Vragen van de leden Ziengs en Lodders (beiden VVD) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur
en Waterstaat en de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de Regeling
ammoniak en veehouderij (ingezonden 31 oktober 2018).
Mededeling van staatsecretaris Van Veldhoven-van der Meer (Infrastructuur en Waterstaat)
(ontvangen 22 november 2018).
Vraag 1
Bent u bekend met de Regeling ammoniak en veehouderij (Rav) die bedoeld is om emissies
en depositie van ammoniak te verminderen?
Vraag 2
Deelt u de mening dat veehouders, stalbouwers, fabrikanten (van luchtwassers) en ondernemers
(uit andere sectoren) met innovatieve ideeën gebruik moeten kunnen maken van de Rav?
Zo ja, op welke manier enthousiasmeert u veehouders, stalbouwers, fabrikanten (van
luchtwassers) en ondernemers (uit andere sectoren) om te komen met innovatieve ideeën
die de ammoniakemissie kan reduceren?
Vraag 3
Kunt u aan de hand van een voorbeeldcasus van een ondernemer (een ondernemer, innovatief,
niet werkzaam in de veehouderij heeft een briljant idee waarbij de ammoniakreductie
uit stallen fors gereduceerd kan worden) de procedure doorlopen welke stappen deze
ondernemer moet zetten, welke informatie deze ondernemer moet aanleveren, hoe lang
het duurt voordat een ondernemer duidelijkheid heeft, welke tijd hiermee gemoeid is
en alle andere relevante handelingen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Kunt u aangeven of en op welke manier er samenwerking is met andere landen bij het
opnemen van goede concepten op de Rav-lijst die emissies en depositie verminderen?
Vraag 5
Kunt u aangeven of er een versnelde procedure is voor ondernemers die test- en praktijkervaring
hebben in landen om ons heen? Zo nee, waarom niet? Deelt u de mening dat alle goede
ideeën met goede resultaten in de praktijk zo snel mogelijk ingezet moeten kunnen
worden om het doel van de Regeling – het verminderen van emissies en depositie – in
de praktijk toe te kunnen passen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 6
Wat kunt u doen om de constatering, dat ondernemers ervaren dat de procedure tot opname
op de Rav-lijst bureaucratisch is, om te buigen naar een werkwijze die ondernemers
stimuleert om met goede ideeën te komen?
Vraag 7
Klopt het dat de Rav-lijst uitgaat van alleen concepten en systemen? Zo ja, waarom
is hiervoor gekozen?
Vraag 8
Klopt het dat een willekeurig bedrijf, dat een nieuw concept of systeem op de markt
brengt, een omschrijving van het concept of systeem moet overleggen en deze omschrijving
op de Rav-lijst komt te staan? Wat vindt u van het risico dat een ondernemer loopt
dat zijn concept of systeem kan worden nagebouwd zonder de benodigde details? Wat
vindt u van het feit dat deze ondernemer soms jarenlang heeft geïnvesteerd in onderzoek
en ontwikkeling en met het plaatsen op de Rav-lijst iedere willekeurige bouwer van
de betreffende informatie gebruik kan maken en dit na kan bouwen? Op welke manier
wordt dit voorkomen? Kan een ondernemer een ontheffing of een andere manier van rapporteren
aanvragen? Zo nee, waarom niet? Bent u van mening dat door vroegtijdig de details
prijs te moeten geven een ondernemer terughoudend zal zijn om dit soort concepten
of systemen te ontwikkelen? Zo nee, waarop baseert u dit?
Vraag 9
Deelt u de mening dat juist innovatieve ideeën voldoende kans moeten krijgen en gestimuleerd
zouden moeten worden om de reductie van ammoniakemissie (en of andere stoffen) terug
te dringen? Zo ja, hoe gaat u ervoor zorgen dat de geschetste belemmeringen opgeheven
worden?
Vraag 10
Kunt u aangeven hoe de Technische Advies Pool (TAP) tot stand is gekomen? Welke functies
zijn in deze TAP belegd? Welke expertise is in deze TAP belegd? Hoe worden mensen
benadert die in deze TAP zitting hebben?
Vraag 11
Kunt u aangeven welke stappen u inmiddels gezet heeft waar de motie-Lodders over belemmeringen
in het testen van stalconcepten (Kamerstuk 28 973, nr. 202) om gevraagd heeft?
Vraag 12
Bent u bereid deze vragen één voor één te beantwoorden?
Mededeling
Op 31 oktober 2018 ontving u Kamervragen van de leden Ziengs en Lodders (beiden VVD)
over Regeling veehouderij en ammoniak.
Helaas kunnen deze vragen niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord.
De interdepartementale afstemming vraagt meer tijd.
Ik zal uw Kamer de beantwoording uiterlijk 12 december 2018 doen toekomen.