Vragen van het lid Van Gerven (SP) aan de Ministers van Medische Zorg en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «Aantal buitenlandse tandartsen in Nederland neemt fors toe» (ingezonden 6 maart 2019).

Antwoord van Minister Bruins (Medische Zorg), mede namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (ontvangen 26 maart 2019).

Vraag 1, 2 en 3

Kent u het bericht «Aantal buitenlandse tandartsen in Nederland neemt fors toe»?1 Wat is uw reactie op dit bericht?

Kloppen de cijfers dat er momenteel 1.462 buitenlandse tandartsen in Nederland werken, wat 17% van het totale aantal tandartsen is en een verdubbeling ten opzichte van het aantal in 2009? Zo nee, wat zijn de correcte cijfers? Zo ja, wat is uw reactie op deze cijfers?

Is het waar dat het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft gezegd dat het niet uitmaakt waar de tandartsen vandaan komen zolang ze maar aan alle eisen voldoen?

Antwoord 1, 2 en 3

In het BIG-register2 stonden op 4 maart 2019 11.251 tandartsen geregistreerd. Ongeveer 1575 hiervan hebben een niet-Nederlandse nationaliteit (voornaamste landen van herkomst: Duitsland (17%), Spanje (13%) en België (10%)). Dat is ongeveer 14% van het totaal aantal geregistreerde tandartsen. Dit is ongeveer een verdubbeling ten opzichte van 2009. Het aantal registraties van tandartsen met een buitenlands diploma nam de afgelopen jaren toe, maar laat sinds 2017 een daling zien. Het aantal daadwerkelijk werkzame tandartsen wordt niet apart geregistreerd.

Er wordt niet ingezet op het aantrekken van tandartsen uit het buitenland. Uiteraard staat het tandartsen met een buitenlands diploma vrij om zich in Nederland te vestigen, mits zij afkomstig zijn uit een land van de EER of Zwitserland en aan de eisen voldoen die aan dit beroep worden gesteld als BIG-geregistreerd beroep.

Vraag 4 en 5

Is het volgens u van belang om in Nederland voldoende tandartsen op te leiden, zodat aan de vraag naar tandartsen kan worden voldaan zonder dat het nodig is tandartsen uit het buitenland te halen?

Wanneer komt u met het besluit tot het organiseren van extra opleidingsplaatsen voor tandartsen?

Antwoord 4 en 5

Het is voor mij van belang dat er voldoende mondzorgverleners zijn die kwalitatief goede mondzorg verlenen. Daarbij wordt niet ingezet op het aantrekken van tandartsen uit het buitenland. Over het opleiden van tandartsen in Nederland hebben de Minister van OCW en ik u eerder geïnformeerd bij de beantwoording van de voorhang van het concept tijdelijk besluit zelfstandige bevoegdheid geregistreerd-mondhygiënist (Kamerstuk 32 620, nr. 217) en de beantwoording van Kamervragen op 23 januari 2019 (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr.1275) en 25 februari 2019 (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr.1695). De Minister van OCW en ik zullen de Kamer bij Voorjaarsnota informeren over wat de kosten zijn van het opvolgen van het advies van het Capaciteitsorgaan over het benodigde aantal opleidingsplaatsen Tandheelkunde en Mondzorgkunde.

Vraag 6

Kunt u deze vragen voor het algemeen overleg arbeidsmarkt in de zorgsector van 13 maart 2019 beantwoorden?

Antwoord 6

Het algemeen overleg is verplaatst naar 29 mei 2019. Ik heb u de antwoorden binnen de reguliere termijn toegezonden.

Naar boven