Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2014-2015 | nr. 89, item 7 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2014-2015 | nr. 89, item 7 |
De voorzitter:
Ik stel voor, dinsdag aanstaande ook te stemmen over het wetsvoorstel Wijziging van de wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren in verband met het verrichten van werkzaamheden op zondagen en feestdagen (34096).
Op verzoek van het lid Ouwehand stel ik voor, haar motie op stuk 33450, nr. 39 opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in artikel 69, tweede lid, van het Reglement van Orde genoemde termijn van twee maanden voor deze motie opnieuw gaat lopen.
Ik deel mee dat ingevolge artikel 69, tweede lid, van het Reglement van Orde de volgende aangehouden moties zijn vervallen: 26991-442; 26991-443; 29398-452; 33450-30; 31409-75.
Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda:
-het VAO Energie, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 27 mei, met als eerste spreker het lid Agnes Mulder namens het CDA;
-het VAO Reclassering, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 27 mei, met als eerste spreker het lid Keijzer namens het CDA;
-het VAO Financiën funderend onderwijs, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 27 mei, met als eerste spreker het lid Ypma namens de PvdA;
-het VSO over de toelichting over de toelatingsvoorwaarden voor de pilot regelluwe scholen (29546, nr. 21), met als eerste spreker het lid Rog namens het CDA;
-het VSO over ontwikkeling van de groepsgrootte in het basisonderwijs (31293, nr. 255), met als eerste spreker het lid Siderius namens de SP;
-het VAO Arbeidsongeschiktheid/beroepsziekten, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 28 mei, met als eerste spreker het lid Ulenbelt namens de SP.
Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.
De voorzitter:
Ik geef het woord aan mevrouw Voortman namens de fractie van GroenLinks.
Mevrouw Voortman (GroenLinks):
Voorzitter. Vanochtend heeft GroenLinks-Europarlementariër Judith Sargentini samen met de Oostenrijkse parlementariër Peter Pilz bewijzen naar voren gebracht van het aftappen en doorspelen naar de NSA van Nederlands dataverkeer door de Duitse inlichtingendienst BND. Het gaat om grote lijnen van KPN die daarom waarschijnlijk worden gebruikt door organisaties of bedrijven. Die lijnen staan op de prioriteitenlijst van transitlijnen die vanaf Rotterdam of Amsterdam naar andere landen in Frankfurt zijn onderschept. Ook beschikt GroenLinks over een getekend contract tussen de BND en Deutsche Telecom dat de laatste tot onderschepping van doorgaand buitenlands transitverkeer verplicht. Minister Plasterk heeft op basis van eerdere onthullingen nagelaten hier diepgravend onderzoek naar te doen.
Ik wil onderzoek naar welke bedrijven of organisaties zijn afgeluisterd en ik wil diplomatieke actie richting Duitsland en de VS. Daarom wil ik graag een debat voeren met de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de minister van Buitenlandse Zaken, voorafgegaan door een brief met een reactie op de aangevoerde bewijzen.
De voorzitter:
Volgens mij hebt u alles al gezegd. Wie mag ik hierover het woord geven?
Mevrouw Voortman (GroenLinks):
Helaas niet.
Mevrouw Berndsen-Jansen (D66):
Steun voor een brief. Vorige week is tijdens de procedurevergadering van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties afgesproken dat hierover een algemeen overleg zou worden gepland. Dus geen steun voor een debat, maar wel voor een algemeen overleg.
De heer Recourt (PvdA):
Wij moeten hierover met de Kamer praten, maar de zoektocht is een beetje hoe wij dat gaan doen. Mevrouw Voortman spreekt over bewijs, maar ik heb nog geen bewijs zien. Ik zou graag zien dat het bewijs dat zij heeft, aan de Kamer wordt overlegd. Dinsdag hebben wij een debat met de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de Algemene Rekenkamer. Wij kunnen dan voorlopig met hem spreken.
De voorzitter:
Wel of geen steun?
De heer Recourt (PvdA):
Op het moment dat er stukken zijn, wil ik hierover debatteren. Dus op dit moment geen steun, maar als er stukken zijn, kom ik hierop terug.
De heer Ronnes (CDA):
De CDA-fractie geeft geen steun aan de vraag om een debat, maar zij wacht de brief van de minister af.
De heer Öztürk (Groep Kuzu/Öztürk):
Steun voor de brief en ook voor het debat.
Mevrouw Tellegen (VVD):
Steun voor de brief. Geen steun voor het debat, althans nu nog niet. Ook ik vind dat erover gesproken moet worden als uit de brief of uit andere stukken die naar de Kamer zouden moeten worden gestuurd, blijkt dat er bewijs is.
De heer Voordewind (ChristenUnie):
Steun voor de brief. Ik begrijp dat het ook via een AO zou kunnen. Dan geef ik de voorkeur aan een AO.
De heer Dijkgraaf (SGP):
Steun voor een brief en nog geen steun voor een debat.
De voorzitter:
Mevrouw Voortman, u hebt wel steun voor een brief maar geen steun voor een debat.
Mevrouw Voortman (GroenLinks):
Ik hoorde de PvdA en de VVD wel zeggen dat als er stukken zijn, als er bewijzen zijn, ze dat debat graag willen voeren. Die bewijzen zijn er; die hebben we ook openbaar gemaakt. Ik wil het linkje wel even naar de heer Recourt sturen als dat nodig is, maar die stukken zijn er. Dus wat dat betreft kan het debat gewoon gevoerd worden. Misschien dat dat iets verandert in de stellingname van de PvdA.
De voorzitter:
De heer Recourt, ik vraag u het kort te houden.
De heer Recourt (PvdA):
Ik houd het heel kort: ik ga het bekijken en wellicht dat ik er dan anders over denk, maar ik moet het dus eerst even zien.
De voorzitter:
Dus nu geen steun?
De heer Recourt (PvdA):
Nu geen steun.
De voorzitter:
Het was ook aan de VVD gericht. Mevrouw Tellegen, hebt u behoefte om te reageren?
Mevrouw Tellegen (VVD):
Ik was helder: nu steun voor een brief maar geen steun voor een debat.
De voorzitter:
Mevrouw Voortman, u hebt geen steun voor een debat, wel voor een brief.
Mevrouw Voortman (GroenLinks):
Ik hoor het, voorzitter. Dank u wel.
De voorzitter:
Dan stel ik voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.
Ik geef het woord aan mevrouw Thieme van de Partij voor de Dieren.
Mevrouw Thieme (PvdD):
Voorzitter. Ik denk dat iedereen die gisteren de uitzending van ZEMBLA heeft gezien over de melkveehouderij kan spreken van schokkende praktijken die daar plaatsvinden. Koeien zijn wegwerpproducten geworden, zo zei landbouwsocioloog professor Jan Douwe van der Ploeg gisteravond in ZEMBLA. Over de melkveehouderij hebben we veel gesproken en met name over de mest, maar het feit dat de melkveehouderij steeds intensiever wordt ten koste van dierenwelzijn verdient een apart debat; het gaat over de gevolgen van het verlaten van de regels rondom mest voor het dierenwelzijn.
Mevrouw Lodders (VVD):
Geen steun voor het debat, wel graag een brief van de staatsecretaris, waarbij ik haar verzoek om daarin uitdrukkelijk in te gaan op de rol van de Nederlandse veehouderij in de voedselproductie en de wereldwijde vraag naar voedsel.
Mevrouw Berndsen-Jansen (D66):
Steun voor een brief maar zeker ook steun voor een debat.
De heer Geurts (CDA):
Naar aanleiding van zo'n beperkte uitzending — ik heb overigens begrepen dat ze in juni nog in herhaling gaan — zou ik wel het verzoek om een brief willen steunen maar vooralsnog geen steun willen geven aan het verzoek om een debat.
De heer Smaling (SP):
Steun voor beide.
De heer Dijkgraaf (SGP):
Steun voor brief, niet voor debat.
De heer Voordewind (ChristenUnie):
Steun voor de brief en ook voor het debat, maar niet dan nadat de Kamer een reactie op de aangenomen motie-Dik-Faber over dit punt heeft gekregen, want pas dan is het debat echt goed te voeren.
De heer Van Dekken (PvdA):
Graag een brief met wat ons betreft daarin de gedachte van het ontwikkelen van een actieplan om die wantoestanden inzake dierenwelzijn in de melkveehouderij aan te pakken. Vooralsnog geen steun voor een debat. Misschien dat we in de procedurevergadering even kunnen kijken hoe we in het kader van het algemeen overleg Dierenwelzijn toch recht kunnen doen aan deze akelige situatie.
Mevrouw Voortman (GroenLinks):
Steun voor een debat.
De voorzitter:
Mevrouw Thieme, u hebt geen steun voor het houden van een debat, maar wel voor een brief.
Mevrouw Thieme (PvdD):
Heb ik voldoende steun voor een dertigledendebat?
De voorzitter:
Ja.
Mevrouw Thieme (PvdD):
Dan wil ik mijn verzoek om een debat graag omzetten in een verzoek om een dertigledendebat. Ik vraag dus om dat op de agenda te plaatsen. De suggestie voor een brief omarm ik graag, waarbij het mij wel goed lijkt om eerst een vragenronde via de e-mail te houden om op die manier alle vragen te kunnen inventariseren.
De voorzitter:
Goed. Dat moet dan via de commissie. Ik zal dit dertigledendebat aan de lijst toevoegen, waarbij een spreektijd per fractie geldt van drie minuten. Verder stel ik voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.
Ik geef het woord aan de heer Pechtold van D66.
De heer Pechtold (D66):
Voorzitter. Wij ontvingen deze week van het kabinet een appreciatie van de Europese migratieagenda. Voor vanavond 19.00 uur hebben we gepland staan — we zien daarnaar uit — een debat daarover, maar een deel van de appreciatie, dus de waardering van het kabinet ten aanzien van wat uit Europa komt, ontbreekt nog. Dat is met name de verdeling van het aantal vluchtelingen die in Europa voorligt. Het debat vanavond zou wat mij betreft niet gevoerd kunnen worden als wij dat niet weten, want dan kan het zomaar alle kanten op schieten en dan is zo'n debat uiteindelijk zinloos. Daarnaast stel ik vast dat het onderwerp migratiestromen en Middellandse Zee breder wordt dan het überhaupt was toen wij de debataanvraag deden.
Ik stel de Kamer dus voor dat wij voor 17.00 uur een brief van het kabinet krijgen met daarin — ik zeg het er voor de zekerheid bij — een heel heldere appreciatie van de verdeelsystematiek en de betekenis daarvan voor met name Nederland. Als die brief niet komt — ik zeg het met enige terughoudendheid en het gevoel van "dan gaan we weer …"— dan zie ik nut en noodzaak van het debat vanavond niet zitten en zou ik om uitstel willen vragen. Laten wij het kabinet echter de kans geven om voor vijven met die heldere appreciatie te komen.
De voorzitter:
Het zijn eigenlijk twee verzoeken in één verzoek. Begrijp ik dat goed?
De heer Pechtold (D66):
Ja.
De voorzitter:
We zullen eerst kijken of er steun is voor het vragen van een brief voor 17.00 uur.
De heer Voordewind (ChristenUnie):
Steun voor een brief. Ik vrees alleen dat die niet meer duidelijkheid zal opleveren dan de brief van 26 mei. Maar goed, laten we het proberen. Een verbreding van het debat is ook prima, maar ik zou het wel op prijs stellen dat we het debat vanavond laten doorgaan. De bootvluchtelingen wachten ook niet twee weken totdat wij het debat gaan voeren en we hebben het al een week uitgesteld.
De heer Fritsma (PVV):
De PVV steunt beide verzoeken, want zonder duidelijk kabinetsstandpunt over dit plan is het vrij zinloos om een debat te voeren.
De heer Van Haersma Buma (CDA):
Steun voor beide verzoeken van de heer Pechtold.
Mevrouw Voortman (GroenLinks):
Ook wij kunnen het verzoek om een brief steunen. Wij willen heel graag dat het kabinet duidelijk positie kiest en dat duidelijk is wat die is. Kies je voor de positie die de heer Pechtold en ik innemen of kiest het kabinet voor de positie van bijvoorbeeld de PVV en de VVD?
De voorzitter:
Wat zegt u over het verzoek over het debat vanavond? Ik doe het maar in één keer.
Mevrouw Voortman (GroenLinks):
Dat vind ik wat lastig. De problemen in verband met de bootvluchtelingen doen zich nu voor. Wat dat betreft ben ik niet direct genegen om te zeggen dat wij het debat moeten uitstellen.
De heer Dijkgraaf (SGP):
Voor beide verzoeken steun.
Mevrouw Kuiken (PvdA):
Steun voor een brief. Ik wijs de heer Pechtold erop dat ik vorige week nog heb gevraagd of wij niet beter konden verzoeken om een brief, waarbij wij wisten dat de Europese Commissie ook de cijfers al aangeleverd had. Dat was toen niet nodig en hij wilde deze week het debat. Wat mij betreft houden wij vanavond gewoon het debat.
Mevrouw Gesthuizen (SP):
Steun voor de voorstellen van de heer Pechtold.
De heer Azmani (VVD):
Wat mij betreft steun voor een brief. In het kader van het verwachtingenmanagement merk ik op dat het mij raar voorkomt als er nu al een uitgebreide toelichting kan komen op de verschillende vragen, die ook bij het kabinet leven, als je de brief leest. Ik ben er in elk geval geen voorstander van om het debat dan maar te verplaatsen. Er zijn veel onderdelen van de Europese migratieagenda waarover wij gewoon het debat al kunnen voeren. Als er bovendien in Brussel wordt gesproken — de eerste gelegenheid is de JBZ-Raad — houden wij voorafgaand een algemeen overleg om de standpunten verder te bepalen. Wat mij betreft dus geen steun voor het tweede onderdeel van het verzoek. Het eerste onderdeel steun ik.
De voorzitter:
Mijnheer Pechtold, de meerderheid van de Kamer wil inderdaad ook een brief voor 17.00 uur. U wordt daarin gesteund. Voor het verzoek om eventueel het debat uit te stellen is geen meerderheid.
De heer Pechtold (D66):
Daartoe heb ik geen verzoek gedaan. Het lijkt mij verstandiger om gewoon om 17.00 in een nieuwe regeling vast te stellen wat de uitkomst is. Ik geef mevrouw Kuiken gelijk. Wij hadden dat misschien vorige week anders kunnen waarderen. Als ik echter de heer Azmani hoor, vermoed ik zomaar dat het standpunt van het kabinet niet heel erg duidelijk is. Hij geeft daar namelijk al een voorschot op. En dan hebben wij volgende week weer een debat. Dat houd ik met name de coalitie voor. Ik vind ook dat er gedebatteerd moet worden; volgens mij leeft dat heel breed in de oppositie. Ik vind het echter een beetje moeilijk als wij over de kern van de zaak, de effecten voor Nederland, vanavond geen helder standpunt en dus geen helder debat hebben en dan de dingen volgende week — want ik denk dat het dan heel snel moet — weer overdoen. Mijn voorstel zou zijn om gewoon om 17.00 uur te kijken of het kabinet helder is.
De voorzitter:
Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. Afhankelijk van de brief straks komt er waarschijnlijk ook een regeling van werkzaamheden.
Het woord is aan mevrouw Siderius namens de fractie van de SP.
Mevrouw Siderius (SP):
Voorzitter. Namens mijn collega Karabulut breng ik naar voren dat de commissie voor Sociale Zaken al tweemaal heeft gerappelleerd op toezeggingen op het terrein van radicalisering en integratie. Ondertussen is een van de vier rapporten daarover binnengekomen. De andere drie zouden ook voor 12.00 uur worden verstuurd naar de Kamer maar zijn er nog niet. Dus graag met spoed die rapporten naar de Kamer.
De voorzitter:
Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.
Mevrouw Siderius (SP):
Het tweede verzoek gaat over schriftelijke vragen van mijn hand die nog steeds niet beantwoord zijn. Het gaat om schriftelijke vragen aan de staatssecretaris van Onderwijs over taal- en spraakproblemen bij kinderen. Het zou mooi zijn als die deze week kunnen worden beantwoord.
De voorzitter:
Ik stel voor, ook het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.
Hiermee zijn we aan het einde gekomen van deze regeling.
De vergadering wordt van 13.46 uur tot 14.00 uur geschorst.
Voorzitter: Berndsen-Jansen
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20142015-89-7.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.