Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 26 maart 2018
Met genoegen bied ik u, mede namens de Staatssecretaris, de «Defensienota 2018 – investeren
in onze mensen, slagkracht en zichtbaarheid» aan1.
Na decennia van bezuinigingen, slaan we de bladzijde nu definitief om. Er is toekomstperspectief
voor Defensie en voor alle mensen die bij Defensie werken. Het kabinet investeert
oplopend tot 1,5 miljard euro extra per jaar in Defensie. Daarmee kunnen we een goede
stap zetten om onze krijgsmacht te moderniseren en het vertrouwen van onze mensen terug te winnen.
Dit doen we in een wereld die onveiliger wordt en aan verandering onderhevig is. We
hebben als handelsland veel verbindingen met de rest van de wereld. De veiligheid
van Nederland is dus verknoopt met die van de buitenwereld.
De Defensienota is leidend voor de samenstelling en de toerusting van de krijgsmacht
en schetst een samenhangend beeld van de investeringen die bijdragen aan een moderne
krijgsmacht die beter is uitgerust om huidige en toekomstige dreigingen het hoofd
te bieden. De maatregelen in de nota zijn afgestemd met de u vorige week toegestuurde
Geïntegreerde Buitenland- en Veiligheidsstrategie van de Minister van Buitenlandse
Zaken (Kamerstuk 33 694, nr. 12).
We gaan intensiever samenwerken met partners en zetten in op verdere voortzetting
van bilaterale en Europese samenwerking op het gebied van gezamenlijke aankoop van
materieel, het opzetten van gezamenlijke opleidingen en trainingen en het gezamenlijk
gebruiken en onderhouden (poolen) van bestaand militair materieel.
De NAVO heeft capaciteitsdoelstellingen opgesteld voor Nederland, die vragen om vervolgstappen.
Deze Defensienota is dus geen eindpunt, maar een stap die past binnen de lange lijnen
die zijn uitgezet met de NAVO-afspraken die in 2014 in Wales zijn gemaakt.
De Minister van Defensie,
A.Th.B. Bijleveld-Schouten