Vragen van de leden Wilders, Fritsma en Emiel vanDijk (allen PVV) aan de Minister
en de Staatssecretaris van Defensie over aan Defensie gerelateerde kosten van allochtonen
(ingezonden 19 juli 2019).
Antwoord van Minister Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid), mede namens de
Minister en de Staatssecretaris van Defensie (ontvangen 22 oktober 2019). Zie ook
Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 3851.
Vraag 1
Herinnert u zich de antwoorden van uw ambtsvoorganger op de schriftelijke vragen van
het lid Fritsma van 10 jaar geleden – 17 juli 2009 – over de kosten die voortvloeien
uit de aanwezigheid van (niet-westerse) allochtonen in Nederland?1 Bent u bereid deze vragen nu wel van een gedegen inhoudelijk en financieel antwoord
te voorzien?
Antwoord 1
Wij zijn bekend met de vragen van het lid Fritsma uit 2009 en de antwoorden daarop.
Defensie heeft geen inzicht in de kosten die voortvloeien uit de aanwezigheid van
burgers met een (niet-westerse/westerse) migratieachtergrond in Nederland. Dat betekent
dat niet op alle vragen antwoord kan worden gegeven.
Vraag 2
Kunt u aangeven welk deel van de Defensie-gerelateerde kosten te maken heeft met de
inzet van de Koninklijke Marechaussee bij bijvoorbeeld uitzettingen van vreemdelingen
en andere met (niet-westerse) allochtonen gemoeide activiteiten?
Antwoord 2
De grenspolitietaken van de Koninklijke Marechaussee (KMar) worden uitgevoerd op basis
van de Politiewet, de Vreemdelingenwet en de Schengengrenscode. De KMar voert als
uitvoeringsorganisatie de vanuit de Vreemdelingenwet 2000 opgedragen taken uit. De
verwijdering en uitzetting van vreemdelingen is een van deze taken.
De kosten voor alle opgedragen taken op basis van de Vreemdelingenwet 2000 bedroegen
in 2018 € 184,8 mln. Specifiek voor de verwijdering en uitzetting van vreemdelingen bedroegen
de kosten € 12,4 mln. In het overzicht van kosten wordt geen onderscheid naar herkomst gemaakt.
Vraag 3 en 4
Welke kosten zijn er gemoeid met het faciliteren van de verspreiding van het islamitische
gedachtegoed binnen de defensie organisatie (zoals gebedsruimten, leger-imams, halal
voedsel op de legerbases etc.)
Hoe verhouden bedoelde kosten zich tot de opbrengsten die bedoelde groep oplevert
op het terrein van Defensie?
Antwoord 3 en 4
De Diensten Geestelijke Verzorging (DGV) dragen bij aan het (geestelijk) welbevinden
van militairen en het thuisfront, overig Defensiepersoneel en veteranen, en aan de
moraliteit van de krijgsmacht als geheel. Er worden 6 denominaties gefaciliteerd om
hun aanbod gestalte te geven. De geestelijk verzorgers van Defensie handelen vanuit
een joodse, rooms-katholieke, protestantse, humanistische, hindoeïstische of islamitische
traditie, opleiding en vorming. In 2020 komt de boeddhistische denominatie daarbij.
De DGV valt onder het Defensie Ondersteuningscommando (DOSCO), dat zorg draagt voor
de levering van ondersteunende diensten aan de krijgsmacht. De begrote kosten voor
het personeel dat in dienst is van de DGV en de begrote kosten voor de verschillende
gebeds- en bezinningsruimten zijn opgenomen in respectievelijk de personele en materiële
uitgaven van het DOSCO. De ontvangsten zijn niet herleidbaar naar specifieke groepen.
Ook de cateringorganisatie, het agentschap Paresto, valt onder het DOSCO. Het assortiment
bevat onder andere vegetarische, koosjer en halal producten. De omzet bij Paresto
bestaat uit verkopen van ingekochte producten. In de begroting en realisatie van baten
en lasten wordt geen apart overzicht bijgehouden van de kosten of opbrengsten van
specifieke producten.
In de voeding tijdens oefeningen wordt apart voorzien via de operationele catering
of via Paresto. Bij missies wordt gebruik gemaakt van de faciliteiten van de zogeheten
lead nation of wordt internationaal ingekocht. Hierbij worden ook vegetarische, koosjer
en halal producten aangeboden.
Vraag 5
Welke gegevens heeft u betrokken bij de bepaling van bovenstaande?
Antwoord 5
Bovenstaande gegevens zijn afkomstig uit de rijksbegrotingen Defensie, rijksjaarverslagen
Defensie, en op basis van die leidraad de realisatie- en planningscijfers m.b.t. de
KMar.
Vraag 6
Kunt u de kosten uitsplitsen naar: dit jaar, de afgelopen 5 jaar en (geprognosticeerd)
het komende jaar en de komende 5 jaar?
Antwoord 6
Op basis van de rijksjaarverslagen van Defensie uit de desbetreffende jaren en de
defensiebegroting 2019 volgen hieronder respectievelijk de realisatiekosten en de
meerjarige verdeling van het budget voor de aan de KMar opgedragen taken vanuit de
Vreemdelingenwet 2000 en daarbinnen de taak verwijdering en uitzetting van vreemdelingen.
Voor de kosten ten aanzien van geestelijke verzorging en voeding verwijs ik u naar
het antwoord op vraag 3.
X Noot
1Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2008–2009, nr. 3692