22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie

Nr. 1456 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 31 augustus 2012

Overeenkomstig de bestaande afspraken heb ik de eer u hierbij 9 fiches aan te bieden die werden opgesteld door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC).

Fiche 1: Verordening financiële aansprakelijkheid bij

investeringsgeschillen van investeerders uit derde landen

(Kamerstuk 22 112, nr. 1452)

Fiche 2: Verordening betalingsbalansfaciliteit voor niet-eurolanden

(Kamerstuk 22 112, nr. 1453)

Fiche 3: Mededeling Europese strategie voor sleuteltechnologieën

(Kamerstuk 22 112, nr. 1454)

Fiche 4: Mededeling bestrijding belastingfraude en belastingontduiking

(Kamerstuk 22 112, nr. 1455)

Fiche 5: Verordening handelsgerelateerde maatregelen visserijproducten

Fiche 6: Pakket inzake technische controles voertuigen

(Kamerstuk 22 112, nr. 1457)

Fiche 7: Mededeling betere toegang tot wetenschappelijke informatie

(Kamerstuk 22 112, nr. 1458)

Fiche 8: Mededeling gezamenlijke strategie voor een partnerschap tussen

de EU en het caribisch gebied (Kamerstuk 22 112, nr. 1459)

Fiche 9: Mededeling ontwikkeling EU beleid voor Noordpoolgebied

(Kamerstuk 22 112, nr. 1460)

De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, H. P. M. Knapen

Fiche: verordening handelsgerelateerde maatregelen visserijproducten

1. Algemene gegevens

Titel voorstel:

Voorstel voor een verordening van de Raad houdende handelsgerelateerde maatregelen om voor bepaalde visserijproducten de bevoorrading voor de verwerkende industrie in de EU te garanderen voor de periode 2013–2015, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 104/2000 en (EU) nr. 1344/2011 en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1062/2009.

Datum Commissiedocument:

3 juli 2012

Nr. Commissiedocument:

COM(2012) 357

Prelex:

http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=nl&DosId=201777

Nr. Impact Assessment Commissie en Opinie Impact Assessment Board :

Was al onderdeel van Impact Assessment voor voorstel herziening Gemeenschappelijke Marktordening: SEC(2011)883 [pagina’s 13, 33–41, 43 en 60] ; SEC(2011)885.

Behandelingstraject Raad:

Landbouw en Visserij Raad

Eerstverantwoordelijk ministerie: Economische Zaken, Landbouw en Innovatie

Rechtsbasis, besluitvormingsprocedure Raad, rol Europees Parlement, gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen

  • a) Rechtsbasis: Artikel 31 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

  • b) Besluitvormingsprocedure Raad en rol Europees Parlement: Gekwalificeerde meerderheid van de Raad; het Europees Parlement is niet betrokken.

  • c) Gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen: n.v.t.

2. Samenvatting BNC-fiche

Korte inhoud voorstel:

Vanwege de herziening van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid (inclusief de gemeenschappelijke marktordening voor visserijproducten en aquacultuurproducten), dienen ook de autonome handelsmaatregelen voor visserijproducten te worden herzien. Daarom worden drie bestaande regelingen inzake autonome contingenten en schorsingen van douanerechten voor visserijproducten vervangen, samengevoegd en gewijzigd, met als bijzonderheid dat de schorsingen zonder tariefcontingent worden omgezet in schorsingen met een tariefcontingent.

  • Bevoegdheidsvaststelling en subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel

    • Bevoegdheid: artikel 3, lid 1, onder d) van de VWEU, exclusieve bevoegdheid

    • Subsidiariteit: n.v.t.

    • Proportionaliteit: positief

    • Implicaties/risico’s/kansen: geen

  • Nederlandse positie en eventuele acties:

    Nederland stemt niet in met het voornemen om de huidige tariefschorsingen zonder tariefcontingent om te zetten in tariefschorsingen met een tariefcontingent, omdat de marktbehoefte aan deze vissoorten structureel is en in die situatie omzetting naar contingenten door hogere administratieve lasten nadelig is voor de concurrentiepositie c.q. werkgelegenheid van de Europese verwerkende industrie.

3. Samenvatting voorstel

De EU is voor haar bevoorrading met bepaalde visserijproducten grotendeels afhankelijk van de invoer. De voorbije 15 jaar is het niveau van zelfvoorziening met visserijproducten in de EU gedaald van 57 % tot 38 %. Het voornaamste doel van de autonome handelsmaatregelen voor visserij- en aquacultuurproducten bestaat erin om het voor de visverwerkende industrie mogelijk te maken grondstoffen uit derde landen met verlaagde douanerechten of met vrijstelling van douanerechten in te voeren voor verdere verwerking.

De autonome contingenten en schorsingen van douanerechten voor visserijproducten worden in één regeling vastgelegd (staan nu in drie regelingen).

Het voorstel regelt de douanerechten voor 23 productgroepen. De tariefschorsingen worden op 0% gezet, met twee uitzonderingen (haring, bereid met kruiden en/of azijn, gepekeld, en langoesten) welke op 6% worden gezet.

De bestaande schorsingen zonder tariefcontingent worden alle omgezet in schorsingen met een tariefcontingent. De omvang van de contingenten (in tonnen per jaar) is volgens de Commissie voldoende om de voorspelbaarheid en de continuïteit van de invoer voor de verwerkende industrie in de EU te waarborgen.

  • Impact assessment Commissie:

    De Commissie deelt hierover mee:

    • was al onderdeel van de Impact Assessment voor het voorstel voor de herziene Gemeenschappelijke Marktordening: SEC(2011)883 [pagina’s 13, 33–41, 43 en 60] ; SEC(2011)885;

    • daarnaast zal de toekomstige regeling, aangezien het schorsingen aangaat van visserijproducten zoals bepaald in Verordening (EU) nr. 1344/2011 van de Raad, de omzetting zijn van een bestaande regeling die elke 6 maanden wordt herzien door de Commissie (DG TAXUD) in overleg met de EU-lidstaten in de Groep economische tariefvraagstukken.

    • belangrijkste impact is het verlies aan inkomsten voor de EU-begroting: bedraagt maximaal ongeveer € 175 miljoen per jaar, maar het daadwerkelijke verlies zal – door onderuitputting van tariefcontingenten en reeds bestaande lage(re) importtarieven voor bepaalde landen – circa € 47 miljoen bedragen.

4. Bevoegdheidsvaststelling en subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel

  • a) Bevoegdheid: Rechtsgrondslag is artikel 31 van het Verdrag. Het kabinet kan instemmen met deze rechtsbasis. Het Gemeenschappelijke Visserijbeleid is een exclusieve bevoegdheid van de Europese Unie.

  • b) Subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel:

    Subsidiariteit: Niet van toepassing. Het voorstel valt onder de exclusieve bevoegdheid van de Europese Unie als bedoeld in artikel 3, lid 1, onder d), van het Verdrag.

    Proportionaliteit: Positief, omdat deze maatregel verdere vereenvoudiging, flexibiliteit, transparantie en coherentie waarborgt, in overeenstemming met het doel van hervorming van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid.

  • c) Nederlands oordeel over de voorstellen op het gebied van gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen: n.v.t

5. Financiële implicaties, gevolgen voor regeldruk en administratieve lasten

  • a) Consequenties EU-begroting:

    Minder douane-inkomsten: maximaal € 175 miljoen per jaar; daadwerkelijk circa € 47 miljoen. Dat is gelijk aan de huidige bedragen.

  • b) Financiële consequenties (incl. personele) voor rijksoverheid en/ of decentrale overheden: geen1

  • c) Financiële consequenties (incl. personele) voor bedrijfsleven en burger: geen

  • d) Gevolgen voor regeldruk/administratieve lasten voor rijksoverheid, decentrale overheden, bedrijfsleven en burger: geen

6. Implicaties juridisch

  • a) Consequenties voor nationale en decentrale regelgeving en/of sanctionering beleid (inclusief toepassing van de lex silencio positivo): geen

  • b) Voorgestelde implementatietermijn (bij richtlijnen), dan wel voorgestelde datum inwerkingtreding (bij verordeningen en beschikkingen) met commentaar t.a.v. haalbaarheid: 1 januari 2013

  • c) Wenselijkheid evaluatie-/horizonbepaling: neen; van toepassing t/m 31 december 2015

7. Implicaties voor uitvoering en handhaving

  • a) Uitvoerbaarheid: dit voorstel leidt niet tot additionele lasten

  • b) Handhaafbaarheid: idem

8. Implicaties voor ontwikkelingslanden

Schorsing van douanerechten maakt export naar de EU aantrekkelijker, maar de praktische betekenis daarvan is gering, doordat van de 23 productgroepen in het voorstel een zeer gering deel uit ontwikkelingslanden ingevoerd wordt of kan worden.

9. Nederlandse positie

Nederland stemt in met de voorgestelde vereenvoudiging om de tariefschorsingen voor visserijproducten in één verordening te gaan regelen (staan nu in drie verschillende).

Het Nederlandse uitgangspunt is dat er niet langer behoefte bestaat aan de tariefschorsing voor de productgroep platvis (nu met een tariefcontingent van 10 000 ton per jaar). Daarom is er tevredenheid over het feit dat deze productgroep niet meer in het voorstel staat.

Nederland wil – net als diverse andere lidstaten – de bestaande tariefschorsingen zonder tariefcontingent wel handhaven, omdat de marktbehoefte aan deze vissoorten structureel is en in die situatie omzetting naar contingenten door hogere administratieve lasten nadelig is voor de concurrentiepositie c.q. werkgelegenheid van de Europese verwerkende industrie De positie die Nederland inneemt heeft verder geen financiële consequenties voor de EU, omdat de daadwerkelijke importhoeveelheid (en dus de inkomstenderving) niet gaat verschillen met die wanneer er wel contigenten worden vastgesteld. Deze contigenten worden namelijk ruimer/hoger vastgesteld dan nodig is, zodat er ruim voldoende vis geïmporteerd kan worden om de visverwerkende industrie draaiende te houden. Daarnaast zal NL oog hebben voor de gevolgen van de herziening van het Algemeen Preferentieel Stelsel (APS) in relatie tot deze verordening. Door het wegvallen van APS-preferenties voor een aantal ontwikkelingslanden per 2014 zal er mogelijk behoefte zijn aan verruiming van de tariefcontingenten.


X Noot
1

Daar de financiering op EU-niveau geregeld wordt, zijn er geen consequenties voor de rijksoverheid, het bedrijfsleven en de burgers.

Naar boven