achter en staan vrouwelijke leiders, mensenrechtenverdedigers en vredesactivisten onder toenemende druk. Daarom intensiveert het Koninkrijk met NAP 1325-IV zijn inzet, in multilateraal verband en in nauwe samenwerking met andere overheden en maatschappelijke partners in het buitenland. De vier pijlers waarop de WPS-agenda is gestoeld – participatie, preventie, bescherming, en noodhulp, wederopbouw en herstel – vormen hierbij het uitgangspunt. De focus op een nationale WPS-agenda en WPS-mainstreaming vormt een belangrijke aanscherping van de inzet.

Landensituaties

Het Koninkrijk vraagt in VN-verband aandacht voor het bevorderen van vrede, veiligheid en recht in specifieke landensituaties. Hierbij staan tegengaan van diepere oorzaken van conflict en aansprakelijkheid voor schendingen van mensenrechten en internationale rechtsorde centraal. De ontwikkelingen in de hieronder genoemde landensituaties zijn uitermate zorgwekkend, en zoals eerder genoemd is accountability daarbij van groot belang voor het Koninkrijk.

De ontwikkelingen in Afghanistan volgen elkaar in hoog tempo op. In een paar weken tijd hebben de Taliban het hele land inclusief de hoofdstad Kabul in handen gekregen. Het Koninkrijk maakt zich ernstig zorgen over de veiligheid van de mensen in Afghanistan en het behoud van de verworvenheden van de afgelopen twintig jaar. Op 29 augustus jl. heeft het Koninkrijk, samen met meer dan honderd andere landen, een verklaring getekend die de Taliban oproept zich te houden aan hun belofte om het veilig en ordentelijk vertrek van buitenlanders en Afghanen die het land willen verlaten te respecteren en mogelijk te maken. Het Koninkrijk benadrukt het belang dat de VN en de lidstaten in gezamenlijkheid blijven optrekken, zowel bij het in veiligheid brengen van mensen als door het blijven verlenen van humanitaire hulp en ondersteuning aan de inwoners van Afghanistan. Het Koninkrijk zal zich hierbij inzetten voor een resolutie in de Veiligheidsraad waarin de Taliban wordt opgeroepen mensenrechten te respecteren en burgers te beschermen.

In Belarus is er sprake van steeds verder toenemende repressie die het regime toepast tegen oppositieleden, activisten, leden van het maatschappelijk middenveld en onafhankelijke journalisten. Rapporten van de speciaal VN-Mensenrechtenraadrapporteur voor Belarus laten zien dat er sprake is van arbitraire arrestaties, arbitraire detentie en marteling. De autoriteiten misbruiken het rechtssysteem om tegenstanders van het regime het zwijgen op te leggen. Het Koninkrijk blijft zich krachtig uitspreken tegen deze onacceptabele en zeer grootschalige mensenrechtenschendingen, en roept op dat de autoriteiten alle repressie onmiddellijk staken en alle politieke gevangenen onvoorwaardelijk vrijlaten. Via krachtige sancties wordt de druk op het regime verhoogd. Het Koninkrijk blijft zich bilateraal en in EU-verband eveneens onverminderd inspannen voor het ondersteunen van de bevolking in Belarus, ook waar zij zijn uitgeweken naar buurlanden. Daarnaast zet het Koninkrijk in op het tegengaan van straffeloosheid voor de mensenrechtenschendingen die worden gepleegd. Hiertoe is met een groep gelijkgezinde landen een «bewijzenbank» opgezet, om vervolging en veroordeling van mensenrechtenschenders in de toekomst mogelijk te maken.

Sinds de staatsgreep op 1 februari jl. is geweld in Myanmar toegenomen. Gewelddadige onderdrukking door het leger en mensenrechtenschendingen houden aan, en de toegang voor humanitaire hulp staat onder druk. Het Koninkrijk blijft, samen met de EU, oproepen tot een onmiddellijk einde aan het geweld, start van een vreedzame dialoog en vrijlating van allen die onrechtmatig gevangen zijn genomen. Het Koninkrijk spant zich onverminderd in voor de bescherming van mensenrechten in Myanmar en ondersteuning van het maatschappelijk middenveld. Ook blijft het Koninkrijk inzetten op het tegengaan van straffeloosheid en mensenrechtenschendingen tegen de Rohingya en andere minderheden. Daarnaast blijft het Koninkrijk humanitaire organisaties ondersteunen die actief zijn in de vluchtelingenkampen in Bangladesh, om humanitaire noden aldaar te lenigen. De verwachting is dat vrijwillige, veilige, duurzame en waardige terugkeer naar Myanmar op korte termijn nog niet mogelijk is.

Op 25 mei jl., negen maanden na de staatsgreep van augustus 2020, vond opnieuw een militaire staatsgreep plaats in Mali die de stabiliteit en veiligheid van het land verder onder druk zet. Het Koninkrijk veroordeelt de staatsgreep en roept op tot het voortzetten en realiseren van de politieke transitie naar een constitutionele en democratische orde, met democratische presidentsverkiezingen in februari 2022. Het Koninkrijk ondersteunt de bemiddeling door regionale organisatie ECOWAS en blijft de VN-missie MINUSMA ondersteunen.

De situatie in Ethiopië blijft achteruitgaan nu recent een hongersnood is uitgebroken in de Tigray regio. De inname van de belangrijkste steden in de regio door de Tigray Defence Forces brengt een politieke oplossing voor het conflict voorlopig niet dichterbij. Het Koninkrijk zet daarom met name in op humanitaire toegang. Om instabiliteit in de rest van het land te verminderen, zet het Koninkrijk zich, in nauwe samenwerking met partners in de internationale contactgroep en de EU, in voor een Nationale Dialoog die onderliggende oorzaken van het geweld in Ethiopië moet aanpakken.

Venezuela verkeert in een diepe politieke, economische en humanitaire crisis. Het vinden van een politieke oplossing is van groot belang voor het Koninkrijk, dat als buurland direct de gevolgen van de voortdurende destabilisering van Venezuela ondervindt. Het Koninkrijk draagt o.a. in EU-verband en met andere gelijkgezinde landen actief bij aan het vinden van een politieke oplossing voor de crisis in Venezuela en zet zich in voor de verbetering van de zorgwekkende humanitaire situatie in en rond Venezuela.

Het conflict in Jemen is complex en de humanitaire situatie schrijnend. Na een periode van voorzichtig optimisme begin 2021, mede ingegeven door hernieuwde inzet van de VS om het conflict te beëindigen, lijkt de hoop op serieuze stappen naar een staakt-het-vuren en hervatting van politieke besprekingen weer vervlogen. Tegelijkertijd dreigt de olietanker FSO Safer een milieu- en humanitaire ramp te veroorzaken van ongekende omvang. Het Koninkrijk zal daarom de VN-geleide processen om tot een duurzame vrede in Jemen en een oplossing voor de FSO Safer tanker te komen blijven ondersteunen en waar mogelijk de steun intensiveren. Daarbij zal onverminderd belang gehecht worden aan een inclusief vredesproces, het tegengaan van straffeloosheid en het verbeteren van de humanitaire situatie.

De ontwikkelingen in Libië gedurende het afgelopen jaar geven reden tot enige mate van hoop en optimisme. Het nationale staakt-het-vuren dat op 23 oktober 2020 overeengekomen werd, houdt stand en heeft ruimte geboden aan positieve ontwikkelingen binnen het vredesproces. Het Koninkrijk speelt als covoorzitter van een van de vier werkgroepen van het Berlijn-vredesproces een belangrijke rol in het onder de aandacht brengen van het belang van mensenrechten, accountability en nationale verzoening en zal dat blijven doen.

Het gebrek aan voortgang op het politieke proces in Syrië, dat het Koninkrijk als enige uitweg ziet uit het tienjarige conflict, is reden tot grote zorg. Temeer nu de noden op de grond steeds hoger worden, en door politisering van humanitaire hulp, bepaalde gebieden van primaire levensmiddelen verstoken dreigen te raken. Het Koninkrijk acht het bereiken van gerechtigheid voor slachtoffers en afleggen van rekenschap voor mensenrechtenschendingen noodzakelijk om te komen tot een duurzame politieke oplossing. De Nederlandse stap om de staat Syrië aansprakelijk te stellen voor mensenrechtenschendingen, waaronder foltering, moet in dit licht worden gezien.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A.M. Kaag

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, Th.J.A.M. de Bruijn


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

X Noot
3

International Conference of Population and Development in Cairo (1994) en de World Conference on Women in Beijing (1995).

X Noot
4

Een gendertransformatieve aanpak in programma’s en interventies houdt in dat de oorzaken van genderongelijkheid aangepakt worden door manieren op te nemen om schadelijke gendernormen ter discussie te stellen en te transformeren met als doel het aanpakken van ongelijke machtsverhoudingen en het bevorderen van gendergelijkheid.

X Noot
5

intersectionaliteit: de notie dat individuen in een samenleving discriminatie en onderdrukking ondervinden op grond van een veelvoud van factoren, waaronder geslacht, nationaliteit, leeftijd, etniciteit, gezondheid, genderidentiteit en seksuele oriëntatie.

X Noot
7

I.v.m. COVID-19 is de toetsingsconferentie uitgesteld. Diverse data worden overwogen met de overeenstemming dat de conferentie niet later dan februari 2022 zal plaatsvinden.

Naar boven