Mevrouw Sent (PvdA):
Voorzitter. De PvdA-fractie heeft vandaag tijdens de behandeling van dit wetsvoorstel aandacht gevraagd voor in het bijzonder de achterliggende filosofie, de rechtszekerheid en de toegankelijkheid van het hoger onderwijs.
Over de toegankelijkheid merk ik het volgende op. Wij zijn blij dat de minister bovenop de reeds toegezegde voorziening voor kinderen uit de lage inkomensgroepen heeft toegezegd de positie van de middengroepen goed te zullen monitoren. Bovendien heeft zij toegezegd extra consulenten in te zetten, om studenten die overwegen om puur financiële redenen een opleiding niet te volgen op te sporen, te informeren en te begeleiden.
Vervolgens een opmerking over de rechtszekerheid van de huidige bachelorstudenten die een master gaan volgen en geconfronteerd worden met het gegeven dat zij voor de masterstudie geen basisbeurs meer zullen ontvangen. Onze fractie erkent dat er een formeel-juridisch onderscheid bestaat tussen de bachelor- en de masterstudie, al kan er gediscussieerd worden over de feitelijke redelijke verwachting die de huidige bachelorstudenten hebben. Mede daarom is onze fractie blij met de toezegging dat er ten behoeve van die studenten extra decanen beschikbaar komen.
Van fundamenteel belang acht onze fractie het feit dat de minister afscheid heeft genomen van de in de memorie van toelichting genoemde paradigmawisseling naar een investerende student die te veel een ongewenst rendementsdenken verraadt. In plaats daarvan richt het kabinet zich nu op de verantwoordelijke student die erop wordt aangesproken om zijn of haar talenten te ontplooien voor zichzelf, maar zeker ook voor de samenleving als geheel. De overheid voelt zich namens die samenleving verantwoordelijk voor het mogelijk maken van kwalitatief goed en toegankelijk onderwijs voor studenten. De student kan ook gevraagd worden zijn of haar verantwoordelijkheid voor het ontplooien van talenten serieus te nemen …
Vóór stemmen de leden: Fred de Graaf, Thom de Graaf, De Grave, Hermans, Ter Horst, Huijbregts-Schiedon, Kneppers-Heijnert, Knip, Koole, Linthorst, Postema, Schaap, Schouwenaar, Schrijver, Sent, Strik, Sylvester, Thissen, Vlietstra, Vos, De Vries, Van Zandbrink, Backer, Barth, Beckers, Beuving, De Boer, Van Boxtel, Bröcker, Broekers-Knol, Bruijn, Duivesteijn, Dupuis, Duthler, Engels en Ganzevoort.
Tegen stemmen de leden: Gerkens, Hoekstra, Koffeman, Kok, Kops, Kox, Kuiper, De Lange, Martens, Meijer, Popken, Quik-Schuijt, Reuten, Reynaers, Ruers, Slagter-Roukema, Sörensen, Van Strien, Terpstra, De Vries-Leggedoor, Van Beek, Van Bijsterveld, Brinkman, Van Dijk, Essers, Ester, Faber-van de Klashorst, Franken en Frijters-Klijnen.