Vragen van het lid Inge van Dijk (CDA) aan de Minister van Financiën over de berichten «Banken weren contant geld, bedrijven radeloos» en «Hoe een metaalhandelaar tot wanhoop wordt gedreven door de bank» (ingezonden 16 maart 2022).

Antwoord van Minister Kaag (Financiën) (ontvangen 28 april 2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 2314.

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van de berichten «Banken weren contant geld, bedrijven radeloos» en «Hoe een metaalhandelaar tot wanhoop wordt gedreven door de bank»?1 2

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2, 4

Is het u bekend dat banken vanuit hun poortwachtersfunctie streng beleid voeren op ondernemers die veel contant geld gebruiken en banken van daaruit ondernemers proberen te bewegen op korte termijn geen grote contante transacties meer uit te voeren, op straffe van het sluiten van hun bankrekening?

Is het u bekend dat banken hoge administratieve lasten aan ondernemingen opleggen voor de controle op gebruik van grote bedragen contant geld?

Antwoord 2, 4

Ik heb vernomen dat er banken zijn die klanten, waarbij sprake is van excessief gebruik van contant geld, vragen om het aantal contante transacties terug te brengen naar een niveau dat meer aansluit bij het gemiddelde gebruik van contant geld in de betreffende sector. Contant geld is een van de indicatoren voor een verhoogd risico op witwassen. Het uitvragen van additionele informatie over bepaalde chartale transacties kan onderdeel zijn van het cliëntenonderzoek. Een mitigerende maatregel kan zijn dat het aantal cashtransacties dat de klant kan uitvoeren wordt verlaagd, om zo het risico op witwassen te mitigeren. Ik vind het hierbij wel belangrijk dat de genomen maatregelen cliëntspecifiek en proportioneel zijn en genomen worden na gedegen cliëntonderzoek en in overleg met de klant in kwestie, zodat voorkomen wordt dat het legitiem gebruik van contant geld bemoeilijkt wordt zonder aantoonbare reden.

Vraag 3

Is het u bekend dat bepaalde sectoren afhankelijk zijn van contant geld en zich vanwege dit beleid van banken in hun onderneming bedreigd voelen, zoals de metaalsector die veel handelt in Duitsland waar contant geld meer de norm is dan in Nederland?

Antwoord 3

Ja.

Vraag 5

Van welke sectoren zijn dergelijke signalen zoals genoemd in vragen 2, 3 en 4 u bekend?

Antwoord 5

Ik beschik niet over een volledig overzicht van de banken die mitigerende maatregelen nemen op het gebied van contant geld en hoe die mitigerende maatregelen er precies uit zien. Wel heb ik signalen ontvangen dat er banken zijn die bepaalde klanten vragen om het gebruik van contant geld te beperken. Dit zijn met name klanten die actief zijn in sectoren waar een verhoogd risico op witwassen is en contant geld relatief veel gebruikt wordt, zoals de metaal- en schrootsector, autosector, coffeeshopsector, en de agrarische sector.

Vraag 6

Ziet u voor deze sectoren reële alternatieve opties voor het gebruik van contant geld, waarmee zij niet in het voortbestaan van hun onderneming beperkt worden? Ziet u voor deze sectoren nog andere mogelijkheden voor het geven van waarborgen op legitiem gebruik van contant geld?

Antwoord 6

Zoals ik ook heb aangegeven in de beantwoording van de voorgaande vragen, vind ik het belangrijk dat banken hun verplichtingen uit de Wwft nakomen, maar vind ik het ook belangrijk dat zij bij het nemen van mitigerende maatregelen oog hebben voor proportionaliteit en het legitiem gebruik van contant geld. Ik vind het belangrijk dat eventuele maatregelen genomen worden na gedegen cliëntonderzoek en overleg met de klant in kwestie, en dat maatregelen klantspecifiek en proportioneel zijn. Naar ik begrijp passen banken deze maatregelen toe voor handelaren waar sprake is van excessief gebruik ten opzichte van andere handelaren in de sector. Er zal een zekere mate van beperking zijn om de hoeveelheid contant geld terug te brengen naar vergelijkbare hoeveelheden, maar ik verwacht niet dat dit het voortbestaan van het bedrijf schaadt, omdat bedrijven grotendeels kunnen overstappen op girale betalingen. Mocht dit wel het geval zijn, dan is het belangrijk dat deze ondernemingen (opnieuw) met hun bank in gesprek kunnen gaan en aantonen waarom de hoeveelheid contant geldtransacties in hun geval valide en noodzakelijk is.

Vraag 7

Wat vindt u van de signalen dat vooral het korte tijdspad waarmee bedrijven van het gebruik van contante geld moeten afstappen en de kosten voor zakelijke girale transacties op weerstand stuiten bij ondernemers? Ziet u in die richting oplossingen om ondernemers tegemoet te komen?

Antwoord 7

Zoals ik ook heb aangegeven in de vorige antwoorden vind ik het belangrijk dat een maatregel genomen wordt in overleg met de klant in kwestie. Het opstellen van een realistisch tijdpad zou mijns inziens onderdeel moeten zijn van dit overleg. Wanneer dit niet het geval is zou ik de klant adviseren om nogmaals in gesprek te gaan met de bank en gezamenlijk alternatieven te verkennen.

Vraag 8, 9, 10

Wat vindt u van het spanningsveld tussen (1) banken die streng beleid voeren richting ondernemers vanwege vrees voor het toezicht van De Nederlandsche Bank (DNB) met mogelijk miljoenenboetes tot gevolg, en (2) DNB die enerzijds streng toezicht op banken voert waar een witwasaanpak tekortschiet, maar anderzijds ook vindt dat de inspanningen van banken om witwassen en fraude op te sporen niet het legitieme gebruik van contant geld mogen bemoeilijken?

Hoe kan er volgens u in een gevoelige maatschappelijke en politieke context een eerlijke balans worden gevonden tussen legitiem gebruik van contant geld door ondernemers en een stevige poortwachtersfunctie van banken?

Bent u betrokken bij de overleggen van DNB, banken en belangenclubs die hierover met elkaar proberen afspraken te maken en kunt u ons op de hoogte brengen van de status en uitkomsten van deze overleggen?

Antwoord 8, 9, 10

Ik zie het spanningsveld. De afgelopen maanden heeft De Nederlandsche Bank gesprekken gevoerd met de belangrijkste partijen uit het betalingsverkeer, zoals de banken, vertegenwoordigers van verschillende typen consumenten en toonbankinstellingen en chartale dienstverleners, over een Convenant Contant Geld. Mijn ministerie is zelf geen partij bij het convenant, maar is wel betrokken geweest bij de totstandkoming hiervan. In het Convenant Contant Geld, dat ik op 8 april heb aangeboden aan uw Kamer3, biedt DNB richtlijnen over hoe banken hun verplichtingen uit anti-witwasregelgeving kunnen naleven in relatie tot (de toegang tot) chartale dienstverlening. Zo is onder andere afgesproken dat banken de medewerking van toonbankinstellingen kunnen vragen, binnen de grenzen van de geldende wetgeving, om mogelijke witwas- of andere criminele transacties te achterhalen. Waarbij banken toezeggen dat de gevraagde medewerking proportioneel is. Ook is afgesproken dat banken zich ertoe verbinden de anti-witwas- en anti-terrorismefinancieringsmaatregelen die het gebruik van contant geld kunnen beïnvloeden, proportioneel in te zetten en toe te spitsen op de specifieke risico’s per cliënt zodat het legitieme gebruik van contant geld niet wordt gehinderd.

Vraag 11

Wat is volgens u een gebalanceerde aanpak met betrekking tot het gebruik van contant geld door ondernemers voor hun legitieme onderneming en het beteugelen van criminaliteit door bankenvanuit hun poortwachtersfunctie?

Antwoord 11

Ik vind het belangrijk dat er sprake is van een toegankelijk betalingsverkeer, zowel giraal als chartaal, en dat contant geld ook geaccepteerd wordt door bedrijven als betaalmiddel. Er worden verschillende initiatieven ondernomen om dit te garanderen, zoals het eerder aangehaalde Convenant Contant Geld en het Actieplan Toegankelijk Betalingsverkeer. Tegelijkertijd levert contant geld in grote getallen wel een verhoogd integriteitsrisico op. Ik vind het belangrijk dat banken bij het cliëntenonderzoek daar oog voor hebben. Een mitigerende maatregel in het kader van een witwasrisico bij een klant is de mogelijkheid tot het beperken van contant geld. Dit kan betekenen dat een bedrijf een tot nu toe lopend betaalmodel moet aanpassen. Gelet op de opgave voor de samenleving om criminele geldstromen te stoppen, is het onvermijdelijk dat ook burgers en ondernemers in aanraking komen met de gevolgen van de eisen die horen bij de poortwachtersfunctie. Ik vind het wel belangrijk dat via bijvoorbeeld contact met de branchevereniging wordt gekeken hoe bank en sector gezamenlijk tot mitigerende maatregelen kunnen komen indien er een sector is met een inherent hoog witwasrisico.

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Heinen (VVD), ingezonden 15 maart 2022 (vraagnummer 2022Z04855) en van het lid Tony van Dijck (PVV), ingezonden 15 maart 2022 (vraagnummer 2022Z04859).

Naar boven