19 637 Vreemdelingenbeleid

Nr. 1787 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 februari 2014

In de brief van 13 september 20131 heb ik uw Kamer, onder onderdeel C., Tijdsbesteding van asielzoekers in de opvang, geïnformeerd dat ik de mogelijkheden wil onderzoeken om extra te investeren in maatregelen die het welzijn van vreemdelingen in gezinslocaties en de vrijheidsbeperkende locatie op een positieve manier kunnen beïnvloeden. Daarbij gaf ik aan dat ik in het bijzonder wil nagaan of het activeren van vreemdelingen op deze locaties bijdraagt aan het stimuleren en realiseren van zelfstandige terugkeer.

In de genoemde brief heb ik u gemeld dat het COA meer zal inzetten op het gebruik maken van de al beschikbare voorzieningen en mogelijkheden tot het actief betrokken houden van bewoners op alle opvang- en onderdaklocaties. Het bieden van een zinvolle dagbesteding aan bewoners draagt naar verwachting bij aan hun weerbaarheid, zelfredzaamheid en gezondheid. Hierdoor zullen bewoners beter in staat zijn om vanuit een realistisch toekomstperspectief te handelen. Deze opdracht heeft het COA inmiddels ter hand genomen.

Daarnaast heb ik in de genoemde brief toegezegd een pilot op te zetten waarbij praktische cursussen en activiteiten worden aangeboden die een positieve invloed op het welzijn van de bewoners hebben, aansluiten bij de behoeften van vreemdelingen én de bereidheid tot zelfstandige terugkeer positief zullen beïnvloeden. Hierbij wil ik eveneens onderzoeken of het activeren van bewoners van invloed is op de mate waarin medische zorg wordt afgenomen.

Met deze brief informeer ik uw Kamer over de opzet, omvang, analyse en looptijd van deze pilot.

Opzet Pilot: gezinslocaties

Zoals ik uw Kamer in genoemde brief informeerde, wil ik nagaan of activering, naast dat het de bewoners positief beïnvloedt en aansluit bij hun behoeften, bijdraagt aan het stimuleren van zelfstandige terugkeer. De activiteiten in deze pilot zijn daar dan ook op gericht. Het bevorderen van terugkeer is het hoofddoel van de pilot. De pilot wordt uitgevoerd, daar waar activering naar mijn mening het meest aan de orde is: op de gezinslocaties.

Er is voor gekozen de pilot op een beperkt aantal (3) gezinslocaties uit te voeren, zodat het beschikbare (en beperkte) budget niet te veel versnipperd raakt en effecten gemakkelijker gemeten kunnen worden.

Omvang Pilot: waar en welke activiteiten?

Gegeven de ter beschikking staande middelen, wordt een pilot met een beperkte reikwijdte opgezet. Voor deze pilot heb ik een budget, voor de duur van één jaar, van € 500.000 beschikbaar gesteld. De pilot zal op drie gezinslocaties plaatsvinden: Gilze, Burgum en Den Helder. Om met het beperkte budget een zinvolle pilot op te zetten moeten de activiteiten aan een aantal criteria voldoen. Zo moeten de activiteiten kortdurend van aard zijn en dienen ze de terugkeer te bevorderen. Aangezien er al veel op terugkeer gerichte activiteiten op de gezinslocaties plaatsvinden, zoals maandelijkse terugkeerbijeenkomsten, specifieke voorlichtingsbijeenkomsten en het intensieve casemanagement door DT&V zullen de pilotactiviteiten hierop aansluiten.

Gekozen is voor de volgende activiteiten:

  • 1. Cursussen en opleidingen van korte aard, gericht op activiteiten die de vreemdeling kunnen helpen bij terugkeer en herintegratie in het herkomstland. Deze cursussen en opleidingen moeten bij de bestaande terugkeerprojecten en mogelijkheden die de plaatselijke ROC’s aanbieden aansluiten. Het aanbod wordt zo veel mogelijk in de eigen taal aangeboden. Uitgangspunt is mensen te activeren en zelf de regie te laten nemen over hun toekomst in het land van herkomst door drempels (bijvoorbeeld angst om geen woning, werk of medische zorg te hebben) te bespreken en waar mogelijk weg te nemen.

    De cursussen en opleidingen kunnen groepsgewijs, maar ook individueel (maatwerk) aan de doelgroep worden aangeboden.

  • 2. Verbetering (en mogelijke uitbreiding) van de bestaande sportfaciliteiten. Doel is hier mede om door meer sportactiviteiten aan te bieden de vreemdeling in een actievere rol te krijgen. Sport is een goed middel om mensen in beweging te krijgen, het brengt mensen letterlijk in beweging en maakt positieve energie los.

    Mentale en fysieke gezondheid zijn zeer nauw met elkaar verbonden. Stress in het hoofd uit zich vaak in lichamelijke klachten. Door te sporten kunnen bewoners stress verminderen. Sport biedt mogelijkheden voor het ontwikkelen van competenties en talenten op uiteenlopende vlakken: fysiek, organisatorisch, sociaal, mentaal of pedagogisch.

  • 3. Activiteitenbegeleiding: Gedurende de looptijd van de pilot worden extra activiteitenbegeleiders ingezet. Zij hebben diverse taken. Zij moeten bewoners informeren over de activiteiten en vervolgens bewoners stimuleren deel te nemen aan (sport)activiteiten die passen bij hun mogelijkheden en belangstelling en behoefte. Ook vervullen zij taken bij het begeleiden van deze activiteiten. Tot slot hebben zij ook een rol bij het opzetten en organiseren van nieuwe activiteiten, bijvoorbeeld sportactiviteiten. Deze activiteiten kunnen zowel binnen als buiten de opvanglocatie plaatsvinden.

  • 4. Inrichten terugkeerruimte, met in het bijzonder het voorzien in de plaatsing van informatiezuilen. De verwachting is dat wanneer vreemdelingen zich zelfstandig kunnen informeren over de situatie in het land van herkomst zij beter in staat zijn om keuzes te maken.

Op deze zuilen kunnen vreemdelingen op een laagdrempelige en toegankelijke manier zelfstandig actuele en interactieve informatie vinden over de beschikbare terugkeer- en herintegratieprojecten in het land van herkomst met als doel de mogelijkheid om zelf invulling te geven aan de plannen die zij voor ogen hebben na terugkeer. De informatie wordt zoveel mogelijk aangeboden in de talen van de nationaliteiten die het meest vertegenwoordigd zijn op de gezinslocaties.

Daarnaast zijn de zuilen voorzien van abonnementen op kranten, vacaturesites en gegevens over scholing en huisvesting in de herkomstlanden.

Analyse gevolgen activering

Het WODC zal in een kwalitatief en kwantitatief onderzoek de gevolgen van deze pilot analyseren. Het WODC zal in zijn analyse de eventuele daling van het beroep op medische voorzieningen en de eventuele invloed op de terugkeerbereidheid betrekken. Daarbij zal het WODC ook de bewoners en verschillende belanghebbenden betrekken middels (elektronische) vragenlijsten en via interviews.

Looptijd van de pilot

Zoals gemeld kent de pilot een looptijd van één jaar. De activiteiten van de pilot zullen uiterlijk op 1 maart 2014 gestart zijn. Na afloop van de pilot zal het WODC over de effectiviteit van de activering rapporteren. Aansluitend zal ik uw Kamer informeren over de resultaten van deze pilot.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven


X Noot
1

Kamerstuk 19 637, nr. 1721

Naar boven