Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 mei 2018
Skal Biocontrole (voortaan Skal) valt sinds 1 januari 2010 onder de Kaderwet zelfstandige
bestuursorganen (zbo). Het functioneren van Skal dient periodiek te worden geëvalueerd
op doelmatigheid en doeltreffendheid. Eind 2017 is daarom opdracht gegeven aan Bureau
Kwink om dit evaluatieonderzoek uit te voeren. De evaluatie beslaat de periode 2010
– 2016. In het onderzoek zijn ook feiten en percepties over 2017 en begin 2018 verzameld.
Middels deze brief biedt ik u deze evaluatie aan1.
Rol en positie Skal
Skal is belast met het toezicht op de biologische productie en het certificeren van
marktdeelnemers binnen de biologische sector. Stichting Skal is een privaatrechtelijke
zbo, valt onder de verantwoordelijkheid van het Ministerie van LNV en is aangewezen
als controlerende autoriteit als bedoeld in de Europese verordening 834/2007. Het
Ministerie van LNV fungeert als bevoegde autoriteit als bedoeld in deze verordening.
Op grond van het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 is Skal belast met het toezicht op
biologische productiemethoden in de landbouw en de uitvoering van de registratie van
marktdeelnemers die biologische producten produceren, verwerken of opslaan. Naast
dit toezicht op landbouwproducten valt ook de controle op de biologische productie
van dierlijke producten en diervoeders onder de taken van Skal.
Onderzoeksvragen en -opzet
De centrale vraag in deze evaluatie luidde: in hoeverre heeft Skal de wettelijke taken
doelmatig en doeltreffend uitgevoerd over de jaren 2010 – 2016?
De Kwinkgroep heeft onderzoek gedaan naar de kosten, de taakuitvoering en de resultaten
van Skal, en of Skal daarmee bijdraagt aan de aantoonbare betrouwbaarheid van biologische
producten. Daarnaast hebben de onderzoekers gereflecteerd op het functioneren van
Skal vanuit het achterliggende doel van de Europese verordening: eerlijke handel en
consumentenvertrouwen. Daarbij is tevens bezien in hoeverre Skal als controlerende
autoriteit de sterke groei in de biologische sector kan «bijbenen», met name op het
gebied van deskundigheid en de organisatie van het eigen werk. De bevindingen van
dit onderzoek zijn gebaseerd op de uitkomsten van een documentstudie, een door Skal
ingevulde zelfevaluatie en interviews met Skal, het Ministerie van LNV, de NVWA, RVO.nl,
de Douane en sector- en brancheorganisaties.
Belangrijkste uitkomsten onderzoek Skal Biocontrole
In het algemeen is de evaluatie van Skal positief. De onderzoekers concluderen dat
Skal op wettelijk voorgeschreven en kwalitatief voldoende wijze uitvoering geeft aan
certificatie en toezicht, en daarmee de goede aanduiding van producten afkomstig van
de biologische productiemethode bevordert (doeltreffendheid). De Kwinkgroep vindt
het aannemelijk dat de doelmatigheid in de uitvoering van de wettelijke taken door
Skal gedurende de evaluatieperiode is verbeterd. Skal groeit ook mee met de snelle
groei van de biologische sector. Verder opereert Skal onafhankelijk en transparant
en handelt over het algemeen zorgvuldig.
Wel wordt in het rapport geconcludeerd dat Skal meer aandacht moet besteden aan de
effectiviteit van de samenwerking met de NVWA. Het interventiebeleid moet verder worden
ontwikkeld middels het beter benutten van de beschikbare handhavings- en sanctiemogelijkheden
en een effectievere samenwerking met de NVWA-IOD. Skal en de NVWA hebben afgesproken
binnenkort hierover met elkaar in overleg te gaan.
Ook wordt Skal geadviseerd om de huidige methodiek voor risicogebaseerd toezicht door
te ontwikkelen. Bijvoorbeeld door meer gebruik te maken van eigen en externe data
en het tegelijkertijd stimuleren van risicoanalyses bij bedrijven, zodat Skal zich
meer op monitoring in combinatie met gerichte inspecties kan richten.
Tot slot
Uit de evaluatie komt naar voren dat Skal in de evaluatieperiode professioneler en
efficiënter is geworden. Met name vanaf 2014 zijn er verschillende maatregelen en
voorzieningen getroffen om de efficiëntie van de taakuitvoering te verbeteren. Verder
is de tariefontwikkeling bij Skal vanaf 2013 stabiel.
Daarnaast wordt geconstateerd dat de huidige methodiek voor risicogebaseerd toezicht
een sterk onderdeel is in de controlewerkzaamheden van Skal. De nieuwe Europese controleverordening
gaat hiervoor ook meer ruimte bieden. Een verdere professionalisering van het controleregime
acht ik belangrijk voor enerzijds het borgen van het consumentenvertrouwen in biologische
producten en anderzijds het voorkomen van lastenverzwaring voor bedrijven die hun
zaken goed op orde hebben.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten