Vragen van de leden Omtzigt (Omtzigt) en Kröger (GroenLinks) aan de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat over het optreden van de Staatssecretaris in de Hofbar waarin hij beweerde dat Nederland een bananenrepubliek zou zijn als de regering een door hemzelf gesteunde motie om de afvalwaterinjectie in Twente op te schorten, zou uitvoeren (ingezonden 4 februari 2022).

Antwoord van Staatssecretaris Vijlbrief (Economische Zaken en Klimaat) (ontvangen 7 februari 2022).

Vraag 1

Waarom heeft u meegewerkt aan de uitzending van de Hofbar op 2 februari over de afvalwaterinjectie terwijl u zelf de vragen nog moet beantwoorden over deze kwestie en zelf om uitstel gevraagd heeft?

Antwoord 1

Een medium had een verzoek ingediend om enkele vragen te stellen over de productiewaterinjectie. Om redenen van transparantie richting een breed publiek, proberen bewindspersonen zoveel mogelijk te voldoen aan dit soort verzoeken, dus ook in dit geval. Uw Kamer is per brief1op 27 januari 2022 geïnformeerd dat de Kamervragen uiterlijk 7 februari 2022 naar uw Kamer worden gestuurd.

Vraag 2

Waarom heeft u niet onmiddellijk de Kamer geinformeerd, die op dit dossier al wekenlang om opheldering vraagt?

Antwoord 2

In het interview met dhr. Castricum heb ik slechts herhaald wat mijn voorganger in uw Kamer heeft gezegd bij de behandeling van de motie. Ik informeer uw Kamer heden middels een brief naar aanleiding van de motie-Mulder c.s.

Vraag 3

Wie heeft besloten tot stillegging en op welk moment, aangezien u in de uitzending beweerde dat u de afvalwaterinjectie had stilgelegd vanwege een te hoge hoeveelheid tolueen?

Antwoord 3

Staatstoezicht op de Mijnen, die onafhankelijk handelt vanuit een door mij gegeven mandaat, heeft aan NAM laten weten dat men voor 1 januari 2022 maatregelen moest treffen tegen het te hoge tolueengehalte in het productiewater. NAM heeft eind december 2021 besloten om de waterinjectie stil te leggen om de noodzakelijke aanpassingen in installatie te doen.

Vraag 4

Waarom publiceerde u (het ministerie) een «milieuneutrale» wijziging van de vergunning van de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) voor afvalwaterinjecties, waardoor benzeen, tolueen, ethylbenzeen en xylenen in een groep gezet werden, waardoor er effectief veel meer tolueen in het afvalwater mag zitten? Deelt u de mening dat de term «milieuneutraal» volstrekt misleidend was?

Antwoord 4

Bij het indienen van een vergunningsaanvraag in het digitale loket bepaalt de aanvrager voor welke activiteit de vergunning wordt gevraagd. NAM heeft in dit specifieke geval conform de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) gekozen voor de activiteit «milieuneutraal veranderen». Op grond van de Wabo moet een aanvraag na ontvangst direct gepubliceerd worden. Met het publiceren van de kennisgeving van de ingekomen aanvraag wordt aangegeven welke activiteit is aangevraagd. Met deze kennisgeving wordt geen oordeel gegeven of de aangevraagde activiteit correct is.

Inmiddels is de vergunningsaanvraag door NAM ingetrokken en heeft daardoor geen juridische status. Uw Kamer is hierover per brief2 op 27 januari 2022 geïnformeerd. De aanvraag is ingetrokken en wordt daardoor niet in behandeling genomen.

Vraag 5

Hoe gaat u de door Kamerlid Vijlbrief gesteunde motie om de afvalwaterinjectie op te schorten, uitvoeren?

Antwoord 5

Over de wijze waarop de motie van lid Mulder c.s. wordt uitgevoerd wordt uw Kamer heden via een brief geïnformeerd.

Vraag 6

Deelt u de mening dat het uitvoeren van een motie rechtstatelijk is en het niet uitvoeren van een motie bij een bananenmonarchie/bananenrepubliek hoort?

Antwoord 6

Een aangenomen motie wordt in principe uitgevoerd. Het is aan een bewindspersoon om duidelijk te maken wat de gevolgen van het uitvoeren van een motie kunnen zijn. Als een motie oproept tot het nemen van besluit waarvoor geen rechtsgrond is, dan kunnen de gevolgen groot zijn.

Vraag 7

Wilt u een keer samen op werkbezoek bij de afvalwaterinjectie zodat u zelf een beter beeld krijgt en ook omwonenden kunt ontmoeten?

Antwoord 7

Ik ga graag samen op werkbezoek om een goed beeld van de omgeving te krijgen en omwonenden te spreken.

Vraag 8

Wilt u deze vragen een voor een en voor maandag 6 februari beantwoorden, tezamen met de uitstaande Kamervragen in dit dossier, zoals toegezegd?

Antwoord 8

Ja, ik zal dat proberen. Wat betreft de andere uitstaande ragen is uw Kamer per brief3 op 27 januari 2022 geïnformeerd dat de antwoorden op de vragen uiterlijk 7 februari 2022 naar uw Kamer worden gestuurd.


X Noot
1

Kamerstuk 33 529, nr. 945

X Noot
2

Kamerstuk 33 529, nr. 945

X Noot
3

Kamerstuk 33 529, nr. 945

Naar boven