Vragen van de leden Omtzigt, Keijzer en Van Toorenburg (allen CDA) aan de Minister van Buitenlandse Zaken en de Staatssecretaris en Minister van Veiligheid en Justitie over het bericht «Albanese maffia slaat hier zijn tentakels uit» (ingezonden 22 augustus 2017).

Antwoord van Minister Blok (Veiligheid en Justitie) mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken (ontvangen 5 oktober 2017). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2016–2017, nr. 2711.

Vraag 1

Hebt u kennisgenomen van het bericht «Albanese maffia slaat hier zijn tentakels uit»?1

Antwoord 1

Ja

Vraag 2

Klopt het dat het aantal Albanese verdachten verdubbeld is in 2016?

Antwoord 2

Uit de vertrouwelijke rapportage van de politie en het RIEC Amsterdam over de aard en omvang van criminaliteit gepleegd door personen met de Albanese nationaliteit blijkt dat er in 2016 ongeveer 700 verdachten met de Albanese nationaliteit zijn aangehouden, in 2015 waren dat er 330. Deze rapportage leg ik tot het einde van het jaar ter vertrouwelijke inzage in uw Kamer.2

Vraag 3

Klopt het dat er alleen al in Amsterdam 36 onderzoeken zijn tegen Albanees sprekenden?

Antwoord 3

Ja, dat klopt. Sinds 2016 zijn er in Amsterdam 36 onderzoeken verricht. Een deel van deze onderzoeken is inmiddels afgesloten.

Vraag 4

Kunt u een beschrijving geven van de problematiek van de Albanese criminaliteit in Nederland en hoe die zich de afgelopen jaren ontwikkeld heeft?

Antwoord 4

Het aantal incidenten met personen met de Albanese nationaliteit is in absolute en relatieve aantallen laag. Daarbinnen geldt wel dat het aandeel zware delicten met een georganiseerd karakter relatief hoog is. De problematiek concentreert zich in Rotterdam en Amsterdam. Hierbij gaat het zowel om criminele activiteiten als drugshandel, alsmede om de problematiek rondom de Albanese inklimmers in Hoek van Holland en andere ferryterreinen.

Alhoewel dit kabinet geen specifiek doelgroepenbeleid voert, heeft de problematiek rondom personen met de Albanese nationaliteit de volle aandacht van het Ministerie van Veiligheid en Justitie, alsmede de politie, het Openbaar Ministerie en de Koninklijke Marechaussee (KMar). Daarbij wordt actief ingezet op de integrale bestrijding van georganiseerde en ondermijnende criminaliteit. Bij het aanpakken van de problematiek rondom de inklimmers wordt er actief door de KMar en zeehavenpolitie opgetreden.

Vraag 5

Bent u bereid om de suggestie van officier van justitie te volgen en opnieuw een visumplicht in te voeren? Bent u ervan op de hoogte dat onder verordening 2017/371, die op 1 maart 2017 is ingegaan, een land een melding kan doen als in een periode van twee maanden een toegenomen risico voor of een onmiddellijke bedreiging van de openbare orde of de binnenlandse veiligheid van de lidstaten, met name een wezenlijke toename van ernstige strafbare feiten verband houdend met onderdanen van dat derde land en gestaafd door objectieve, concrete en relevante informatie en gegevens van bevoegde autoriteiten zich heeft voorgedaan?3

Antwoord 5

Het kabinet is bekend met de door u aangehaalde verordening. Hierin zijn afspraken opgenomen over de monitoring van visumvrije landen door de Europese Commissie. In dit kader heeft de Europese Commissie een monitor aangekondigd voor de Westelijke Balkan, waaronder Albanië. Deze monitor wordt aan het einde van dit jaar verwacht. Het kabinet wil de uitkomsten van deze rapportage met daarin objectieve, concrete en relevante informatie en gegevens van bevoegde autoriteiten eerst ontvangen alvorens het kabinet tot een afweging komt om een beroep te doen op de noodremprocedure.

Het kabinet wil hierbij opmerken dat de samenwerking met Albanië op de terreinen van het tegengaan van illegale immigratie, grensoverschrijdende criminaliteit en terugkeer goed is, en de wil tot samenwerking groot. Daarbij blijven we het gesprek aangaan met Albanië, zowel bilateraal als op EU-niveau, ten aanzien van gewenste aanvullende stappen.

Vraag 6

Bent u ervan op de hoogte dat u op basis van die kennisgeving een onderzoek dient in te stellen, dat onderzoek naar de Raad en het parlement dient op te sturen en de vrijstelling van de visumplicht kan worden opgeschort?

Antwoord 6

Na een eventuele notificatie door een lidstaat, is het aan de Europese Commissie om onderzoek te doen en vervolgens per uitvoeringshandeling te besluiten om de visumvrijstelling al dan niet op te schorten. De Europese Commissie weegt daarbij de geconstateerde problemen tegen de bredere belangen van de EU af. De lidstaten wordt gevraagd hier akkoord op te verlenen. Indien na negen maanden geen verbetering heeft opgetreden, kan de opschorting worden verlengd door een besluit per gedelegeerde handeling. Zowel de Raad als het Europees parlement kunnen bezwaar maken tegen een gedelegeerde handeling van de Europese Commissie.

Vraag 7

Bent u bereid die kennisgeving binnen twee weken te doen? Zo nee, onder welke omstandigheden zou u deze kennisgeving dan wel willen doen?

Antwoord 7

Zie hiertoe mijn beantwoording van vraag 5.

Vraag 8

Bent u ervan op de hoogte dat de National Crime Agency in het Verenigd Koninkrijk in haar National Strategic Assesment on organanized crime concludeerde dat «Albanian crime groups have established a high profile influence within UK organised crime, and have considerable control across the UK drug trafficking market, with particular impact and high level influence on the cocaine market» en «The threat faced from Albanian crime groups is significant. London is their primary hub, but they are established across the UK.»?4

Antwoord 8

Ja.

Vraag 9

Hebt u kennisgenomen van het feit dat de Franse politie constateert dat «En progression constante depuis 2010, la criminalité organisée albanophone est une menace réelle pour la sécurité intérieure de l'espace Schengen»?5

Antwoord 9

Ja.

Vraag 10

Bent u bekend met het feit dat het Italiaanse anti-maffia agentschap rapporteert dat Albanezen de grootste groep buitenlanders vormen die opgepakt worden voor misdrijven, gerelateerd aan maffia, verdovende middelen en smokkel?6

Antwoord 10

Ja.

Vraag 11

Hoe beoordeelt u, mede gelet op de huidige situatie, de status van kandidaat-lid van de Europese Unie, voor Albanië, terwijl het land niet voldoet aan de voorwaarden?

Antwoord 11

De Raad is bij het verlenen van de kandidaat-lidstatus aan Albanië niet over één nacht ijs gegaan. In het uitbreidingspakket van 10 oktober 2012 deed de Commissie de aanbeveling aan de Raad om aan Albanië de status van kandidaat-lid te verlenen, onder de voorwaarde dat Albanië de komende periode een aantal nog openstaande voorwaarden vervult7. De Raad van 11 december 2012 noch de Raad van 17 december 2013 konden met deze aanbeveling instemmen8. De Raad besloot op 24 juni 2014 dat het tussentijdse voortgangsrapport van de Commissie van 4 juni 2014 voldoende voortgang liet zien met betrekking tot de in december 2013 door de Raad geïdentificeerde punten en kende Albanië kandidaat-lidstatus toe9. De hervorming van de justitiële sector en het verder werken aan het opbouwen van een solide track record in het onderzoeken, vervolgen en veroordelen van corruptie en georganiseerde misdaad op alle niveaus zijn twee van de vijf voorwaarden voor verdere stappen in het toetredingsproces.

Vraag 12

Kunt u deze vragen een voor een en binnen twee weken beantwoorden?

Antwoord 12

Wij hebben er naar gestreefd de antwoorden zo snel mogelijk te beantwoorden, maar dit is helaas niet binnen twee weken gelukt.


X Noot
1

Telegraaf, 19 augustus 2017

X Noot
2

De vertrouwelijke bijlage is ter inzage gelegd, alleen voor de leden, bij het centraal informatiepunt Tweede Kamer der Staten-Generaal

X Noot
6

halfjaarlijkse rapportage aan het parlement, pagina 333, http://direzioneinvestigativaantimafia.interno.gov.it/semestrali/sem/2016/2sem2016.pdf

X Noot
7

Kamerstukken 23 987, nr. 126.

X Noot
8

Kamerstukken 21 501–02, nr. 1205 en nr. 1313.

X Noot
9

Kamerstukken 21 501–02, nr. 1395.

Naar boven