Vragen van het lid Karabulut en Jasper vanDijk (beiden SP) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid en de Minister van Buitenlandse Zaken over een geliquideerde man in Almere (ingezonden 29 mei 2018).

Antwoord van Staatssecretaris Harbers (Justitie en Veiligheid), Minister van Justitie en Veiligheid (ontvangen 5 juli 2018). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 2533.

Vraag 1, 2, 3

Kent u het bericht dat de in december 2015 in Almere geliquideerde man in werkelijkheid waarschijnlijk een in Iran veroordeelde aanslagpleger was?1 Kloppen de feiten zoals die in de berichtgeving genoemd worden? Zo nee, wat zijn dan de feiten?

Hoe is het mogelijk dat de geliquideerde man begin jaren negentig een verblijfsvergunning met een schuilnaam kreeg als hij in Iran veroordeeld was tot de doodstraf vanwege betrokkenheid bij een grote aanslag, waarbij tientallen doden vielen? Bent u bereid hiernaar onderzoek te doen?

In welke mate was u op de hoogte van het verleden van deze man zoals in de berichtgeving genoemd, zowel tijdens het verlenen van de verblijfsvergunning als daarna?

Antwoord 1, 2, 3

Ten tijde van de asielaanvraag tot aan de liquidatie waren er geen signalen bekend dat de heer Motamed mogelijk een andere identiteit zou hebben dan de door hem bij de asielaanvraag opgegeven identiteit. Uit het strafrechtelijk onderzoek naar zijn liquidatie in december 2015 kwamen aanwijzingen naar voren dat de heer Motamed mogelijk een andere identiteit en verzwegen verleden zou hebben, zoals genoemd in het artikel. De toenmalige bewindspersonen van het Ministerie van Justitie en Veiligheid zijn hiervan op de hoogte gesteld.

Per brief van 12 juni jl.2 is uw Kamer geïnformeerd over onderzoeken die plaatsvinden naar asielzoekers met terroristische motieven en hoe daarin wordt samengewerkt tussen de verschillende betrokken organisaties. In zijn algemeenheid geldt dat sinds de jaren »80 een professionalisering heeft plaatsgevonden in het asielproces. De afgelopen paar jaren zijn er diverse aanvullende maatregelen genomen om binnengekomen asielzoekers te controleren en te identificeren. In het Identificatie & Registratieproces (I&R-proces) wordt onder meer de bagage gecontroleerd, worden gegevensdragers bekeken en indien nodig uitgelezen, biometrische gegevens worden geregistreerd en identiteiten gecontroleerd in alle relevante (inter)nationale systemen, daarnaast worden mensen zo nodig aanvullend gehoord om hun identiteit vast te stellen. Zowel de vreemdelingenketen als het Openbaar Ministerie (OM), als de politie, de Koninklijke Marechaussee (KMar), de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (I&V-diensten) en andere betrokken organisaties zijn, ook binnen het asielproces, alert op signalen die er op duiden dat een persoon een dreiging voor de nationale veiligheid kan vormen. Daar waar bijvoorbeeld middels een ambtsbericht of een rechtelijk vonnis vast is komen te staan dat een vreemdeling aangesloten is (geweest) bij een terroristische organisatie, zich schuldig heeft gemaakt aan misdrijven zoals benoemd in artikel 1F van het Vluchtelingenverdrag, en/of een gevaar vormt voor de nationale veiligheid, kan de IND vreemdelingrechtelijke maatregelen nemen.

Niettemin is het mogelijk dat er ten tijde van een aanvraag geen bijzonderheden zijn of worden geconstateerd die een inwilliging van een verblijfsaanvraag in de weg staan. Het I&R-proces is de afgelopen jaren regelmatig onderwerp van onderzoek door de Inspectie JenV geweest, mede naar aanleiding hiervan zijn bovenstaande verbeteringen in het proces aangebracht.

Er wordt in deze casus geen aanleiding gezien om het I&R-proces verder te onderzoeken.

Vraag 4

Heeft Iran in het verleden met Nederland contact opgenomen vanwege deze kwestie? Zo ja, wat is hiermee gedaan?

Antwoord 4

Correspondentie met Iran over de heer Motamed, zoals hij bij ons bekend was, is niet aangetroffen.

Vraag 5

Beschouwt u of beschouwde u de Mujahedeen-Khalq, de organisatie waar de geliquideerde man lid van zou zijn geweest, als een terroristische organisatie? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 5

De Mujahedeen-Khalq organisatie (MKO) was in de periode 2002–2009 geplaatst op de EU terrorismelijst. Het gerecht van Eerste Aanleg, een onderdeel van het Europees Hof van Justitie, heeft echter in de periode 2002–2009 een paar keer geoordeeld dat plaatsing op de terrorismelijst onvoldoende gerechtvaardigd was. Daarom is de MKO in januari 2009 definitief verwijderd van de EU terrorismelijst.


X Noot
1

In Almere geliquideerde «Ali» achter beruchtste aanslag Iran, https://www.parool.nl/amsterdam/in-almere-geliquideerde-ali-achter-beruchtste-aanslag-iran~a4598869/, 26 mei 2018 & «Ali was aanslagpleger», Telegraaf, 28 mei 2018.

X Noot
2

Kamerstuk 19 637, nr. 2397

Naar boven