Vragen van de leden Kerseboom en Van Meijeren (beiden FvD) aan de Minister van Buitenlandse Zaken en van Defensie over oorlogsmisdaden door het Oekraïense leger (ingezonden 4 april 2022).

Antwoord van Minister Hoekstra (Buitenlandse Zaken) en van Minister Ollongren (Defensie) (ontvangen 29 april 2022).

Vraag 1

Bent u bekend met de beelden zoals genoemd in het artikel in NRC van 29 maart jl.1 waarin Russische krijgsgevangenen, die zich hebben overgegeven en in de boeien zijn geslagen, door Oekraïense soldaten in de knieën worden geschoten, met geweerkolven op het hoofd worden gestompt en op andere wijze ernstig worden mishandeld?

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Erkent u dat de echtheid van deze beelden in binnen- en buitenland is onderzocht door verschillende gevestigde media, die de beelden als echt beschouwen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 2

De beelden zijn door verschillende organisaties onderzocht. Deze organisaties concludeerden dat deze beelden niet zijn gefabriceerd, maar het is aan de daartoe bevoegde opsporings- en vervolgingsinstanties en uiteindelijk aan de bevoegde rechter om een oordeel over te vellen over de echtheid van de beelden en wat er op de beelden te zien is.

Vraag 3

Erkent u dat het Oekraïense leger met dergelijke praktijken oorlogsmisdaden begaat? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 3

Alle partijen bij een gewapend conflict moeten zich houden aan het humanitair oorlogsrecht. Schendingen daarvan moeten altijd worden onderzocht en degenen die daarvoor verantwoordelijk zijn moeten worden vervolgd, ongeacht tot welke partij zij behoren.

De Oekraïense autoriteiten hebben zelf direct gereageerd op de beelden, zij hebben de beelden veroordeeld en aangekondigd een onderzoek te starten.

Vraag 4

Erkent u dat Nederland met de militaire steun aan Oekraïne direct of indirect oorlogsmisdaden steunt? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 4

De Nederlandse steun gaat naar een soeverein land dat op een brute, op geen enkele manier te rechtvaardigen, wijze wordt aangevallen.

Oekraïne heeft conform artikel 51 van het VN-Handvest het volste recht zich te verdedigen tegen de Russische invasie die sinds 24 februari 2022 plaatsvindt. Met de levering van militaire goederen komt Nederland tegemoet aan concrete Oekraïense verzoeken om dat recht uit te oefenen. De leveringen worden getoetst aan de geldende wapenexportcriteria

Vraag 5

Hoe beoordeelt u in het licht van deze oorlogsmisdaden het feit dat Volodymyr Zelensky, opperbevelhebber van het Oekraïense leger, op 31 maart jl. 15 minuten lang het Nederlandse parlement, de Minister-President en u beiden als Ministers heeft toegesproken? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 5

Het is aan de Tweede Kamer wie zij uitnodigt in de parlementaire zaal te spreken.

Vraag 6

Bent u van plan maximale militaire steun aan Oekraïne te blijven bieden, zoals u benadrukte tijdens de bijeenkomst van NAVO-Ministers van Defensie van 16 maart jl.2? Waarom?

Antwoord 6

Nederland zal Oekraïne blijven steunen om zich te verdedigen tegen de Russische inval, conform het internationale recht. Nederland biedt daartoe politieke, economische en militaire steun.

Vraag 7

Bent u bereid om consequenties aan deze oorlogsmisdaden te verbinden en de Nederlandse steun aan het Oekraïense leger te stoppen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 7

Nederland is niet voornemens om steun aan Oekraïne te staken. Er is vooralsnog geen sprake van vastgestelde schendingen van het humanitair oorlogsrecht door Oekraïne.

Vraag 8

Kunt u deze vragen afzonderlijk van elkaar en zo spoedig mogelijk beantwoorden?

Antwoord 8

Ja.


X Noot
1

Een video waarop Russische krijgsgevangenen worden beschoten lijkt toch wel authentiek.

X Noot
2

Brief regering d.d. 24 maart jl. (kamerstuk nr. 28 676, nr. 395).

Naar boven