21 501-32 Landbouw- en Visserijraad

Nr. 515 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 oktober 2011

Met deze brief informeer ik u over de onderwerpen die op de agenda staan van de Landbouw- en Visserijraad die op 20 en 21 oktober plaatsvindt in Luxemburg, alsmede over mijn inzet tijdens die bijeenkomst.

Op de agenda staan zowel landbouw- als visserijonderwerpen. Op het gebied van de landbouw betreft het de wetgevingsvoorstellen voor het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, de minstbedeeldenregeling en (onder diversen) de naleving van het legbatterijverbod per 1 januari 2012. Op het vlak van de visserij zal de Raad spreken over de vangstmogelijkheden voor 2012 in de Oostzee, de jaarlijkse visserijonderhandelingen tussen EU en Noorwegen en (onder voorbehoud) de jaarvergadering van de International Commission for the Conservation of Atlantic Tunas (ICCAT).

Wetgevingsvoorstellen Gemeenschappelijk Landbouwbeleid

(Presentatie en gedachtenwisseling)

De Europese Commissie zal op 12 oktober haar voorstellen presenteren voor het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) voor de periode 2014–2020. Deze voorstellen zullen door Commissaris Ciolos in de Landbouw- en Visserijraad toegelicht worden. De Raad zal aldaar een eerste reactie kunnen geven naar aanleiding van de presentatie van de Commissaris.

Tijdens de gedachtewisseling in de Raad zal ik interveniëren langs de lijnen van de kabinetsreactie van 26 november 2010 op de Mededeling van de Commissie betreffende de hervorming van het GLB (TK 28 625, nr. 108). De hoofdprioriteit voor het kabinet is dat de huidige directe GLB-betalingen zich in de toekomst moeten richten op de versterking van concurrentiekracht, in combinatie met verduurzaming en innovatie en op de beloning voor (bovenwettelijke) maatschappelijke prestaties, op het terrein van bijvoorbeeld natuur, milieu, waterbeheer, landschap, dierenwelzijn en diergezondheid.

Verder hecht ik sterk aan een gelijk speelveld tussen lidstaten en aan verdere vereenvoudiging van het GLB. Ik zal u snel na de publicatie van de wetgevingsvoorstellen op 12 oktober een kabinetsreactie daarop toezenden.

Minstbedeelden

(beleidsdebat)

Tijdens de Raad staat de wijziging van Verordening (EG) nr. 1234/2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten («Integrale marktordening landbouwproducten») ten aanzien van de voedselverstrekking aan de minstbedeelden in de Gemeenschap geagendeerd. De Commissie heeft dit voorstel reeds in september 2010 aan de Raad gepresenteerd. In de Landbouw- en Visserijraden van juni en september van dit jaar is dit punt eerder besproken, alsmede in de Raad voor Raad Werkgelegenheid, Sociaal beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken op 3 oktober jl.

Op 3 oktober jl. heeft de Commissie een gewijzigd voorstel gepresenteerd. Aan de rechtsgrondslag is artikel 175(3) VWEU toegevoegd, de eerder voorgestelde driejaarlijkse planning is teruggebracht naar de huidige, jaarlijkse, planning en de financiering van het programma is in tegenstelling tot het eerdere voorstel omgezet van cofinanciering naar volledige EU financiering zoals nu in de lopende programma’s ook plaats vindt. De wijzigingen zoals aangebracht door de Commissie in het voorstel brengen geen verandering aan in de Nederlandse positie.

Het kabinet is geen voorstander van het Commissievoorstel omdat eventuele voedselhulp aan minstbedeelden geen zaak voor de EU is, maar van de individuele lidstaten. Uw Kamer heeft op 30 november een brief aan de Commissie verzonden waarin u onder andere aangeeft er niet van overtuigd te zijn dat het Commissievoorstel aan de beginselen van subsidiariteit voldoet. Ik deel de mening van uw Kamer. De inrichting van het sociale beleid is een nationale aangelegenheid en op basis van subsidiairiteit is een Europees voedselbankprogramma met een duidelijk binnenlands karakter niet gewenst.

Voorstel voor vangstmogelijkheden in de Oostzee voor 2012

(Politiek akkoord)

De Commissie heeft een voorstel aan de Raad voorgelegd voor de maximaal toegestane vangstmogelijkheden (Total Allowable Catches, TAC) voor het jaar 2012 in de Oostzee. De betreffende biologische adviezen zijn in juni beschikbaar gekomen. Het voorstel bevat twee onderdelen die belangrijk zijn voor het beheer van de visserij in de Oostzee.

Het eerste onderdeel is de vaststelling van de TACs en quota, het tweede onderdeel gaat over de beperking van de visserijinspanning (aantal zeedagen). Het voorzitterschap streeft naar een politiek akkoord in de Raad. Nederland heeft geen visrechten in de Oostzee. Ik kan de voorstellen van de Commissie steunen. Ze zijn in lijn met de doelstellingen van een langjarig beheer gericht op duurzaam gebruik.

Visserijonderhandelingen EU-Noorwegen voor 2012

(Gedachtewisseling)

Jaarlijks onderhandelt de Commissie namens de EU met Noorwegen over de vangsthoeveelheden voor de gezamenlijk beheerde visbestanden, alsmede over de ruil van vangstmogelijkheden. De Raad zal van gedachten wisselen over de eerste onderhandelingsronde met Noorwegen (14–18 november). Het onderhandelingsproces verliep de afgelopen jaren moeizaam en de Commissie verricht daarom veel inspanningen om de onderhandelingen in goede banen te leiden. Doel is om deze vóór de Landbouw- en Visserijraad van december 2012 af te ronden.

De Commissie zal in de Raad waarschijnlijk ingaan op de voorbereiding van de eerste onderhandelingsronde. Daarbij staan centraal de vaststelling van de vangsthoeveelheden voor de gezamenlijk met Noorwegen beheerde bestanden, de aanpassing van gezamenlijke beheerplannen en de balans in de uitruil van visserijmogelijkheden tussen de EU en Noorwegen. Ook zullen controle en technische maatregelen voor de bescherming van kabeljauw aan de orde komen. Mijn inzet is gericht op een evenwichtig akkoord met Noorwegen, dat de duurzaamheid van de visserij ten goede komt en waarin ook de belangen van de Nederlandse visserijsector tot hun recht komen.

Jaarvergadering International Commission for the Conservation of Atlantic Tunas (ICCAT) (onder voorbehoud)

(Gedachtewisseling)

De Raad zal mogelijk van gedachten wisselen over de voorbereidng van de jaarvergadering van de ICCAT (9–19 november 2011, Istanbul), waarin afspraken worden gemaakt over de toegestane vangstmogelijkheden voor tonijn. Dit jaar zullen onder meer nieuwe beheerplannen vastgesteld moeten worden voor geelvin- en grootoogtonijn en mediterrane zwaardvis. De wetenschappelijke adviezen voor de verschillende tonijn bestanden zijn nog niet beschikbaar. Voor de blauwvintonijn is in 2010 een nieuw beheerplan met een looptijd tot en met 2012 vastgesteld. Blauwvintonijn staat dit jaar dan ook niet op de agenda.

Ik ben van oordeel dat de ICCAT-jaarvergadering moet leiden tot adequate meerjarige afspraken, gericht op een duurzaam beheer van de betrokken visbestanden. Deze afspraken moeten gebaseerd zijn op de beschikbare wetenschappelijke adviezen.

Diversen

Naleving legbatterijverbod per 1 januari 2012

(Informatie van de Commissie)

De Commissie zal informatie verstrekken over de actuele situatie met betrekking tot de realisatie van het legbatterijverbod (verbod op onverrijkte kooien in het kader van de legkippenrichtlijn) dat op 1 januari 2012 in gaat.

Een grote groep lidstaten, waaronder Nederland, heeft een gezamenlijke brief hierover aan de Commissie gestuurd. In deze brief wordt de Commissie opgeroepen om strikt aan het verbod te blijven vasthouden, de producenten die zich aan het verbod houden te beschermen en het verbod effectief te handhaven.

In de brief wordt de Commissie tevens verzocht om in de Raad van oktober verslag te doen van de stand van zaken in de diverse lidstaten inzake het verbod op het gebruik van legbatterijen. Aan dat verzoek komt de Commissie nu tegemoet.

Overige

Groenboek promotie en afzetbevordering landbouwproducten

Op 28 september jl. vond een voortgezet schriftelijk overleg met uw Kamer plaats over de kabinetsreactie op het groenboek promotie en afzetbevordering landbouwproducten dat de Commissie op 14 juli 2011 presenteerde.

Op 30 september zijn de kabinetsreactie op het Groenboek van 7 september jl. (TK 28 625, nr. 133), mijn reactie op de vragen van uw Kamer uit het schriftelijk overleg van 27 september jl. alsmede de aangenomen motie Koopmans/Jacobi aangeboden aan de Commissie.

Visserijpartnerschappen EU met Guinee-Bissau en Kaapverdië

In mijn brief van 20 september jl. (TK 32 201, nr. 19) heb ik u op de hoogte gebracht van mijn standpunt met betrekking tot een onderhandelingsmandaat aan de Commissie voor een nieuw visserijprotocol tussen de EU en Guinee-Bissau. Het protocol verstrijkt op 15 juni 2012. Ik heb daarbij aangegeven dat in het mandaat wordt opgenomen dat afspraken over de toegang tot tonijn in de wateren van Guinee-Bissau enkel gemaakt kunnen worden op voorwaarde dat er adequate beheerplannen zijn vastgesteld.

Inmiddels kan ik u informeren dat de tekst van het onderhandelingsmandaat op verzoek van Nederland is aangepast, zodat bij het vaststellen van de visserijmogelijkheden rekening zal worden gehouden met de beheerplannen zoals vastgesteld in de Regionale Visserij Beheer Organisatie. Dit zie ik als een belangrijke stap vooruit. Nog niet eerder is dit zo in een mandaat opgenomen.

Ik heb ingestemd met het mandaat, maar daarbij wel in een unilaterale verklaring aangegeven dat ik het finale eindoordeel over het protocol zal baseren op het onderhandelingsresultaat én op de besluiten die in het kader van de ICCAT worden genomen met betrekking tot beheerplannen voor geelvin- en grootoogtonijn.

Ik wil u tevens melden dat de Europese Commissie een voorstel heeft ingediend voor verlenging van het bestaande protocol met Guinee-Bissau met één jaar. Dit voorstel is overeenkomstig het door de Raad goedgekeurde mandaat. Ik ben voornemens in te stemmen met de verlenging met één jaar, ook om daarmee voldoende tijd te hebben voor de onderhandelingen over een nieuw protocol. Het protocol bevat een clausule over de mensenrechtensituatie.

Verder verschijnt mogelijk de vaststelling van het visserijprotocol tussen de EU en Kaapverdië als A-punt op de Landbouw- en Visserijraad. In mijn brief van 25 mei jl. (TK 32 201, nr. 15) heb ik u reeds geïnformeerd dat in de Raad overeenstemming was bereikt over dit partnerschap.

Nu op 27 september jl. ook het Europees Parlement ermee heeft ingestemd kan de Raad de afsluiting van het protocol formeel vaststellen.

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

H. Bleker

Naar boven