Vragen van de leden Peters en Van den Berg (beiden CDA) aan de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport over de financiële toestand van ggz-instelling Dokter Bosman (ingezonden
6 november 2019).
Mededeling van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 28 november
2019).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het artikel van Follow The Money waaruit blijkt dat een
investeringsmaatschappij de geestelijke gezondheidszorg (ggz)-instelling Dokter Bosman
wil redden, maar dat zij daarvoor eist dat tal van gemeenten de helft van de schulden
kwijtscheldt?1
Vraag 2
Deelt u de mening dat het onwenselijk en immoreel is als gemeenten op deze wijze min
of meer gedwongen worden om gemeenschapsgeld te gebruiken om een commerciële partij
een zorginstelling te laten redden, waarmee zij verwacht op termijn forse winsten
te kunnen behalen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Klopt het dat de Dokter Bosman-groep schulden bij de gemeenten van de regio Utrecht
West heeft opgebouwd doordat in de periode 2016 tot 2018 veel te veel is gedeclareerd?
Zo ja, kan hier naar uw mening sprake zijn van fraude, of ligt hier een andere oorzaak
aan ten grondslag?
Vraag 4
Is bekend hoeveel gemeenten in totaal vorderingen hebben bij de Dokter Bosman-groep?
Zo ja, om welk totaalbedrag gaat het?
Vraag 5
Wat is de reden dat de Dokter Bosman-groep een vordering van de Belastingdienst heeft
ter waarde van 1,3 miljoen euro?
Vraag 6
Klopt het dat de Dokter Bosman-groep jarenlang jaarrekeningen te laat of helemaal
niet heeft gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel of het Ministerie van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport? Wat is de reden dat het jaarverslag van 2016 niet is ingediend?
Vraag 7
Kunt u zich voorstellen dat de prognose van DRB Participatie kan kloppen dat er met
de ggz-instelling op korte termijn een nettoresultaat van 1,4 miljoen euro winst te
behalen valt? Zo ja, wat vindt u hiervan?
Vraag 8
Welke acties hebben toezichthouders als de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ)
en de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) tot nog toe ondernomen richting de Dokter Bosman-groep?
Heeft de IGJ signalen over financiële problemen gedeeld met de Jeugdautoriteit? Indien
er geen acties zijn ondernomen, waarom niet?
Vraag 9
Op welke wijze is de zorg van de ongeveer 400 jeugdzorgcliënten van de Dokter Bosman-groep
geborgd?
Vraag 10
Hebben het Ondersteuningsteam Zorg voor Jeugd (OZJ) en/of de Jeugdautoriteit een rol
bij het bemiddelen in een dergelijke zaak waarbij de continuïteit van jeugdzorg in
het geding is?
Vraag 11
Is de subsidieregeling al operationeel die u heeft aangekondigd in uw brief van 11 oktober
2019, waarmee tijdelijke liquiditeitssteun toegekend kan worden als de zorgcontinuïteit
van jeugdhulpaanbieders geborgd kan worden? Zou deze casus in aanmerking kunnen komen
voor deze subsidieregeling?2
Vraag 12
Kunt u aangeven of de meldplicht in het kader van de nieuwe Wet Toelating Zorgaanbieders
(Wtza) in een dergelijke casus de gemeente handvatten zou geven om bij de zorgaanbieder
striktere voorwaarden te kunnen stellen?
Mededeling
De vragen van de Kamerleden Peters (CDA) en Van den Berg (CDA) over de financiële
toestand van ggz-instelling Dokter Bosman (2019Z21319) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord.
De reden van het uitstel is dat het verzamelen van informatie ten behoeve van de beantwoording
meer tijd vergt.
Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de kamervragen doen toekomen.
X Noot
1Follow The Money, 1 november 2019, «Zorgdrama in Oudewater legt duivels dilemma bloot».