Vragen van het lid Karabulut (SP) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het bericht dat zwangerschapsdiscriminatie niet afneemt en dat de meldingsbereidheid is gehalveerd (ingezonden 15 september 2016).

Mededeling van Minister Asscher (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 30 september 2016).

Vraag 1

Wat is uw reactie op het bericht dat het aantal meldingen van zwangerschapsdiscriminatie niet afneemt en dat de meldingsbereidheid is gehalveerd?1

Vraag 2

Deelt u de conclusie dat eerder genomen maatregelen om zwangerschapsdiscriminatie tegen te gaan niet hebben gewerkt? Zo ja, wat is hier de oorzaak van? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Welke concrete maatregelen heeft u genomen naar aanleiding van de motie Van Weyenberg, Vermeij en Karabulut die u oproept om in overleg met het College voor de Rechten van de Mens met voorstellen te komen?2

Vraag 4

Bent u bereid om te onderzoeken op welke wijze de Inspectie SZW de bevoegdheid te geven om (zwangerschaps-)discriminatie op te sporen en bedrijven die zich hieraan schuldig maken te sanctioneren? Zo ja, binnen welke termijn? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Op welke wijze geeft u gehoor aan de aanbevelingen die het College voor de Rechten van de Mens doet naar aanleiding het onderzoek «Is het nu beter bevallen?»3

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de beantwoording van de Kamervragen van het lid Karabulut (SP) van 15 september 2016 over het bericht op de website van het College voor de Rechten van de Mens dat zwangerschapsdiscriminatie niet afneemt en dat de meldingsbereidheid is gehalveerd, met het oog op de benodigde interdepartementale afstemming niet binnen de gestelde termijn van drie weken mogelijk is.

Naar boven