26 150 Algemene Vergadering der Verenigde Naties

Nr. 177 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN BUITENLANDSE ZAKEN EN VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 oktober 2018

Het Koninkrijk der Nederlanden was met een brede delegatie vertegenwoordigd tijdens de ministeriële week van de 73e Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (AVVN), die plaatsvond in New York van 24 tot 28 september 2018.

Het belang van multilaterale samenwerking was de centrale boodschap van het Koninkrijk tijdens de ministeriële week, onder meer in de speech van Minister-President Rutte voor de AVVN. De Minister-President wees in dit verband ook op de noodzaak van implementatie van de ingezette VN-hervormingen. Nederland wil voor deze hervormingen een stuwende kracht zijn. In debatten in de VN Veiligheidsraad (VNVR) over massavernietigingswapens en Noord-Korea maakte het Koninkrijk duidelijk dat de versterking en naleving van internationale normen een essentiële bijdrage levert aan vrede en veiligheid wereldwijd.

De ministeriële week vormde een uitstekende gelegenheid om het kabinetsbeleid zoals uiteengezet in onder meer de Geïntegreerde Buitenland en Veiligheidsstrategie (GBVS)(Kamerstuk 33 694, nr. 12), de Defensienota (Kamerstuk 34 919, nr. 1), en de nota Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking «Investeren in Perspectief» (Kamerstuk 34 952, nr. 1) voor het voetlicht te brengen.

Het Koninkrijk behaalde op specifieke terreinen resultaten die voortbouwen op eerdere inspanningen in onder meer de VNVR. Bij de opvolging van sancties tegen mensenhandelaren in Libië wordt een internationaal netwerk opgezet om financiële tegoeden van criminelen op te sporen en te bevriezen. Inkomende VNVR-leden Duitsland en België toonden zich bereid een trekkersrol te vervullen bij het verder in de praktijk brengen van afspraken uit resolutie 2417 (geïnitieerd door het Koninkrijk) over het verband tussen honger en conflict.

Er werd tevens door Minister Kaag bij een breed publiek aandacht gevraagd voor het belang van geestelijke gezondheid en psychosociale zorg in door rampen en conflicten getroffen gebieden en opvangregio’s. Verder kondigde het kabinet bijdragen aan ten behoeve van het Global Partnership for Education (EUR 100 miljoen voor vijf jaar) en Education Cannot Wait (EUR 15 miljoen voor vijf jaar). Secretaris-generaal van de VN Guterres verzocht het Koninkrijk een voortrekkersrol te spelen bij het versnellen van de klimaatambities uit het Akkoord van Parijs. Minister-President Rutte zei hiervoor volledige steun toe vanuit het Koninkrijk.

Op het gebied van contra-terrorisme droeg het Koninkrijk het Travel Information Portal (TRIP) over aan de VN. Dit systeem maakt de verzameling, verwerking en analyse van passagiersgegevens voor detectie van ongewenste (terroristische) reisbewegingen mogelijk. Nederland was dit jaar opnieuw co-voorzitter van het Global Counter Terrorism Forum (GCTF).

Met als doelstelling de versterking van maritieme veiligheid in het Caraïbisch gebied organiseerde de Minister van Defensie samen met de Minister-Presidenten van Aruba en Sint-Maarten een bijeenkomst waar het Koninkrijk aanwezige landen opriep zich aan te sluiten bij het Verdrag van San José, gericht op maritieme samenwerking voor effectieve drugsbestrijding.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport bracht sleutelspelers bijeen die zich bogen over succesvolle initiatieven voor tabaksontmoediging. Tijdens de ministeriële week vonden gelijktijdige toppen plaats over leefstijlziekten en tuberculose.

De AVVN bood tevens de gelegenheid om op bilateraal niveau met een groot aantal landen te spreken. Bewindspersonen overlegden met landen als Iran, Colombia en Jemen. Minister Blok voerde ook een positief gesprek met zijn Surinaamse collega Pollack-Beighle, waarin zij bespraken hoe de bilaterale betrekkingen tussen beide landen verder kunnen worden bevorderd.

In de bijlage van deze brief wordt uitgebreider teruggeblikt op de uitkomsten van ministeriële week van de 73ste AVVN.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, S.A.M. Kaag

VERSLAG VAN DE 73ste ALGEMENE VERGADERING VAN DE VERENIGDE NATIES

Van 24 tot en met 28 september jl. vond in New York de ministeriële week plaats die de 73ste zitting van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (AVVN) inluidde. Tijdens deze week werd het Koninkrijk vertegenwoordigd door Minister-President Rutte, Minister-President Wever-Croes van Aruba, Minister-President Romeo-Marlin van Sint-Maarten, Minister van Buitenlandse Zaken Blok, Minister van Defensie Bijleveld, Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking Kaag, Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Blokhuis, ministers van Toerisme, Volksgezondheid en Sport van Aruba Oduber, Minister van Justitie, Veiligheid en Integratie van Aruba Bikker en Minister van Gezondheid, Milieu en Natuur van Curaçao, Camelia-Römer. Hare Majesteit de Koningin nam deel in haar hoedanigheid van Speciaal Pleitbezorger van de VN Secretaris-Generaal voor inclusieve financiering voor ontwikkeling.

Deze brief bevat een verslag van de belangrijkste bijeenkomsten (formele bijeenkomsten, side events, bilaterale gesprekken en overige bijeenkomsten) en uitkomsten van de ministeriële week. Het verslag gaat in het bijzonder in op de thema’s opgenomen in de inzetbrief van het Koninkrijk voor de AVVN d.d. 6 juli 2018 (Kamerstuk 26 150, nr. 171). Het verslag van de gehele 73ste zitting van de AVVN, die nog duurt tot september 2019, zal worden toegevoegd aan de inzetbrief voor de 74ste AVVN die uw Kamer voorafgaand daaraan zal toegaan.

I. Belang van inspelen op het veranderende multilaterale landschap

In de openingsweek stelde Minister-President Rutte in zijn toespraak namens het Koninkrijk het belang van de multilaterale wereldorde voorop. De Minister-President bepleitte dat er geen tegenstelling is tussen multilateralisme en het nationaal belang. Juist omdat internationale samenwerking – zoals binnen de VN – het Koninklijk veel oplevert, is het noodzakelijk om de VN fit-for-purpose te maken («beter geschikt») teneinde cruciale doelstellingen, zoals het tegengaan van ongelijkheid en klimaatverandering, te behalen. Daarbij dienen ook VN-lidstaten hun verantwoordelijkheid te nemen. In het huidige klimaat van groeiende polarisatie moet constructief multilateralisme de leidraad vormen.

In het kader van het lidmaatschap van het Koninkrijk van de VN-Veiligheidsraad in 2018 kwamen prioriteiten zoals conflictpreventie, accountability/rule of law en de hervorming van VN-vredesmissies tijdens de ministeriële week veelvuldig aan de orde. Dat gold ook voor onderwerpen die het Koninkrijk binnen de VN centraal stelt: mensenrechten, bescherming van burgers en betere participatie van vrouwen en het maatschappelijk middenveld bij kwesties van vrede en veiligheid. De week gaf ook gelegenheid de VNVR-inspanningen van het Koninkrijk na 2018 te verduurzamen. Zo is het Koninkrijk in gesprek met nieuwe niet-permanente leden van de Veiligheidsraad, zoals België en Duitsland. In het licht van de Europeaniseringsambitie van de VNVR-zetel is er winst te behalen door het overdragen van kennis, ervaring en prioriteiten aan navolgende Europese leden.

Het Koninkrijk herbevestigde in het gesprek met Secretaris-Generaal van de VN (SGVN) Guterres steun aan het hervormingsproces ten aanzien van vrede en veiligheid, management, en de ontwikkelingspilaar van de VN. De SGVN benadrukte dat de VN-lidstaten weliswaar hun steun hadden uitgesproken voor de voorgestelde hervormingen, maar dat het er nu op aankwam deze ook uit te voeren. Het Koninkrijk verzekerde de SGVN zich hiervoor te zullen inzetten. Daarnaast deelde Minister-President Rutte de zorgen van de SGVN omtrent klimaatverandering en de noodzaak het Parijs akkoord levend te houden. De SGVN verzocht Minister-President Rutte om een actieve rol hierbij in te nemen. De Minister-President zei hiervoor volledige steun toe vanuit het Koninkrijk. Nieuwe ontwikkelingen (het versnelde smelten van ijskappen, vrijkomen methaangassen) zouden zelfs om nog ambitieuzere doelen kunnen gaan vragen. SGVN deelde de notie dat het van belang is de bevolking goed mee te nemen met de benodigde maatregelen.

In dat kader organiseerde het Koninkrijk een informeel overleg van een groep grote donoren van het VN-ontwikkelingssysteem waarbij Minister Kaag de collega’s opriep een actieve rol te blijven spelen bij de uitvoering en monitoring van de overeengekomen verbeteringen op dat terrein.

Het belang van de Koninkrijksdimensie in de AVVN werd onderstreept door deelname van vertegenwoordigers uit alle delen van het Koninkrijk aan een aantal belangrijke evenementen tijdens de ministeriele week. Zo sprak Minister-President Romeo-Marlin van Sint-Maarten namens het Koninkrijk bij de opening van de Mandela Peace Summit, een belangrijk VN-forum voor wereldleiders om de mondiale commitment aan vrede, conflictpreventie en mensenrechten te verstevigen. Minister-President Wever-Croes van Aruba organiseerde in samenwerking met het United Nations Development Program (UNDP) het side event «A Human Centered Approach to Sustainable Development».

II. Uitvoering van beleidsdoelstellingen van het Koninkrijk via de VN

Conflictpreventie

Samen met het World Food Programme (WFP), de Food and Agricultural Organisation (FAO) en het International Fund for Agricultural Development (IFAD) organiseerde Minister Kaag een side event over de implementatie van Veiligheidsraadresolutie 2417 (geïnitieerd door het Koninkrijk) over de verbanden tussen conflict en voedselonzekerheid. Gesproken werd over de uitdagingen die implementatie van de resolutie met zich meebrengt, zoals het aanpakken van schendingen van humanitair oorlogsrecht en het voorkomen van voedselonzekerheid als grondoorzaak voor conflict. Duitsland en België hebben zich bereid getoond tijdens hun lidmaatschap van de Veiligheidsraad hieraan verder opvolging te geven.

Ook tijdens een door het Office for the Coodination of Humanitarian Assistance (OCHA) georganiseerde bijeenkomst over bescherming van burgers in conflictsituaties kwam naar voren dat betrokken overheden regelmatig humanitair oorlogsrecht en humanitaire principes veronachtzamen. Het aankaarten van deze problematiek bij machtshebbers kan ertoe leiden dat humanitaire toegang in gevaar komt. Nederland heeft hierbij gewezen op het belang van accountability, waar voor de Veiligheidsraad en het Internationaal Strafhof (ICC) een verantwoordelijke rol is weggelegd, en de mogelijkheden die resolutie 2417 over conflict en voedselonzekerheid biedt deze problematiek aan te pakken.

Minister Kaag was tevens co-host bij een sessie over de rol van lokaal leiderschap bij het voorkomen of indammen van gewelddadig conflict. De Minister benadrukte dat een goed begrip van de lokale context en lokale perspectieven onontbeerlijk zijn voor de effectieve ondersteuning door de internationale gemeenschap van lokaal geleide vredesinitiatieven. De samenwerking tussen multilaterale organisaties, landen, de private sector en het maatschappelijk middenveld (inclusief vrouwen en jongeren) kan verbeterd worden. Om duurzame vrede te realiseren moet tevens gebruik worden gemaakt van meer geïntegreerde analyses van politieke, veiligheids- en ontwikkelingsactoren.

Internationale rechtsorde, mensenrechten en het tegengaan van straffeloosheid

Tijdens het terugkerende Informal Ministerial Network voor het ICC, bijgewoond door Minister Blok, sloot het Koninkrijk zich samen met 34 landen aan bij een gezamenlijke verklaring waarin de steun aan het ICC wordt onderstreept, juist nu de internationale rechtsorde en de bijbehorende instituties onder druk staan.

Minister Blok nam ook deel aan de bijeenkomst over Ensuring accountability for Syria. Hier lag de focus op de werkzaamheden en de begroting van de VN-bewijzenbank voor grove schendingen in het Syrische conflict (International Impartial and Independent Mechanism, hierna «IIIM»). Ten behoeve van uiteindelijke strafvervolging is het van belang dat bewijs wordt verzameld en geconsolideerd door het IIIM. Het IIIM zet in op samenwerkingsverbanden met staten en maakte recent afspraken met de Organisation for the Prohibition of Chemical Weapons (OPCW) ten behoeve van toegang tot informatie en bewijs. Het IIIM deelt op zijn beurt weer informatie met staten met als doel nationale vervolging te faciliteren. Onder meer Syrische ngo’s, zoals het Syrian Justice and Accountability Center (SJAC), gaven aan dat er meer focus nodig is op de verbinding tussen strafvervolging en transitional justice, inclusief waarheidsvinding en restitutie van eigendommen.

Net als in voorgaande jaren was er aandacht voor het strafrechtelijk onderzoek naar het neerhalen van vlucht MH17. Met de vijf landen die samenwerken in het Joint Investigation Team (JIT) dat dit onderzoek uitvoert, werd de eensgezindheid en vastberadenheid om waarheidsvinding en gerechtigheid te bewerkstelligen opnieuw onderstreept. Het Koninkrijk en Australië gaven ook nadere toelichting op de stand van zaken in de aansprakelijkstelling van de Russische Federatie voor zijn aandeel in het neerhalen van vlucht MH17. MH17 kwam naast de JIT-bijeenkomst ook ter sprake in bilaterale gesprekken van Minister Blok met onder meer Rusland, Australië en Maleisië. In zijn toespraak voor de AVVN benadrukte Minister-President Rutte tevens het belang van waarheidsvinding, gerechtigheid en acceptatie van verantwoordelijkheid voor het neerhalen van vlucht MH17, en riep alle landen op mee te werken met de implementatie van resolutie 2166.

Het Global Center for R2P organiseert jaarlijks een ministeriële bijeenkomst over Responsibility to Protect (R2P), dit jaar met voorzitters Qatar en Italië en met het Koninkrijk als co-sponsor. Kernthema was het vergroten van de impact van VN-vredesoperaties bij het voorkomen van misdrijven tegen de menselijkheid. Het Koninkrijk betoogde als VNVR-lid dat vredesoperaties een concreet en tastbaar instrument zijn om burgerbevolkingen te beschermen tegen de grofste misdaden: «peacekeeping is R2P in action». Deze taak is ook relevant voor lange termijn stabiliteit en preventie. Dankzij de mensenrechtentaakstelling in VN-mandaten kunnen vredesmissies de basis leggen voor het voorkomen van internationale misdaden, ook nadat een missie beëindigd is. Verder ging aandacht uit naar de noodzaak van zero-tolerance en accountability voor seksueel misbruik door het eigen personeel van vredesmissies.

Aandacht voor overige mensenrechtenonderwerpen was er in gesprekken van Minister Blok en Minister Kaag met Jemen, Saoedi-Arabië, Koeweit en de Verenigde Arabische Emiraten. Er werd onder meer gesproken over het rapport van de Group of Eminent Experts inzake Jemen en de noodzaak om het mandaat van deze experts te verlengen, hetgeen mede door Nederlandse inspanning in dezelfde week door de Mensenrechtenraad in Genève werd besloten. Daarnaast benadrukte Minister Blok tijdens een bijeenkomst van de UN LGBTI Core Group de inzet van het Koninkrijk op het wereldwijd tegengaan van discriminatie van en geweld tegen LHBTI’s (Lesbische vrouwen, homoseksuele mannen, biseksuelen, transgender- en intersekse personen). Het side event «Good human rights stories», georganiseerd door de EU, bracht een inspirerende verzameling voorbeelden bijeen van mensenrechtenprojecten met impact. Zo spraken Gambia, Georgië en Human Rights Watch over onderwerpen als de verbetering van gevangenissen en het informeren van lokale bevolkingen over vrouwenrechten.

De situatie in Gaza stond op de agenda van de jaarlijkse bijeenkomst van het Ad Hoc Liaison Committee (AHLC) met de Palestijnse Autoriteit, Israël, VN, Wereldbank, IMF en de belangrijkste donoren, waaronder Nederland. VN-gezant Mladenov presenteerde een pakket van maatregelen die de humanitaire situatie moeten helpen verbeteren. Nederland sprak steun uit voor de VN-plannen en benadrukte de noodzaak van het openen van de grenzen voor personen en goederen, met inachtneming van Israëls veiligheidszorgen. Deze boodschappen werden ook overgebracht bij gesprekken met de Palestijnse president Abbas, de nieuwe EU-gezant voor het Midden-Oosten vredesproces, de Nederlandse diplomate Susanna Terstal, en met Israël.

In gesprekken met Israël en de Palestijnse Autoriteit drong Nederland aan op het afzien van negatieve stappen die de twee-statenoplossing bedreigen, zoals het Israëlische nederzettingenbeleid, de voorgenomen sloop van Khan al-Ahmar en de Palestijnse interne verdeeldheid. Beide partijen herhaalden hun steun voor de Nederlandse inzet, inclusief de trilaterale expertbijeenkomsten op water, energie en grensovergangen. Bij president Abbas is erop aangedrongen om, ondanks de eenzijdige Amerikaanse stappen van de afgelopen periode, de VS niet uit te sluiten als partner bij een vredesproces. Minister Kaag had een ontmoeting met Commissioner-General van UNRWA (United Nations Relief and Works Agency for Palestine Refugees), Krähenbühl, en nam deel aan overleg over het belang van UNRWA voor de stabiliteit in de regio en de financiële toekomst van de organisatie.

In samenwerking met de minister-presidenten van Aruba en Sint-Maarten verzorgde de Minister van Defensie het high-level side event «Strengthening International Cooperation on Maritime Security in the Caribbean region». De Minister wees erop dat de effecten van transnationale misdaad (o.a. drugs- en wapensmokkel) in toenemende mate een bedreiging vormen voor de veiligheid in het Caribisch gebied. De deelnemers waren eensgezind over het belang en de urgentie om binnen het veiligheidsdomein beter samen te werken. Het Koninkrijk deed een oproep aan de aanwezige landen om zich aan te sluiten bij het Verdrag van San José (geïnitieerd in 2003 door het Koninkrijk der Nederlanden en Costa Rica) en aan enkele landen die het Verdrag reeds ondertekenden zo spoedig mogelijk over te gaan tot de ratificatie ervan.

Tijdens de ministeriële week waren er verschillende bijeenkomsten over SDG 16 (vrede, justitie en sterke publieke diensten). Nederland trad op als co-voorzitter van de Task force on Justice in een panel over Justice 2030: Time for Action, georganiseerd door de Open Society Foundation (OSF), The Elders (een groep van wereldleiders die zich inzetten voor vrede en mensenrechten) en de Task Force on Justice. Bij het side event «Stand Up for SDG16+» keken de meest betrokken partners vooruit naar de SDG 16+ agenda en toekomstige activiteiten en initiatieven op het gebied van Justice for All. Om te bereiken dat mensen hun rechten kennen, rechtshulp krijgen en kunnen participeren in de samenleving, zullen overheden en instanties transparant en rechtvaardig moeten opereren en de rechten van mensen moeten beschermen. Wanneer overheden maar beperkt aanwezig (kunnen) zijn, kunnen initiatieven die op lokaal niveau door burgers worden ontwikkeld (grassroots) uitkomst bieden. Nederland benadrukte bij deze bijeenkomsten een beter gebruik van data om op juridische behoeftes in te spelen en benoemde de groeiende rol van innovatie. Nederland geeft steun aan zogenaamde «justice needs surveys» in diverse landen en aan voorlichtingsprogramma’s en centra voor rechtshulp in Mali.

Modernisering vredesmissies

Bij de bijeenkomst over hervorming van VN-vredesoperaties onder leiding van SGVN Guterres benadrukte Minister-President Rutte namens het Koninkrijk het belang van het Action for Peacekeeping initiatief (A4P), dat tijdens het voorzitterschap van het Koninkrijk van de VNVR in maart van dit jaar werd gelanceerd. Mede dankzij de faciliterende rol en het lobbywerk van het Koninkrijk achter de schermen werd tijdens de ministeriële week een politieke steunverklaring voor verbetering van vredesoperaties aangenomen door 146 lidstaten en 4 regionale organisaties.

Minister Blok onderstreepte tijdens de jaarlijkse bijeenkomst over Mali en de Sahel dat het Koninkrijk, ook na het vertrek uit MINUSMA per 1 mei 2019, actief zal blijven bijdragen aan vrede, stabiliteit en ontwikkeling in de Sahel. Hij benadrukte de noodzaak van uitvoering van het vredesakkoord in Mali en het belang van participatie van vrouwen en jongeren in het vredesproces. Minister Blok noemde samenwerking om grensoverschrijdende bedreigingen als mensensmokkel, irreguliere migratie, terrorisme en georganiseerde misdaad tegen te gaan noodzakelijk. In dat licht sprak hij waardering uit voor de G5-troepenmacht waarmee Sahellanden zelf verantwoordelijkheid nemen voor stabiliteit en veiligheid in de regio. Daarbij benadrukte hij dat het cruciaal is dat de G5-troepenmacht binnen een sterk mensenrechtenraamwerk opereert en benoemde hij de intentie van het Koninkrijk om effectieve samenwerking tussen de nationale strafrechtketens en de G5-troepenmacht te bevorderen. Ook gaf Minister Blok aan dat het Koninkrijk lid is geworden van de Sahel Alliantie om de effectiviteit van de internationale inzet in de Sahel te vergroten.

De Minister van Defensie sprak bij een evenement over het Canadese «Elsie-initiatief», dat zich richt op het trainen en vergroten van het aantal vrouwelijke militairen en politieagenten in VN-vredesmissies. Het Koninkrijk is lid van de contactgroep die is opgericht om het initiatief verder te brengen. De Minister stelde in New York dat het belangrijk is om het genderbewustzijn binnen de krijgsmacht te vergroten, omdat de rol van vrouwen in de praktijk op veel fronten belangrijk blijkt. Ook vroeg zij aandacht voor de workshop die Nederland in samenwerking met Canada in november organiseert om te spreken over de uitkomsten van een groot wereldwijd onderzoek naar de belangrijkste oorzaken van de geringe stijging in het percentage vrouwelijke blauwhelmen.

Ontwapening en non-proliferatie

Het Koninkrijk nam deel aan een side event over cybersecurity in de context van internationale vrede en veiligheid werd georganiseerd door de VS. Op de agenda stonden onder andere de besprekingen in de Eerste Commissie van de AVVN (belast met ontwapening en non-proliferatie) en de inzet van politiek-diplomatieke middelen bij het tegengaan van cyberdreigingen. Nederland gaf aan dat diplomatieke inspanningen belangrijk zijn bij de naleving van internationaal recht in het cyberdomein. In dat verband wees Nederland op de voorbeeldfunctie van de zogenaamde EU Cyber Diplomacy Toolbox die de mogelijkheid biedt om de maatregelen uit het EU gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid concreet in te zetten bij cyberincidenten (van verklaringen tot sancties).

Er vonden in de ministeriële week eveneens twee VNVR-zittingen plaats. Minister-President Rutte nam deel aan een VNVR-debat, voorgezeten door president Trump over non-proliferatie van massavernietigingswapens. Premier Rutte onderstreepte de positie van het Koninkrijk als beschermer en voorvechter van multilateralisme. Resolutie 2231, waarmee de nucleaire deal met Iran bekrachtigd wordt, noemde hij hierbij als voorbeeld. Tevens sprak hij zorgen uit over de schendingen van fundamentele normen zoals in de zaak Skripal, het gebruik van chemische wapens in Syrië en de ontwikkeling van nucleaire wapens door Noord-Korea. Minister Blok sprak tijdens een VNVR-zitting over non-proliferatie in Noord-Korea, voorgezeten door de Amerikaanse Minister van Buitenlandse Zaken, Pompeo, waarbij Minister Blok namens het Koninkrijk het belang van eenheid van de internationale gemeenschap en de VNVR opnieuw benadrukte. Hij benadrukte daarbij het belang van strikte uitvoering van het sanctie-regime tegen Noord-Korea.

Tijdens een bijeenkomst over het kernstopverdrag (Comprehensive Test-Ban Treaty – CTBT), onderstreepte Minister Blok het belang van het CTBT verificatieregime. In aanwezigheid van 30 andere ministers, de Hoge Vertegenwoordiger voor het Europees buitenlands- en defensiebeleid Mogherini en CTBTO Uitvoerend Secretaris Zerbo, werd een ministeriële verklaring aangenomen. Daarin worden landen opgeroepen het verdrag te ratificeren zodat het in werking kan treden. En marge sprak Minister Blok met deelnemende collega’s over het bevorderen van een Splijtstofstopverdrag (Fissile Material Cut-off Treaty).

Migratie en vluchtelingen

Ministers Blok, Ankourao (Niger) en Siala (Libië) traden op als co-host van een goedbezochte bijeenkomst gericht op de aanpak van mensenhandel op de Centraal-mediterrane Migratieroute. Deze bijeenkomst was op Nederlands initiatief bijeengekomen.

Met een mix van instrumenten zoals sancties, vervolging en rechtsopbouw kan er zichtbaar vooruitgang worden geboekt om het bedrijfsmodel van criminelen die zich bezighouden met mensenhandel te frustreren en mensenrechtenschendingen te stoppen en te voorkomen. Uitkomst was een hernieuwd besef van urgentie onder een brede regionale coalitie en een diverse groep van belanghebbenden (VN, overheden, ngo’s, journalisten en openbaar ministerie) en een beter inzicht in welke instrumenten resultaat bieden. Minister Blok ontvouwde plannen om de VN-sancties tegen mensenhandelaren concreet opvolging te geven via drie sporen: 1) implementatie van huidige sancties, inclusief het lokaliseren en bevriezen van financiële tegoeden middels een internationaal netwerk van diplomaten, opsporingsinstanties en de VN; 2) gezamenlijk met andere landen bekijken of de sanctielijst voor Libië kan worden uitgebreid; 3) inzetten op mogelijk repliceren van dit initiatief in gelijksoortige context, zoals binnen het bestaande sanctieregime in Mali.

Minister Blok sprak steun uit voor de Global Compact on Migration (GCM) tijdens het side event «Road to Marrakesh», georganiseerd door de Speciaal Vertegenwoordiger van de SGVN voor Internationale Migratie. Hij gaf door middel van voorbeelden aan dat de zes pijlers van migratiebeleid van het Koninkrijk goed aansluiten bij de GCM. Minister Bikker van Justitie, Veiligheid en Integratie van Aruba, was aanwezig bij een door UNHCR georganiseerd side event over de Global Compact for Refugees (GCR), dat het afgelopen jaar in Genève is onderhandeld en naar verwachting eind dit jaar door de AVVN zal worden aangenomen. Het concept van lastenverdeling (burden sharing) stond net als tijdens de onderhandelingen centraal. Het Koninkrijk sprak over het belang van deelname van vluchtelingen zelf in de discussies en implementatie van de GCR.

Ministers Blok en Kaag namen deel aan side events over Myanmar, georganiseerd door respectievelijk Canada en Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk. De Nederlandse bijdrage concentreerde zich op vier onderwerpen: accountability, implementatie van reeds gemaakte afspraken (trilaterale MoU en Annan-rapport), humanitaire hulp en democratisering.

Minister Kaag sprak bovendien met de Speciaal Gezant van de SGVN voor Myanmar, Schraner Burgener. De Speciaal Gezant legde de focus in het gesprek op de Rohingya, maar benadrukte dat de Rohingya zeker niet haar enige zorg zijn. Minister Kaag sprak steun uit voor het mandaat van Schraner Burgener en stelde dat – naast accountability – de humanitaire situatie van de Rohingya hoge prioriteit heeft voor het Koninkrijk.

Colombia organiseerde een side event over de Venezolaanse migratieproblematiek. De aanwezigen, waaronder de Colombiaanse president Duque en de Amerikaanse vicepresident Pence, benadrukten het belang van een gezamenlijke aanpak door de landen in de regio. Minister-President van Aruba, Wever-Croes, vroeg aandacht voor de gevolgen van de migratiecrisis voor de Caribische landen binnen het Koninkrijk. Minister Blok sprak met zijn Colombiaanse collega over de gevolgen die de Caribische landen van het Koninkrijk ondervinden van migratie vanuit Venezuela, en over mogelijke aansluiting bij regionale initiatieven om hiermee om te gaan.

De Wereldbank en TENT foundation organiseerden een high-level side event over het betrekken van de private sector bij het verbeteren van perspectieven van vluchtelingen en gastgemeenschappen. Tijdens dit evenement committeerden twintig nieuwe bedrijven (waarvan drie Nederlandse) zich aan het verbeteren van toegang tot de arbeidsmarkt voor vluchtelingen. Tijdens een paneldiscussie over Jordanië gaf Minister Kaag aan dat de overheid moet blijven helpen bij het stimuleren van bedrijven om te investeren in Jordanië, juist omdat dit land een kleine markt heeft, en daarom minder bedrijven trekt. De komende maanden zal hier opvolging aan worden geven tijdens een bijeenkomst van de TENT foundation in Nederland, gericht op het bedrijfsleven en hun inzet over de hele wereld.

Bestrijding van terrorisme en gewelddadig extremisme

Minister-President Rutte en Minister Blok droegen tijdens de ministeriële week het Travel Information Portal (TRIP) over aan de VN. Met VNVR-resolutie 2396 werd in 2017 de verzameling, verwerking en analyse van passagiersgegevens voor detectie van ongewenste (terroristische) reisbewegingen een internationale verplichting. TRIP, ontwikkeld door het Ministerie van Justitie en Veiligheid en de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid, is een systeem dat dit mogelijk maakt. Met een bronzen penning droeg de Minister-President het systeem symbolisch over aan de SGVN. Minister Blok en Ondersecretaris-Generaal voor Contraterrorisme, Voronkov, verzorgden de juridische formalisering.

Aandacht aan contraterrorisme werd ook geschonken tijdens de ministeriële bijeenkomst van het Global Counterterrorism Forum (GCTF) waar het Koninkrijk samen met Marokko voorzitter van is. Er werd een GCTF-VN verklaring aangenomen die de samenwerking tussen beide fora op dit thema opnieuw bekrachtigt. De GCTF-leden ondersteunden vier sets nieuwe, niet bindende, aanbevelingen over de omgang met teruggekeerde vrouwen en kinderen; de link tussen terrorisme en georganiseerde misdaad; homegrown terrorism en bewijsvergaring. Deze aanbevelingen en good practices zijn publiek beschikbaar en kunnen worden ingezet bij het opstellen of aanpassen van nationaal contraterrorismebeleid. Het komende jaar zal de GCTF vooral aandacht besteden aan bestuurlijke maatregelen als onderdeel van een CT-aanpak. De dreiging van unmanned aerial systems en het verbeteren van detectie en interdictie van terroristische reisbewegingen, zoals middels het TRIP-systeem, staan hierin centraal. In zijn toespraak stelde Minister Blok ondermeer dat ISIS zich mogelijk heeft schuldig gemaakt aan Genocide en riep hij – net als hij al eerder had gedaan – de VNVR op dit te bevestigen (motie Van Helvert c.s. met Kamerstuk 34 775 V, nr 20 alsmede motie Voordewind met Kamerstuk 32 623, nr. 193).

Humanitaire hulp, onderwijs en partnerschappen

In samenwerking met Bahrein, België en Canada organiseerde Nederland een zeer goed bezocht side event (ruim 600 aanwezigen) over geestelijke gezondheid. Nederland vroeg met succes aandacht voor het belang van geestelijke gezondheid en psychosociale zorg in door rampen en conflicten getroffen gebieden en opvangregio’s, met daarbij zowel aandacht voor de getroffen bevolking als voor hulpverleners. Het evenement, dat werd gemodereerd door ervaringsdeskundigen, ging in op belangrijke kwesties zoals financiering van adequate zorg, het tegengaan van stigmatisering, het versterken van de gezondheidsinfrastructuur en een integrale benadering van geestelijke gezondheid en psychosociale zorg in de humanitaire respons. Nederland heeft toegezegd in nauwe samenwerking met relevante actoren te zullen werken aan concrete oplossingen voor mensen die als gevolg van rampen of conflicten met geestelijke gezondheidsproblemen kampen.

In aanloop naar de High-Level Meeting on Universal Health Coverage in Emergencies in 2019 organiseerden Zwitserland en Afghanistan een side event over dit thema. Minister Kaag pleitte voor accountability voor, en data over, aanvallen op medisch personeel, en vroeg aandacht voor twee vergeten aspecten: toegang tot seksuele en reproductieve gezondheidsdiensten en rechten alsmede zorg voor geestelijke gezondheid en psychosociale steun voor mensen in crises.

Gezondheid stond ook centraal tijdens high-level bijeenkomsten over tuberculose en leefstijlziekten, waaraan Staatssecretaris Blokhuis van Volksgezondheid, Welzijn en Sport deelnam samen met Minister Römer van Gezondheid, Milieu en Natuur van Curaçao en Minister Oduber van Toerisme, Volksgezondheid en Sport van Aruba. En marge van deze bijeenkomst vroeg het Koninkrijk middels een eigen side event aandacht voor succesvolle initiatieven voor tabaksontmoediging. Daarnaast benoemde Nederland bij een bijeenkomst over tuberculose, HIV en Universal Health Coverage (UHC) de relatie met antibioticaresistentie en de noodzaak in onderzoek te investeren.

Tijdens het evenement 12 years to leave no girl behind in education met de Franse president Macron en de Canadese premier Trudeau onderstreepte Minister Kaag het belang dat meisjes kwalitatief goed onderwijs afronden. In lijn met de prioriteit van beter onderwijs wereldwijd maakte zij bekend dat Nederland het Global Partnership for Education de komende vijf jaar met EUR 100 miljoen steunt. Minister Kaag nam voorts deel aan evenementen van de Political Champions for Education in Conflict van het Malala Fonds en het Education Cannot Wait initiatief over onderwijs in crisis- en conflictsituaties (en slaat hiertoe een brug tussen humanitaire- en ontwikkelingsorganisaties). Zij vroeg daarbij speciale aandacht voor toegang tot onderwijs voor kinderen en jongeren op de vlucht. Daarbij maakte zij bekend aan het Education Cannot Wait initiatief een bijdrage te geven van EUR 15 miljoen voor vijf jaar.

Om te benadrukken dat onderwijs en werk een voorwaarde zijn om jongeren en vrouwen meer perspectief en keuzevrijheid te bieden nam Minister Kaag deel aan de eerste vergadering van de Global Board van Generation Unlimited. Zij sprak steun uit voor dit nieuwe multi-stakeholder partnerschap dat is gericht op het opschalen van innovatieve interventies op het gebied van (beroeps)onderwijs en empowerment van jongeren. Generation Unlimited werd daarna officieel gelanceerd door de SGVN tijdens de bijeenkomst Youth 2030 als onderdeel van de nieuwe jongerenstrategie van de VN.

In een evenement over innovatieve financiering voor onderwijs met onder meer VN lidstaten, vertegenwoordigers van de private sector en multilaterale ontwikkelingsbanken, presenteerde UN Special Envoy on Education Brown de nieuw op te richten International Financing Facility for Education. Diverse potentiële donoren spraken lof uit voor het initiatief, maar gaven aan nog geen concrete steun te kunnen toezeggen, omdat het initiatief nog verder moet worden uitgewerkt.

Het Koninkrijk heeft de high-level bijeenkomst over de Grand Bargain aangegrepen om de discussie over de efficiëntie van het humanitaire systeem nieuw leven in te blazen. Het gaat daarbij om een verbetering van de wijze van financieren (waaronder ongeoormerkt, meerjarig, minder rapportagevereisten) in ruil voor betere humanitaire hulp (grotere transparantie over resultaten, meer duidelijkheid over managementkosten, meerjarige planning, betere behoeftebepaling, participatie van de getroffen bevolking, inzet en versterking van lokale capaciteit). Het Koninkrijk zal zich inspannen voor het opvoeren van politieke druk op alle partijen om de gemaakte afspraken te implementeren.

Tijdens de AVVN was er ruimschoots aandacht voor het gebruik van data voor een betere humanitaire respons en de betrokkenheid van de private sector en humanitaire actoren hierbij. De betrokken partijen zijn zich goed bewust van de risico’s omtrent gegevensbescherming. Een interessante ontwikkeling is de mogelijkheid die de private sector ziet in het gebruik van kunstmatige intelligentie bij humanitaire hulpverlening. Er was tevens veel waardering voor het recent in Den Haag gevestigde OCHA Centre for Humanitarian Data dat in korte tijd een sterk netwerk heeft opgebouwd dat moet bijdragen aan een verbeterde humanitaire respons.

Het Koninkrijk kondigde tevens een bijdrage aan van EUR 7,5 miljoen aan de Humanitarian Grand Challenge. Met dit instrument, waarin naast het Koninkrijk ook de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk deelnemen, wordt innovatie in de humanitaire sector gestimuleerd. Concreet worden innovatieve projecten gefinancierd waarin humanitaire organisaties, private sector en getroffen gemeenschappen samenwerken.

Vrouwenrechten en gendergelijkheid

In de context van SDG16 (vreedzame en inclusieve samenlevingen) en de Vrouwen Vrede en Veiligheid agenda sprak Minister Kaag met Speciaal Gezant Vrouwen voor Vrede en Veiligheid (WPS) van de Afrikaanse Unie, Diop, over mogelijkheden te werken aan capaciteitsopbouw voor vrouwelijke bemiddelaars in conflictgebieden en de uitvoering van Nationale actieplannen voor Vrouwen, Vrede en Veiligheid. Nederland nam ook deel aan de bijeenkomst van het WPS Focal Point Network. De inspanningen zijn dit jaar onder andere gericht op het opnemen van seksueel geweld als criterium binnen VN-sanctieregimes (ref Kamerstuk 26 150, nr. 176 n.a.v. vragen van het lid Ploumen).

In gesprek met Speciaal Vertegenwoordiger van de Secretaris-Generaal voor Seksueel Geweld in Conflict, Patten, bevestigde Minister Blok nogmaals de politieke steun van het Koninkrijk voor haar mandaat en kondigde hij een financiële bijdrage van EUR 500.000 aan. Het instellen van sancties om seksueel geweld tegen te gaan werd tevens besproken. Patten bedankte in dit kader het Koninkrijk voor het initiatief om op dit onderwerp een informele Veiligheidsraadbijeenkomst te organiseren.

Nederland nam deel aan een side event van de EU en UNICEF over «Children and women under attack: Ending Gender-Based Violence in Emergencies». Nederland benoemde drie belangrijke zaken in de strijd tegen gendergerelateerd seksueel geweld: de behoefte aan data voor een goede inschatting van de omvang van het geweld, de noodzaak van actiegerichtheid om het probleem aan te kunnen pakken en de noodzaak voor meer aandacht voor mentale en psychologische zorg in conflictgebieden.

Bij de SheDecides Champions meeting zegde Minister Kaag de continuering van financiële en politieke steun voor SheDecides toe. Zij kondigde een extra investering in seksuele en reproductieve gezondheid aan via een bijdrage van EUR 58,5 miljoen aan het Global Financing Facility for Every Woman Every Child, waarvan minstens een derde direct bijdraagt aan SheDecides doelstellingen. Deze bijdrage komt ten goede aan de seksuele en reproductieve gezondheid en het zelfbeschikkingsrecht van vrouwen en meisjes.

Verder nam Minister Kaag deel aan een door UNAIDS georganiseerde bijeenkomst waarin samenwerking tussen de Afrikaanse Unie en de VN op het gebied van gendergerelateerd geweld in een humanitaire context centraal stond. De Minister benadrukte in haar verklaring het belang van de link tussen SDG16 en preventie.

Duurzame ontwikkeling, handel, SDG’s en klimaatverandering

Met een installatie met vier stationaire fietsen op het plein voor de publieke ingang van de VN positioneerde het Koninkrijk zich als toegewijde en innovatieve partner op een belangrijk SDG-thema: klimaat (SDG 13). Delegatieleden fietsten met ministers van andere landen, UN-officials en CEO’s van bedrijven symbolisch van Bonn (COP 23) naar Katowice (COP 24 in december) en deden daarmee een oproep om samen te strijden voor het klimaat en het behalen van de Parijse klimaatdoelen. Via sociale media bereikte het Koninkrijk met #MakeYourMiles ongeveer 180.000 mensen. De breed gedragen boodschap was helder: een ambitieuze inzet voor de COP is nodig en als we de afspraken van Parijs willen halen, moeten we met de wereldgemeenschap aan de slag.

Minister Blok nam op 26 september deel aan de Group of Friends voor Klimaat en Veiligheid georganiseerd door Duitsland en Nauru. De bijeenkomst was gericht op het versterken van de internationale respons op de veiligheidsrisico’s van klimaatverandering. Minister Blok bracht de resultaten voor het voetlicht die het Koninkrijk op het thema conflictpreventie, met speciale aandacht voor klimaat en water, in de VNVR heeft behaald. Ook benadrukte hij het belang van aandacht voor de gevolgen van klimaatverandering voor Small Island Developing States en wees hij op het Planetary Security Initiative als platform voor klimaat en veiligheid.

Het risico dat de kloof tussen de geïndustrialiseerde wereld en ontwikkelingslanden verder groeit als gevolg van kunstmatige intelligentie en robotica kwam aan de orde tijdens de door het World Economic Forum georganiseerde Sustainable Development Impact Summit. Minister-President Rutte benadrukte onder andere het belang van levenlang leren en wees op de nieuwe kansen die technologie biedt aan jonge ondernemers om wereldwijd actief te zijn.

SGVN Guterres refereerde in zijn openingsspeech van het High-Level event on Financing the 2030 Agenda aan het voortzetten van de Addis Ababa Agenda for Action. Hij vroeg voorts aandacht voor innovatieve financiering en rol van de private sector hierin. De snelle ontwikkeling van nieuwe technologieën zorgt ervoor dat financiële inclusie ook mogelijk is voor de kwetsbare groepen die het moeilijkst te bereiken zijn. De Rwandese Minister van Financiën reageerde met een pleidooi voor een Afrikaanse gezamenlijke inzet op sterkere regionale en continentale integratie. Minister Kaag riep in haar reactie op tot harmonisering en samenwerking in het opschalen van private sectorinvesteringen in de SDG’s. Ze benadrukte dat publieke investeringen aanvullend moeten zijn en vooral de private sector niet uit de markt moeten drukken.

Aruba organiseerde in samenwerking met UNDP het side event «A Human-Centered Approach to Sustainable Development». Het side event benadrukte het belang van ownership bij de implementatie van de duurzame ontwikkelingsdoelen. Deelnemers benoemden met name het belang van samenwerking in brede maatschappelijk partnerschappen en het delen van kennis en best practices.

Tijdens de lancering van de World Benchmarking Alliance (WBA) benadrukte Minister Kaag in haar keynote speech het belang van een gezamenlijke inzet om de SDG’s te bereiken. Daarbij gaf Minister Kaag specifieke aandacht aan de rol van het bedrijfsleven en duurzame bedrijfsvoering. De WBA zal de komende jaren benchmarks ontwikkelen die de duurzaamheidsinspanningen van het bedrijfsleven inzichtelijk en vergelijkbaar maken.

Naar boven