19 637
Vreemdelingenbeleid

nr. 1211
MOTIE VAN HET LID SPEKMAN C.S.

Voorgesteld 3 juli 2008

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat de beëindiging van de verstrekking van leefgelden aan (ex-)AMV-en een averechts effect heeft gehad, waarbij veel van deze ex-AMV-en juist in de illegaliteit verdwijnen en het slachtoffer kunnen worden van uitbuiting;

overwegende, dat de staatssecretaris van Justitie in haar reactie op het recente WODC-onderzoek «Illegaal verblijf in Nederland» constateert dat alleenstaande minderjarige vreemdelingen in het bijzonder een risico lopen om het slachtoffer te worden van vormen van uitbuiting en/of mensenhandel, vaak ook in de overgang naar meerderjarigheid, en dus in een kwetsbare positie verkeren;

overwegende, dat een 15-tal gemeenten een aantal jaren ten aanzien van ex-AMV-en met succes een werkwijze hanteert, de zogeheten «Steunpunt perspectiefaanpak», die in de uitvoering effectief en humaan is gebleken aangezien deze aanpak heeft geleid tot een hogere terugkeer van ex-AMV-en naar het land van herkomst, een groep ex-AMV-en alsnog in het bezit is gesteld van een verblijfsvergunning én voorkomen wordt dat deze groep in de illegaliteit terechtkomt;

verzoekt de regering in samenspraak met de betrokken gemeenten een experiment voor de duur van twee jaar aan te gaan, waarbij de uitgangspunten van de Steunpunt perspectiefaanpak leidend zijn en dit experiment te evalueren op het verhogen van het percentage van de daadwerkelijke terugkeer van de ex-AMV-en en het verlagen van het percentage van (ex-)AMV-en die met onbekende bestemming zijn vertrokken,

en gaat over tot de orde van de dag.

Spekman

Van de Camp

Anker

De Wit

Azough

Naar boven