Vragen van de leden Thijssen en Pijpelink (beiden GroenLinks-PvdA) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over wachtrijen voor netaansluitingen (ingezonden 15 januari 2024).

Antwoord van Minister Adriaansens (Economische Zaken en Klimaat), mede namens de Minister voor Klimaat en Energie (ontvangen 13 februari 2024).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Zeeuwse stroomnet vol: al meer dan zestig bedrijven wachten op aansluiting»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Welke activiteiten kunnen momenteel niet doorgang vinden in Zeeland door de wachtrij voor aansluitingen?

Antwoord 2

Aanvragen voor een netaansluiting door individuele bedrijven bij de netbeheerder zijn bedrijfsvertrouwelijke informatie. Ik kan daarom geen inzicht geven in de samenstelling van de wachtrij.

Vraag 3

Heeft de provincie u hierover eerder gewaarschuwd en wanneer deed ze dat voor het eerst?

Antwoord 3

De provincie Zeeland heeft in juni 2023 in een brief aan het kabinet in algemene termen aandacht gevraagd voor het belang van onder meer de ontwikkeling van elektriciteits-infrastructuur om haar ambities voor verduurzaming van de Zeeuwse industrie waar te kunnen maken. Op 19 juli 2023 maakte landelijk netbeheerder TenneT formeel melding van Zeeland als congestiegebied en de tijdelijke stop op nieuwe aanvragen voor grootverbruikers, in afwachting van de afronding van het congestieonderzoek.

Vraag 4 en 5

Welke gevolgen verwacht u voor het verdienvermogen en de werkgelegenheid van de provincie op de korte, middellange en lange termijn?

Hoe zit dat voor andere provincies waar momenteel wachtrijen zijn?

Antwoord 4 en 5

Zoals aangegeven in mijn brief van 18 oktober 2023 (Kamerstuk 29 023, nr. 451) is in grote delen van Nederland geen ruimte voor nieuwe aansluitingen of uitbreidingen. Dit kan de mogelijkheden voor innovatie en het creëren van nieuwe werkgelegenheid beperken en het vestigingsklimaat in deze gebieden verslechteren. De exacte situatie verschilt per gebied. In de gebieden waar een congestieonderzoek plaatsvindt, zoals in Zeeland, zal blijken hoeveel ruimte er mogelijk nog is op het bestaande net. Op de langere termijn zoekt het kabinet in samenwerking met alle betrokken partijen oplossingen in meer flexibel gebruik en uitbreiding van het elektriciteitsnet.

Vraag 6

Worden vooral het midden- en kleinbedrijf of zware industrie getroffen door de wachtrijen?

Antwoord 6

De problemen op het Zeeuwse stroomnet raken klanten van netbeheerders TenneT en Stedin. Voor zover bij hen bekend worden zowel enkele zware industriële partijen als midden- en kleinbedrijven getroffen. Het aantal midden- en kleinbedrijven in het congestiegebied is groter dan het aantal zware industriële partijen, waardoor de groep getroffen midden- en kleinbedrijven in aantallen vermoedelijk ook groter is.

Vraag 7

Zijn er gevallen bekend waarbij een plek op de wachtrij voorkomt dat een bedrijf kan verduurzamen, en zo ja, welke?

Antwoord 7

Verduurzaming vraagt in veel gevallen om een zwaardere aansluiting, bijvoorbeeld omdat bedrijven hun bedrijfsproces elektrificeren en daarvoor meer netcapaciteit nodig hebben hebben. Daarnaast kan een aanvraag voortkomen uit (beoogde) groei. In geval van congestie maakt de netbeheerder geen onderscheid naar de aanleiding van de aanvraag. Zowel aanvragen voor nieuwe aansluitingen, als aanvragen voor verzwaring van bestaande aansluitingen komen op de wachtrij.

Vraag 8

Uit welke sectoren komen de bedrijven die zich in Zeeland en de rest van Nederland niet kunnen aansluiten?

Antwoord 8

Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 2 kan ik geen inzicht geven in de samenstelling van de wachtrijen. Elk bedrijf dat in een congestiegebied een aanvraag doet, vanaf het moment van de vooraankondiging congestieonderzoek, komt op de wachtrij. Daarin wordt geen onderscheid naar type bedrijf of sector gemaakt.

Vraag 9

Wat doet het tekort aan aansluitingen met de investeringsbereidheid van bedrijven in het opwekken van hernieuwbare energie?

Antwoord 9

Onzekerheid over het kunnen verkrijgen van een aansluiting zal naar verwachting een negatieve impact hebben op de investeringsbereidheid van bedrijven in het opwekken van hernieuwbare energie. Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 4 en 5 zoekt het kabinet in samenwerking met alle betrokken partijen oplossingen in meer flexibel gebruik en uitbreiding van het elektriciteitsnet, wat ten goede komt aan de investeringsbereidheid.

Naar boven