22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie

Nr. 1300 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 december 2011

Overeenkomstig de bestaande afspraken heb ik de eer u hierbij 22 fiches aan te bieden die werden opgesteld door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC).

Fiche 01 :Verordening Gezondheid voor groei 2014–2020 (Kamerstuk 22 112, nr. 1294)

Fiche 02 : Mededeling dubbele belasting (Kamerstuk 22 112, nr. 1295)

Fiche 03 : Aanpassing rente- royaltyrichtlijn (Kamerstuk 22 112, nr. 1296)

Fiche 04 : Mededeling totaalaanpak van migratie en mobiliteit (Kamerstuk 22 112, nr. 1297)

Fiche 05 : Verordening kredietbeoordelaars (Kamerstuk 22 112, nr. 1298)

Fiche 06 : Mededeling actieplan tegen het toenemend gevaar van antimicrobiële Resistentie (Kamerstuk 22 112, nr. 1299)

Fiche 07 : Verordeningen Asiel- en Migratiefonds en Intern Veiligheidsfonds (2014–2020)

Fiche 08 : Verordening Rechten en Burgerschap Programma (Kamerstuk 22 112, nr. 1301)

Fiche 09 : Verordening Programma Justitie voor de periode 2014–2020 (Kamerstuk 22 112, nr. 1302)

Fiche 10 : Verordening beheerplan haring ten westen van Schotland (Kamerstuk 22 112, nr. 1303)

Fiche 11 : Stroomlijningspakket richtlijnen voor producten (Kamerstuk 22 112, nr. 1304)

Fiche 12 : Verordening en richtlijn op het terrein van accountancy (Kamerstuk 22 112, nr. 1305)

Fiche 13 : Mededeling ontwikkeling maritieme strategie voor de Atlantische Oceaan (Kamerstuk 22 112, nr. 1306)

Fiche 14 : Verordening EU ondersteuning van ontmanteling van nucleaire installaties in Bulgarije, Litouwen en Slowakije (Kamerstuk 22 112, nr. 1307)

Fiche 15 : Mededeling «stress tests» van kerncentrales in de Europese Unie (Kamerstuk 22 112, nr. 1308)

Fiche 16 : Verordening verbod op ontvinnen van haaien (Kamerstuk 22 112, nr. 1309)

Fiche 17 : Mededeling en verordeningen Horizon 2020 – kaderprogramma voor onderzoek en innovatie (Kamerstuk 22 112, nr. 1310)

Fiche 18 : Verordeningen aanpassing bezoldiging en pensioenbijdrage personeel van de EU (Kamerstuk 22 112, nr. 1311)

Fiche 19 : Mededeling aardobservatie «Global Monitoring for Environment and Security (GMES)» (Kamerstuk 22 112, nr. 1312)

Fiche 20 : Financieringsvoorstel Europees Ontwikkelingsfonds (2014–2020) (Kamerstuk 22 112, nr. 1313)

Fiche 21 : Verordening Creatief Europa (Kamerstuk 22 112, nr. 1314)

Fiche 22 : Mededeling inzake versterkte solidariteit binnen de EU op het gebied van asiel (Kamerstuk 22 112, nr. 1315)

De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,

H. P. M. Knapen

Fiche: Verordeningen Asiel- en Migratiefonds en Intern Veiligheidsfonds (2014–2020)

1. Algemene gegevens

Titel voorstellen:

  • Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economische en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s: Bouwen aan een open en veilig Europa: het budget voor Binnenlandse Zaken, 2014–2020

  • Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad ter vaststelling van financiële steun voor buitengrenzen en visa, als onderdeel van het Interne Veiligheidsfonds

  • Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad ter vaststelling van het Asiel- en Migratiefonds

  • Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad ter vaststelling van de gemeenschappelijke bepalingen ten aanzien van het Asiel- en Migratiefonds en het instrument voor financiële steun voor politiesamenwerking, het voorkomen en bestrijden van misdaad, en crisismanagement

  • Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad ter vaststelling ter vaststelling van het instrument voor financiële steun voor politiesamenwerking, het voorkomen en bestrijden van misdaad, en crisismanagement, als onderdeel van het Interne Veiligheidsfonds

Datum Commissiedocumenten: 15 november 2011

Nr. Commissiedocumenten: COM (2011) 749 /2011

COM (2011) 750 /2011/0365 (COD)

COM (2011) 751 /2011/0366 (COD)

COM (2011) 752 /2011/0367 (COD)

COM (2011) 753 /2011/0368 (COD)

Prelex:

http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=en&DosId=201037

http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=en&DosId=201038

http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=en&DosId=201039

http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=en&DosId=201040

http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=en&DosId=201041

Nr. Impact Assessment Commissie en Opinie Impact Assessment Board:

SEC (2011) 1 358, SEC (2011) 1 359

Behandelingstraject Raad: Over de voorstellen wordt besloten in de JBZ-Raad, behandeling naar verwachting onder Deens en Cypriotisch voorzitterschap.

Eerstverantwoordelijk ministerie: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Ministerie van Veiligheid en Justitie

Rechtsbasis, besluitvormingsprocedure Raad, rol Europees Parlement, gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen

a) Rechtsbasis

  • Drie van de vier verordeningen – betreffende de gemeenschappelijke bepalingen ten aanzien van het Asiel- en Migratiefonds en het instrument voor financiële steun voor politiesamenwerking, het voorkomen en bestrijden van misdaad, en crisismanagement (COM (2011) 752), ter vaststelling van het Asiel- en Migratiefonds (COM (2011) 751) en ter vaststelling van het instrument voor financiële steun voor politiesamenwerking, het voorkomen en bestrijden van misdaad, en crisismanagement, als onderdeel van het Interne Veiligheidsfonds (COM (2011) 753) – zijn gebaseerd op artikelen 78 (2), 79 (2 en 4), 82 (1), 84 en 87 (2) VWEU.

    Artikel 77 VWEU vormt de rechtsbasis van de overige verordening betreffende financiële steun voor buitengrenzen en visa, als onderdeel van het Interne Veiligheidsfonds (COM (2011) 750).

b) Besluitvormingsprocedure Raad en rol Europees Parlement

Gewone wetgevingsprocedure (gekwalificeerde meerderheid van stemmen Raad, medebeslissing EP).

c) Gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen

De Commissie krijgt de bevoegdheid uitvoeringshandelingen aan te nemen. De Commissie zal hierbij worden bijgestaan door een Comité «Asiel, Migratie en Veiligheid». Deels is daarbij de raadplegingsprocedure van toepassing, deels de onderzoeksprocedure. De Commissie zal bij de aanname van het werkprogramma, bij het vaststellen van de benodigde regels voor de uniforme toepassing van administratieve controle van betalingsverzoeken, bij goedkeuring van de rekeningen en bij het vaststellen van technische criteria voor informatie- en publiciteitsmaatregelen de onderzoeksprocedure toepassen. De modellen voor het opstellen van nationale programma’s, voor de informatie die lidstaten jaarlijks moeten inleveren en voor de jaarlijkse evaluatierapporten van lidstaten zijn net als het opstellen van voorwaarden voor onaangekondigde controles door de Commissie onderhevig aan de raadplegingsprocedure.

2. Samenvatting BNC-fiche

Dit fiche behandelt een pakket voorstellen bestaande uit een mededeling en vier verordeningen. De Commissie stelt voor om de huidige fondsen samen te voegen in twee aparte fondsen: het Asiel- en Migratiefonds en het Intern Veiligheidsfonds. De gelden die beschikbaar worden gesteld voor de begroting van Binnenlandse Zaken blijven op het niveau van de begroting van 2013 en zijn daarmee kleiner dan 1% van de EU-begroting.

Met een totaal budget van € 3 869 miljoen (in lopende prijzen) zal het Asiel- en Migratiefonds zich richten op geïntegreerd beheer van migratiestromen. In het huidige meerjarig financieel kader (MFK) wordt dit door drie separate fondsen gedekt, namelijk het Europees vluchtelingenfonds, Integratiefonds en Terugkeerfonds. Het Interne Veiligheidsfonds ter waarde van € 4 648 miljoen is opgesplitst in twee componenten: één deel voor buitengrenzen en visa (€ 3 520 miljoen), en één deel voor politiesamenwerking, het voorkomen en bestrijden van misdaad, en crisismanagement (€ 1 128 miljoen). Het deel van het voorgestelde Europese Interne Veiligheidsfonds voor buitengrenzen en visa stelt financiering beschikbaar voor activiteiten die voorheen werden toegekend vanuit het huidige Europese Buitengrenzenfonds.

De Commissie beoogt een betere en makkelijkere toegang tot de fondsen ten opzichte van het huidige financieel kader door de overstap van jaarlijkse programma’s naar meerjarige programma’s, waarmee ook de administratieve lasten zouden moeten dalen. Bovendien is in de fondsen een flexibel «emergency response» mechanisme ingebouwd dat het mogelijk maakt effectief te reageren op crises, zoals een plotselinge verhoogde instroom van immigranten of een terroristische aanslag.

Nederland hecht eraan dat de besprekingen over het Asiel- en Migratiefonds en het Intern Veiligheidsfonds niet vooruitlopen op de integrale besluitvorming betreffende het MFK.

3. Samenvatting voorstel

Inhoud voorstel

De Commissievoorstellen ten aanzien van de financiering op het gebied van Binnenlandse Zaken voor de periode 2014–2020 zijn uiteengezet in een pakket voorstellen bestaande uit een mededeling en vier verordeningen. De Commissie stelt een totaal bedrag voor van € 10,9 miljard (in lopende prijzen). Dit is een continuering van het uitgavenniveau aan het einde van het vorige meerjarig financieel kader en blijft onder de 1% van het totale EU-budget.

De Commissie stelt voor om het aantal fondsen op het gebied van Binnenlandse Zaken terug te brengen naar twee: het Asiel- en Migratiefonds en het Interne Veiligheidsfonds. Door het aantal fondsen terug te brengen kan meer synergie worden bereikt en kan het geld efficiënter worden ingezet. Met een totaal budget van € 3 869 miljoen (in lopende prijzen) zal het Asiel- en Migratiefonds zich richten op geïntegreerd beheer van migratiestromen. In het huidige meerjarig financieel kader wordt dit door drie separate fondsen gedekt, namelijk het Europees vluchtelingenfonds, Integratiefonds en Terugkeerfonds. Op het terrein van asiel wordt financiële ondersteuning geconcentreerd op maatregelen om het gemeenschappelijk Europees asielsysteem (GEAS) en het EU-hervestigingsprogramma tot stand te brengen en intra-EU-relocatie te stimuleren. Wat betreft integratie worden financiële inspanningen met name gericht op lokale initiatieven, waarbij de aandacht onder meer kan uitgaan naar kwetsbare groepen migranten, zoals vluchtelingen, onbegeleide minderjarigen en slachtoffers van mensenhandel. Ook zal het fonds financiële steun beschikbaar stellen voor de implementatie van bepalingen in het kader van Mobiliteitspartnerschappen door derde landen. In het kader van terugkeer zal de focus liggen op ondersteuning van duurzame terugkeer, vrijwillige terugkeerprogramma’s en re-integratiemaatregelen. Het Asiel- en Migratiefonds kan ook worden ingezet in crisissituaties en bij plotselinge verhogingen van migratiestromen.

Voor het Interne Veiligheidsfonds stelt de Commissie een totaal bedrag voor van € 4 648 miljoen (in lopende prijzen). Het fonds zal zich concentreren op de implementatie van de Interne Veiligheidsstrategie inclusief het beheer van de EU-buitengrenzen. Hierbij zijn vijf subdoelen geformuleerd, namelijk 1) het ontmantelen van internationale criminele netwerken, 2) het voorkomen van terrorisme en adresseren van radicalisering, 3) het verbeteren van de internetveiligheid voor burgers en bedrijfsleven, 4) het verhogen van veiligheid door grensbeheer en 5) het versterken van Europa’s vermogen om te reageren op crises. Het Interne Veiligheidsfonds is opgesplitst in twee componenten: één deel voor buitengrenzen en visa (€ 3 520 miljoen), en één deel voor politiesamenwerking, het voorkomen en bestrijden van misdaad, en crisismanagement (€ 1 128 miljoen).

Met betrekking tot buitengrenzen en visa zal de financiële ondersteuning gericht zijn op het ondersteunen van lidstaten op een consistente manier bij het bewaken van de buitengrenzen. Ook zijn fondsen beschikbaar om lidstaten tegemoet te komen in de kosten bij de juiste implementatie van het Schengenacquis, consulaire samenwerking bij afgifte van visa en de verdere ontwikkeling van een geïntegreerd grensbeheersysteem. Het instrument voor de buitengrenzen en visa is daarmee een voortzetting van het Europees Buitengrenzenfonds, waaruit ook Nederland steeds middelen heeft ingezet. Verder wordt geld vrijgemaakt voor de samenwerking met derde landen op het gebied van grensbewaking en voor de ontwikkeling van nieuwe IT-systemen, zoals een Europees in- en uitreissysteem (EES) en een geregistreerd reizigersprogramma (RTP).

Ten aanzien van politiesamenwerking, het voorkomen en bestrijden van misdaad, en crisismanagement zal het Interne Veiligheidsfonds financiële ondersteuning bieden aan politiesamenwerking, misdaadpreventie en de bestrijding van ernstige grensoverschrijdende criminaliteit, crisisbeheersing en bescherming van de vitale infrastructuur. Het fonds zal onder meer de praktische samenwerking van rechtshandhavingautoriteiten versterken, het opzetten van een Cybercrime Centre financieel ondersteunen en geld vrijmaken voor innovatieve technologieprojecten op veiligheidsgebied. Met betrekking tot terrorismebestrijding zal het fonds financiële ondersteuning bieden aan het opzetten van een eventueel Europees Terrorist Finance Tracking System (TFTS), het tegengaan van gewelddadige radicalisering en aan steun aan slachtoffers van terrorisme. Ook bestrijkt het Interne Veiligheidsfonds de externe dimensie van interne veiligheid, zoals het bestrijden van mensenhandel en het ontmantelen van internationale criminele netwerken.

Om betere en gemakkelijkere toegang tot de fondsen te bewerkstelligen stelt de Commissie voor om de architectuur en het regelgevend kader van de fondsen aan te passen ten opzichte van het huidig meerjarig financieel kader. Zo wordt voorgesteld om af te stappen van jaarlijkse programma’s en over te gaan op meerjarige programmering, waarmee de administratieve lasten (met name op het gebied van verantwoordingsrapportage en evaluatie) aanzienlijk moeten dalen, meer samenhang tussen de fondsen wordt gecreëerd en de voortzetting van financiering wordt veilig gesteld. Als een belangrijke verbetering van de structuur ziet de Commissie ook dat in de fondsen een flexibel «emergency response» mechanisme is ingebouwd, dat het mogelijk maakt om effectief te kunnen reageren op plotselinge ontwikkelingen (bijvoorbeeld een plotseling verhoogde instroom van immigranten of een terroristische aanslag) via een versnelde procedure om in binnen enkele dagen financiering te verkrijgen.

Impact assessment Commissie

In aanloop naar de voorstellen voor het toekomstig financieel kader op het gebied van Binnenlandse Zaken heeft de Commissie lidstaten en andere betrokkenen geraadpleegd. De resultaten hiervan zijn opgenomen in impact assesment SEC (2011)1358 en SEC (2011)1359. Uit de consultaties, conferenties en expert-bijeenkomsten kwam duidelijk de behoefte naar voren aan een vereenvoudiging van instrumenten en aan meer flexibiliteit, met name ten aanzien van noodsituaties.

Nederland heeft op 28 juni 2011 een brief gestuurd aan Eurocommissarissen Malmström (Binnenlandse Zaken) en Reding (Justitie) met daarin de Nederlandse standpunten inzake de financiering van de Europese samenwerking op het gebied van Justitie en Binnenlandse Zaken onder het nieuwe Meerjarig Financieel Kader vanaf 2014. Hierin benadrukte Nederland het belang om voldoende middelen vrij te spelen binnen het krappe financiële kader om meer te kunnen investeren in de samenwerking op het terrein van justitie, migratie en asiel. Nederland pleitte onder andere voor eenvoudigere regelgeving, lastenvermindering, het terugbrengen van het aantal instrumenten, meer aandacht voor de externe dimensie en voor grensoverschrijdende operationele samenwerking, een horizontaal kader voor alle agentschappen en ruimere financiële middelen voor Frontex1.

4. Bevoegdheidsvaststelling en subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel

a) Bevoegdheid

  • Drie van de vier verordeningen zijn gebaseerd op de artikelen 78 (2), 79 (2 en 4), 82 (1), 84 en 87 (2) VWEU. Volgens Nederland is dit de juiste rechtsbasis.

  • Artikel 77 VWEU vormt de rechtsbasis van de overige verordening. Volgens Nederland is dit de juiste rechtsbasis.

b) Subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel

  • Subsidiariteit: positief

  • Proportionaliteit: positief

  • Onderbouwing:

    De doelen van dit pakket aan voorstellen – betere en makkelijkere toegang tot de EU-fondsen, daling van de administratieve lasten en efficiëntere inzet van geld –, kunnen niet of in mindere mate door de lidstaten afzonderlijk worden gerealiseerd. Vanuit dat oogpunt luidt het oordeel over de subsidiariteitstoets positief.

    De inzet van de Commissie staat in juiste verhouding tot de gestelde doelen. De gelden die beschikbaar worden gesteld voor de begroting van Binnenlandse Zaken blijven op het niveau van de begroting van 2013 en zijn daarmee kleiner dan 1% van de EU-begroting. Het oordeel over de proportionaliteitstoets luidt dan ook positief.

c) Nederlands oordeel over de voorstellen op het gebied van gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen

Nederland kan instemmen met de keuze van de Commissie voor de onderzoeks- en raadplegingsprocedure betreffende de tenuitvoerlegging van de voorstellen.

5. Financiële implicaties, gevolgen voor regeldruk en administratieve lasten

Consequenties EU-begroting

De Commissie stelt een totaal bedrag voor van € 10,9 miljard (in lopende prijzen). Dit is een continuering van het uitgavenniveau aan het einde van het vorige meerjarig financieel kader en blijft onder de 1% van het totale EU-budget. Het Asiel- en Migratiefonds zal bestaan uit een totaal budget van € 3 869 miljoen (in lopende prijzen) en het Interne Veiligheidsfonds is opgesplitst in twee componenten: één deel voor buitengrenzen en visa (€ 3 520 miljoen), en één deel voor politiesamenwerking, het voorkomen en bestrijden van misdaad, en crisismanagement (€ 1 128 miljoen).

Asiel- en Migratiefonds

De gelden zullen als volgt worden verdeeld. Er zal een bedrag van 637 miljoen (in lopende prijzen) worden gereserveerd voor Gemeenschappelijke acties, noodhulp, het Europees Migratie Netwerk en technische assistentie van de Commissie, en 3 232 miljoen (in lopende prijzen) voor de nationale programma’s van lidstaten. Dit totaalbedrag voor nationale programma’s van lidstaten zal als volgt worden verdeeld. Een bedrag van 2 372 miljoen (in lopende prijzen) zal worden verspreid onder de lidstaten. De Commissie heeft op basis van statistische data een indicatieve verdeling gemaakt. In de periode van 2014–2020 zal Nederland ongeveer 91,5 miljoen (in lopende prijzen) ontvangen. Dit is ongeveer 3,9% van het totaalbedrag. Verder zal 700 miljoen (in lopende prijzen) worden vrijgemaakt voor het Gemeenschappelijk hervestigingsprogramma, voor relocatie en voor specifieke acties genoemd in Bijlage II van voorstel COM (2011) 751, waaronder gemeenschappelijke terugkeer operaties en initiatieven op het gebied van integratie. Als laatste wordt een bedrag van 160 miljoen gereserveerd voor belangrijke veranderingen in migratiestromen of andere specifieke behoeften die worden geconstateerd bij de tussentijdse evaluatie.

Intern Veiligheidsfonds

Op het gebied van politiesamenwerking, het voorkomen en bestrijden van misdaad, en crisismanagement bedragen de algemene middelen 1 128 miljoen (in lopende prijzen), waarbij 564 miljoen wordt gereserveerd voor Gemeenschappelijke acties, noodhulp en technische assistentie op initiatief van de Commissie. Eenzelfde bedrag zal worden verdeeld onder de lidstaten voor de tenuitvoerlegging van de nationale programma’s. De Commissie heeft nog geen indicatie verdeling gemaakt per lidstaat. Voor buitengrenzen en visa worden de algemene middelen als volgt verdeeld. 1 100 miljoen (in lopende prijzen) wordt vrijgemaakt voor nieuwe IT-systemen, zoals een Europees in- en uitreissysteem of een programma voor geregistreerde reizigers. 150 miljoen (in lopende prijzen) wordt geoormerkt voor het Special Transit Scheme en 270 miljoen (in lopende prijzen) voor Gemeenschappelijke acties, noodhulp en technische assistentie van de Commissie. 2000 miljoen (in lopende prijzen) word toebedeeld aan de lidstaten voor de tenuitvoerlegging van nationale programma’s, waarbij 450 miljoen (in lopende prijzen) wordt geoormerkt voor specifieke acties, 350 miljoen (in lopende prijzen) wordt verdeeld naar aanleiding van de tussentijdse evaluatie en 1 200 miljoen (in lopende prijzen) wordt verspreid onder de lidstaten. Nederland zal volgens de indicatieve verdeling van de Commissie 2,3% van deze 1 200 miljoen (in lopende prijzen) ontvangen, wat neer komt op 29,3 miljoen (in lopende prijzen).

Financiële consequenties (incl. personele) voor rijksoverheid en/ of decentrale overheden

Volgens de indicatieve verdeling van de Commissie zal Nederland 91,5 miljoen (in lopende prijzen) ontvangen voor de tenuitvoerlegging van het nationale programma op het terrein van asiel- en migratie en 29,3 miljoen (in lopende prijzen) voor buitengrenzen en visa binnen het Intern Veiligheidsfonds. Met betrekking tot politiesamenwerking, het voorkomen en bestrijden van misdaad, en crisismanagement is er geen indicatieve verdeling bekend.

Projecten binnen het Asiel- en Migratiefonds en het Interne Veiligheidsfonds dienen te worden co-gefinancierd door publieke of private partijen, waarbij de bijdrage vanuit de begroting maximaal 75% van het totaalbedrag mag bedragen. In uitzonderlijke situaties kan de bijdrage vanuit de begroting van de Unie worden opgehoogd naar 90%.

Budgettaire gevolgen worden ingepast op de begroting van de beleidsverantwoordelijke departementen, conform de regels van de budgetdiscipline.

Financiële consequenties (incl. personele) voor bedrijfsleven en burger

Geen

Gevolgen voor regeldruk/administratieve lasten voor rijksoverheid, decentrale overheden, bedrijfsleven en burger

Zoals bij het huidige meerjarige financieel kader worden de fondsen grotendeels door de lidstaten beheerd. De Commissie beoogt een betere en makkelijkere toegang tot de fondsen ten opzichte van het huidige financieel kader door de overstap van jaarlijkse programma’s naar meerjarenprogramma’s. Hierdoor zouden de administratieve lasten voor de rijksoverheid moeten dalen.

6. Implicaties juridisch

Consequenties voor nationale en decentrale regelgeving en/of sanctionering beleid (inclusief toepassing van de lex silencio positivo)

Niet van toepassing.

Voorgestelde implementatietermijn (bij richtlijnen), dan wel voorgestelde datum inwerkingtreding (bij verordeningen en beschikkingen) met commentaar t.a.v. haalbaarheid

De datum van inwerkingtreding is 1 januari 2014. Dit is haalbaar.

Wenselijkheid evaluatie-/horizonbepaling

De lidstaten dienen jaarlijks te rapporteren over de tenuitvoerlegging van meerjaren programma. In 2017 en 2019 worden de lidstaten gevraagd om uitgebreidere informatie aan te leveren. De Commissie zal in 2018 een tussentijdse evaluatie presenteren om te bepalen of de fondsen na 2020 in stand moeten worden gehouden.

7. Implicaties voor uitvoering en handhaving

a) Uitvoerbaarheid

De uitvoerbaarheid wordt naar verwachting vergroot door een betere en makkelijkere toegang tot de fondsen. Verder zullen de administratieve lasten dalen voor de lidstaten vanwege de overstap naar meerjarenprogramma’s.

b) Handhaafbaarheid

Wat betreft de handhaving van de verordeningen zijn geen problemen voorzien.

8. Implicaties voor ontwikkelingslanden

Het Asiel- en Migratiefonds en het Interne Veiligheidsfonds bevatten een duidelijke externe component. Binnen de fondsen kunnen gelden beschikbaar worden gesteld voor activiteiten in of in relatie tot derdelanden. Derdelanden, waaronder ontwikkelingslanden, spelen namelijk een belangrijke rol bij het realiseren van de prioriteiten en doelstellingen van de EU op het gebied van Binnenlandse Zaken, bijvoorbeeld in relatie tot de regionale beschermingsprogramma’s en de hervestiging van vluchtelingen, de tenuitvoerlegging van readmissieovereenkomsten, het bestrijden van mensenhandel, het voorkomen van terrorisme en het versterken van buitengrenzen. De EU-instrumenten voor externe hulp zullen echter de primaire bron blijven voor financiële steun aan derdelanden.

9. Nederlandse positie

Nederland wil dat de Europese begroting een bijdrage levert aan vergroting van de veiligheid en rechtszekerheid van de Unie. Dit betekent dat samenwerking op het terrein van justitie, asiel en migratie een zwaarder accent zal moeten krijgen in het nieuwe MFK, binnen de beperkte financiële kaders. Ten aanzien van het budget van € 10,9 miljard (in lopende prijzen), is het kabinet van mening dat er niet vooruit moet worden gelopen op de onderhandelingen over het volgende MFK.

De voorstellen van de Commissie zijn voldoende toegerust op de huidige context en sluiten goed aan bij de Nederlandse inzet, namelijk; 1) simpelere regels en praktijk, bijvoorbeeld van jaarlijkse naar meerjaarlijkse programmering 2) rationalisering en flexibilisering, door reductie van aantal financieringsmiddelen van 4 fondsen en 2 programma’s naar 2 fondsen 3) focus op grotere uitgaven i.p.v. veel kleine uitgaven 4) meer aandacht voor de integratie van de externe aspecten in het uitgavenbeleid t.b.v. interne EU-doelstellingen en 5) meer aandacht voor agentschappen. Teneinde de bureaucratie terug te brengen zal de Commissie ook een dialoog aangaan met de lidstaten om te bekijken welke doelstellingen op de beste wijze met de financiering kunnen worden bereikt.

Asiel en Migratie

Nederland meent dat de MFK-voorstellen dienen te voorzien in de financiële behoeften van nieuwe migratieterreinen die de achterliggende jaren aan betekenis hebben gewonnen en waarvoor thans nog geen Europese middelen voor bestaan. De Commissie heeft hier deels gehoor aangegeven door middelen binnen het Asiel- en Migratiefonds beschikbaar te stellen voor legale migratie. Echter, Nederlands mist binnen het fonds aandacht voor handhaving, fraude en misbruik. Verder zou Nederland graag zien dat het thema integratie flexibeler wordt vormgegeven door het Asiel- en Migratiefonds zowel te richten op integratie van derdelanders en vluchtelingen als op integratie van EU-onderdanen. Binnen het Asiel- en Migratiefonds zullen gelden beschikbaar worden gesteld voor activiteiten met of in relatie tot derdelanden. Nederland hecht veel belang aan deze externe dimensie van het Binnenlandse Zakenbeleid en zou in dit verband graag zien dat financieringsmogelijkheden binnen het Asiel- en Migratiefonds aansluiten bij de andere middelen op het gebied van extern beleid.

Interne Veiligheid: Politiesamenwerking, misdaad en crisismanagement

Een geïntegreerde, multidisciplinaire benadering van veiligheid vraagt om een meer geïntegreerde benadering van de financiering dan thans mogelijk is. Zo zullen, bijvoorbeeld, met de mededeling van de Commissie inzake de uitvoering van de Interne Veiligheidsstrategie en het in 2010 opgerichte Comité voor Interne Veiligheid (COSI) meer gezamenlijke operaties, projecten en acties worden uitgevoerd op het terrein van de interne veiligheid. In de praktijk blijkt een behoefte aan een fonds dat middelen kan verstrekken aan sectoroverstijgende operaties. In de jaren na 2013 zal de behoefte aan een geïntegreerde benadering van de financiering zeker niet afnemen. Nederland verwelkomt daarom de oprichting van een Intern Veiligheidsfonds, waarom in de eerder genoemde brief aan Commissarissen Malmström en Reding (Kamerstukken II, 2010/11, 32 317, nr. 64) ook was aangedrongen.

De vergroting van cyber security is bij uitstek een speerpunt binnen het Nederlandse beleid. Cyber security biedt volgens de Nederlandse regering het antwoord op de grootste dreiging die nu op ons afkomt en die de komende tijd alleen maar groter zal worden. Aangezien cyber crime een internationaal probleem is, moet dat ook internationaal worden aangepakt. Hoewel dit voornamelijk in mondiaal verband moet gebeuren (VN), is de komende jaren vooral veel te verwachten van bilaterale samenwerking, onder meer met de Verenigde Staten, en van een aanpak in EU-verband. Daarom moet samenwerking in EU-verband worden gestimuleerd. Daarvoor moeten voldoende fondsen beschikbaar komen om deze samenwerking tot stand te kunnen brengen en in stand te houden. Het Interne Veiligheidsfonds lijkt dit mogelijk te maken.

Als hoogste prioriteit op het veiligheidsterrein zijn aangemerkt de bestrijding van georganiseerde criminaliteit en terrorismepreventie. Dit vraagt om een Europese aanpak, omdat daartoe effectieve samenwerking tussen (meerdere) lidstaten noodzakelijk is. Om deze grensoverschrijdende misdaadfenomenen effectief te kunnen aanpakken, heeft Europa een strategie nodig waarvoor financiële middelen beschikbaar gesteld moeten worden. Speerpunten bij de preventie en bestrijding van criminaliteit zijn terrorisme, mensenhandel en misdrijven tegen kinderen, drugshandel en wapenhandel, corruptie en fraude, allemaal onderwerpen die nu en de komende jaren hoog op de Europese agenda staan.

De financieringsbehoefte betreft primair de operationele samenwerking. In grensoverschrijdende operationele samenwerking wordt het overeengekomen beleid zichtbaar uitgevoerd en moeten concrete resultaten worden gehaald die Europa dichter bij de burger brengen. Het Interne Veiligheidsfonds moet de operationele samenwerking ondersteunen, waarbij de criteria een multidisciplinaire, geïntegreerde aanpak moeten ondersteunen. Dit betreft ook nieuwere vormen van samenwerking, zoals in het kader van de bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit. Daarnaast betreft de financieringsbehoefte de informatie-uitwisseling, in het bijzonder het gebruiksvriendelijk toegankelijk maken van de informatiekanalen van de bij de uitvoering van het EU-beleid betrokken diensten. Goede ondersteuning blijft van wezenlijk belang. Grotere toegankelijkheid van deze kanalen moet worden bereikt met slimme innovaties. Hierbij dient aansluiting gezocht te worden bij al bestaande projecten en ICT-toepassingen. Dit dient uiteraard gepaard te gaan met een goed afwegingskader en bijpassende projecten inzake gegevensbescherming. Voor beide prioriteiten geldt dat ondersteuning vanuit het Interne Veiligheidsfonds de samenwerking kan versterken en daarmee een grote toegevoegde waarde over de gehele linie kan hebben.

Nederland staat zeer kritisch tegenover het voorstel voor het «emergency response» mechanisme op het gebied van veiligheid. Nederland onderschrijft het belang van een snelle respons op crises, maar vraagt zich af hoe het genoemde mechanisme zich verhoudt tot bestaande instrumenten als het Financieel Instrument voor civiele bescherming.

Interne Veiligheid: Grensbewaking en visa

Een Europese interne veiligheidsstrategie waarbij de bewaking van de buitengrenzen een belangrijke component is, kan direct bijdragen aan het vergroten van de veiligheid voor burgers en bedrijven. Nederland is verheugd over het «emergency response» mechanisme, waar het migratie en grensbewaking betreft, omdat dit de mogelijkheid biedt om sneller en adequater op crisissituaties te reageren, zoals bij een onverwachte hoge instroom van migranten. Verder is Nederland voorstander van ruimere financiële middelen voor het agentschap Frontex: de ontwikkelingen aan de Europese buitengrenzen kwalificeren zich als zeer dynamisch en met grote impact voor het Europese continent. Hierbij dient er ook aandacht naar de oostelijke buitengrenzen uit te gaan. In de voorstellen is hier in voorzien.

Relatie met Meerjarig Financieel Kader (MFK)

De onderhandelingen over het Asiel- en Migratiefonds en het Interne Veiligheidsfond maken voor wat betreft de financiële aspecten integraal onderdeel uit van de onderhandelingen over het Meerjarig Financieel Kader (MFK) 2014- 2020. In dit licht hecht Nederland eraan dat besprekingen over deze fondsen niet vooruitlopen op de integrale besluitvorming betreffende het MFK. De beleidsmatige inzet van Nederland ten aanzien van het Asiel- en Migratiefonds en het Interne Veiligheidsfond zal ondersteunend moeten zijn aan de Nederlandse inzet in de MFK-onderhandelingen, te weten een substantiële vermindering van de Nederlandse afdrachten aan de EU en een hervormde begroting die is toegespitst op de prioriteiten van dit decennium. Binnen dit kader blijft vanzelfsprekend de ruimte bestaan om op de inhoud actief in te spelen op het verloop van de onderhandelingen.


X Noot
1

Kamerstukken II, 2010/11, 32 317, nr. 64.

Naar boven