22 026 Nederlands deel van een hogesnelheidsspoorverbinding Amsterdam–Brussel–Parijs en Utrecht–Arnhem–Duitse grens

Nr. 322 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 september 2010

Hiermee beantwoord ik de door de vaste commissie van Verkeer en Waterstaat van 8 september 2010 gestelde vragen (kenmerk 201021146812010D33594) inzake de geluidmetingen in Lansingerland.

Tijdens het algemeen overleg HSL-Zuid/Betuweroute/Vervoer gevaarlijke stoffen d.d. 18 mei 2010 (kamerstuk 22 026/22 589, nr. 219) heb ik de toezegging gedaan om de nog uit te voeren geluidmetingen in de gemeente Lansingerland af te stemmen met DCMR, de betrokken gemeente en omwonenden. In uw brief vraagt u met name in te gaan op deze toezegging.

De brief van de gemeente Lansingerland heb ik in goede orde ontvangen. De beantwoording van deze brief heb ik echter uitgesteld. Na ontvangst van deze brief werd bekend dat één van de actiegroepen, namelijk de Stichting Stop geluidsoverlast HSL, en enkele omwonenden een kort geding hebben aangespannen tegen onder andere de Staat. Dit kort geding heeft op vrijdag 3 september 2010 plaatsgevonden en de uitspraak van de rechter was op vrijdag 17 september 2010.

Nu de uitspraak van de rechter bekend is, zal ik ook op korte termijn een reactie geven op de brief van de gemeente Lansingerland. Ik kon de brief van de gemeente Lansingerland niet eerder beantwoorden, omdat een aantal onderwerpen in deze brief ook tijdens het kort geding aan de orde zijn geweest.

Inmiddels heeft de rechtbank te Utrecht uitspraak gedaan. De rechter heeft de vorderingen afgewezen en ik ben dan ook blij met deze uitspraak. De stilgemaakte treinen op de HSL-Zuid kunnen blijven rijden. De rechter is ervan overtuigd dat het stiller maken van het tijdelijke materieel en het akoestisch slijpen hebben geleid tot aanvaardbare geluidniveaus. Ook is de rechter, van mening dat aanvullende metingen noodzakelijk zijn om nog meer duidelijkheid te krijgen over het geluid op de HSL-Zuid. Met name om inzicht te krijgen in de definitieve situatie zijn aanvullende metingen van belang.

Ik zal daarom onverkort doorgaan met de reeds eerder aangekondigde stappen en zeer binnenkort zullen er aanvullende metingen in Lansingerland plaatsvinden.

De rechter is net als ik van mening dat de (lage) geluidbelastingen die uitgerekend zijn in het RWS2004-rapport alleen bedoeld waren om te laten zien dat de wijziging van het alignement niet tot hogere geluidbelastingen zou leiden. Het is dus niet zo dat deze berekende geluidbelastingen permanent nageleefd hoeven te worden. Dat is ook conform de uitleg van de eerder gemaakte afspraak zoals ik die tot nu toe met u heb gedeeld.

Ik kan u mededelen dat mijn ministerie inmiddels twee keer overleg heeft gevoerd met vertegenwoordigers van de gemeente Lansingerland en haar adviseurs DCMR en Peutz, ProRail, TNO en mijn ministerie Op 10 juni 2010 zijn de meetmethoden van TNO en DCMR besproken en naast elkaar gelegd. Vervolgens is op 15 juli 2010 een tweede overleg geweest om de locaties (3 gevels) te bepalen, waar TNO gevelmetingen zal uitvoeren. Bij de bepaling van de specifieke locaties heb ik de voorkeur van de gemeente gevolgd.

Op basis van deze metingen zal TNO een nadere analyse maken van de geluidreductie van de genomen maatregelen, waaronder het stiller maken van het tijdelijke Prio-materieel. Daarna zal op basis van deze resultaten door TNO de verwachte geluidimmissie voor het kalenderjaar 2010 voor deze woningen worden berekend. Deze berekende geluidimmissie zal vergeleken worden met de waarden uit het Tracébesluit. De planning is dat de gevelmetingen deze maand plaatsvinden en het rapport van TNO met daarin de resultaten wordt in oktober verwacht. Deze planning kan wijzigen als gevolg van slechte weersomstandigheden. Metingen moeten namelijk plaatsvinden binnen een juist meteoraam. Op basis van deze en nog later uit te voeren metingen kan ik vervolgens bepalen of er voor de definitieve situatie aanvullende maatregelen nodig zijn.

Zodra de resultaten bekend zijn en ik de definitieve versie van het rapport met de resultaten heb ontvangen, zal ik u het rapport doen toekomen.

Ik wil nogmaals benadrukken dat ik het vervelend vind dat de omwonenden ondanks de diverse genomen maatregelen nog steeds overlast ervaren. Het geluid op de HSL-Zuid blijft dus mijn volledige aandacht houden. De verwachting is dat de overlast in de toekomst verder zal verminderen wanneer het nieuwe AnsaldoBreda-materieel in gebruik wordt genomen.

De minister van Verkeer en Waterstaat,

C. M. P. S. Eurlings

Naar boven