Vragen van het lid van Nispen (SP) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de tarieven, de kwaliteit en de aanbestedingen van tolk- en vertaaldiensten door politie en justitie (ingezonden 16 juli 2021).

Mededeling van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 6 augustus 2021).

Vraag 1

Kunt u bevestigen dat bij het Bureau Wet beëdigde tolken en vertalers van de Raad voor Rechtsbijstand een zogenaamde «noodlijst» voor crisissituaties bestaat waar tolken en/of vertalers op staan die niet in het Register van beëdigde tolken en vertalers (hierna: het Register) zijn opgenomen?

Vraag 2

Staan op die lijst ook tolken en/of vertalers die een lager niveau hebben dan C1 of zelfs B2?

Vraag 3

Kunt u uitleggen waarom er naast het Register en de «uitwijklijst» ook nog een «noodlijst» bestaat?

Vraag 4

Kunt u garanderen dat deze noodlijst in het verleden niet is ingezet in situaties anders dan een noodsituatie en dat dit in de toekomst ook niet zal gaan gebeuren?

Vraag 5

Hoe wordt crisissituatie/noodsituatie gedefinieerd en in welke gevallen mag naar deze noodlijst worden uitgeweken? Mogen bemiddelaars bijvoorbeeld ook naar deze noodlijst uitwijken als er geen tolken beschikbaar zijn uit het Register, maar de politie er per direct één nodig heeft voor verhoor?

Vraag 6

Mag een bemiddelaar een B2-tolk of een noodlijsttolk inzetten als die bemiddelaar geen C1-tolk beschikbaar heeft voor het tarief dat die bemiddelaar zelf maximaal aan C1-tolken wenst te betalen? Geldt een dergelijke situatie naar uw mening als een crisissituatie?

Vraag 7

Deelt u de mening dat tolk- en vertaaldiensten binnen de strafrechtketen altijd van zo’n hoog mogelijke kwaliteit moeten zijn, dus minstens het niveau C1, en dat daarom de inzet van deze noodlijst strikt moet worden beperkt tot noodsituaties?

Vraag 8

Bent u bereid om te bekijken wat nodig is om de inzet van deze noodlijst strikt te beperken tot noodsituaties en zo te voorkomen dat dit tot valse concurrentie en uitholling van de kwaliteit van tolk- en vertaaldiensten leidt? Zo nee, waarom niet?

Vraag 9

Kunt u uitleggen hoe het gunnen van tolk- en vertaaldiensten aan tolken en vertalers op de noodlijst verloopt? Is dat ook via aanbesteding of mag dat wel direct gegund worden?

Vraag 10

Voor welke partijen en instellingen is deze noodlijst inzichtelijk?

Vraag 11

Kunt u bevestigen dat het bedrijf AVB het tolken en vertalers bij overeenkomst verbiedt om onderling met elkaar over de door AVB aangeboden tarieven te spreken? Zo ja, wat vindt u daarvan?

Vraag 12

In hoeverre is het toegestaan om te verbieden dat tolken en vertalers met elkaar spreken over tarieven die zij van aanbestedingsbemiddelaars betaald krijgen?

Vraag 13

Kunt u ook bevestigen dat AVB met een boete dreigt voor tolken en vertalers die toch onderling over tarieven spreken? Is dat ook/wel toegestaan?

Vraag 14

Wat gaat u doen om aan deze bizarre praktijk een einde te maken en tolken en vertalers zich te laten verenigen om voor de kwaliteit van tolk- en vertaaldiensten te strijden?

Vraag 15

Hoe wordt uitvoering gegeven aan en gecontroleerd op de naleving van het zesde en laatste punt van de motie van de leden Van Dam en Groothuizen? Kunt u dit op enige wijze transparant maken waardoor het ook voor tolken en vertalers inzichtelijk is hoeveel geld de bemiddelaars krijgen en hoeveel geld naar de tolken en vertalers zelf gaat?1

Vraag 16

Bent u ook op de hoogte van de voorlichtingscampagne van tolken en vertalers waarin zij advocaten wijzen op het kwaliteitsverschil tussen B2 en C1 tolken en waarin zij advocaten oproepen om B2 tolken te weigeren?

Vraag 17

Wat vindt u ervan dat deze beroepsgroep zelf de touwtjes in hand moeten nemen om te voorkomen dat zij als beroepsgroep worden uitgehold door ongeschikte tolken en vertalers?

Vraag 18

Herinnert u zich uw antwoorden op eerdere Kamervragen?2

Vraag 19

Kunt u bevestigen dat, ondanks uw antwoord op vraag 3, er wel degelijk tolken en vertalers zijn die sinds 1 januari hogere tarieven hebben weten te ontvangen voor tolk- en vertaaldiensten? Hoe kunt u dat verklaren?

Vraag 20

Kunt u vraag 5 opnieuw beantwoorden, met de notitie dat de vraag zich focust op de tolk- en vertalerlijsten van politie en justitie zelf?

Vraag 21

In het antwoord op vraag 9 geeft u aan dat reisbewegingen in het nieuwe stelsel zo efficiënt mogelijk in dienen te worden gepland, maar hoe kijkt u aan tegen het voorbeeld uit de vraag binnen het huidige stelsel?

Vraag 22

Wat gaat u doen om ervoor te zorgen dat er ook voldoende gekwalificeerde tolken en vertalers van minder gangbare talen zijn?

Vraag 23

Kunt u bevestigen dat er binnen de politie een bericht van de stuurgroep Tolk en Vertalers wordt verspreid waarin het «bestellers» wordt verboden om met tolken of vertalers te onderhandelen over de prijs, waarin nadrukkelijk wordt gewezen op de optie om tolken of vertalers die verder weg wonen in te zetten en waarin tevens wordt gewezen op het grote netwerk van tolken en vertalers dat de politie heeft?

Vraag 24

Wat vindt u van het document?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid van Nispen (SP), van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de tarieven, de kwaliteit en de aanbestedingen van tolk- en vertaaldiensten door politie en justitie (ingezonden 16 juli 2021) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


X Noot
1

Kamerstuk 29 936, nr. 55: «het koppelen van de feitelijke vergoeding van de intermediair aan de in redelijkheid verrichte werkzaamheden door die intermediair;»

X Noot
2

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 3354

Naar boven