Vragen van het lid Fritsma (PVV) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het bericht dat Amsterdam 24-uursopvang gaat bieden aan illegalen (ingezonden 25 mei 2018).

Antwoord van Staatssecretaris Harbers (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 19 juni 2018). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 2439.

Vraag 1

Heeft u het nieuwe coalitieakkoord van de gemeente Amsterdam gelezen waarin staat dat er 24-uursopvang voor illegalen komt?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Bent u bereid de plannen van de gemeente Amsterdam teneinde ruim 500 illegalen in de watten te gaan leggen tegen te houden? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 2

De gemeente Amsterdam heeft haar plannen nog niet nader uitgewerkt. Ik ben bereid om over de plannen in gesprek te gaan met het college. Voor mij is van belang dat voorkomen wordt dat langdurige opvang, zoals de gemeente Amsterdam voor ogen heeft, de uitzichtloosheid van het illegale bestaan in Nederland alleen maar verlengt. Daarnaast dient de gemeente Amsterdam ervoor te waken dat men met het laten verrichten van betaalde arbeid de wet niet overtreedt. Ik wacht het gesprek en de uitwerking van de plannen dan ook af voordat ik hier verdere beslissingen over neem.

Vraag 3

Bent u tevens bereid de andere tientallen gemeenten die aan illegalenopvang doen aan te pakken? Zo nee, waarom laat u zich steeds piepelen door gemeenten die het Nederlandse vertrekbeleid ernstig geweld aandoen?

Antwoord 3

In haar uitspraak van 29 juni 2016 (ECLI:NL:RVS:2016:1783) heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State overwogen dat het niet verboden is voor een gemeente om onderdak te bieden in een zogeheten bed, bad, brood-voorziening, maar dat het buitenwettelijk begunstigend beleid behelst. Ik ben momenteel met de VNG in gesprek over het vraagstuk van opvang van vreemdelingen zonder recht op verblijf en Rijksopvang. Gemeenten worden dagelijks geconfronteerd met de maatschappelijke gevolgen van illegaal verblijf. Mijn inzet hierbij is om samen met gemeenten oplossingen te vinden voor deze problematiek.

Vraag 4

Kunt u uitleggen hoe het mogelijk is dat daklozen in de vier grote steden slechter worden behandeld dan uitgeprocedeerde vreemdelingen die van de rechter te horen hebben gekregen dat zij Nederland moeten verlaten?2

Antwoord 4

Ik kan de stelling dat daklozen slechter worden behandeld dan vreemdelingen in de bed, bad, brood-voorzieningen niet volgen. Bed, bad, brood-voorzieningen zijn, net als daklozenopvang, over het algemeen basale voorzieningen.

Vraag 5

Kunt u ervoor zorgen dat illegalen niet worden beloond voor het negeren van hun vertrekplicht maar uit Nederland vertrekken en, voor zover dat nog niet gebeurt, worden vastgezet? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5

Deze vraag heeft u mij reeds meermaals in verschillende bewoordingen gesteld. Ik verwijs u naar de beantwoording van uw Kamervragen die op 25 april 20183 en 22 mei 20184 naar de Kamer zijn verzonden.

Vraag 6

Bent u bereid de Nederlandse grenzen te sluiten voor asielzoekers, temeer daar u niet in staat bent afgewezen asielzoekers het land uit te krijgen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 6

Nee, het recht op asiel is een universeel en onvervreemdbaar recht, dat onder meer is vastgelegd in het Vluchtelingenverdrag van Genève en het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie.


X Noot
3

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 1940

X Noot
4

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 2162

Naar boven