19 637 Vreemdelingenbeleid

Nr. 1625 MOTIE VAN HET LID VOORDEWIND

Voorgesteld 12 maart 2013

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de permanente regeling als voorwaarde stelt dat iemand in voldoende mate heeft meegewerkt aan zijn terugkeer en dat dit op dezelfde wijze door de Dienst Terugkeer & Vertrek getoetst zal worden als bij de aanvraag van een buitenschuldvergunning;

overwegende dat de permanente regeling hiermee de facto gelijk wordt gesteld aan de bestaande mogelijkheid van het aanvragen van een buitenschuldvergunning, waarbij door de zeer stringente toetsing nu slechts circa 30 van dergelijke vergunningen op jaarbasis worden verleend;

van mening dat deze beperking de mogelijkheid van een structurele oplossing voor gewortelde asielkinderen ondergraaft;

verzoekt de regering om, bij de toetsing of iemand in voldoende mate heeft meegewerkt aan vertrek, de verklaring van de vreemdeling en concreet toetsbare feiten, zoals verzoeken aan de Internationale Organisatie voor Migratie en de ambassades om mee te werken, bepalend te laten zijn voor medewerking,

en gaat over tot de orde van de dag.

Voordewind

Naar boven