Vragen van de leden Kuiken (PvdA) en Groothuizen (D66) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over een gebrek aan capaciteit en kwaliteit bij het Landelijk Bureau Vermiste Personen (ingezonden 22 juni 2017).

Mededeling van Minister Blok (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 11 juli 2017).

Vraag 1

Kent u het bericht «Politie laat steken vallen bij opsporing van vermiste kinderen» over onderbezetting en gebrek aan expertise bij het Landelijk Bureau Vermiste Personen (LBVP) van de Nationale Politie? (RTL Nieuws 16 juni 2017)

Vraag 2

Deelt u de mening dat een gebrek aan capaciteit en expertise in het geval van het opsporen van vermiste personen waaronder kinderen zeer ongewenst is? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Acht u het mogelijk dat er door de problemen bij het LBVP te laat Amber Alerts en Vermist Kind Alerts worden verstuurd? Zo ja, wat is uw mening daarover? Zo nee, hoe kunt garanderen dat dat niet het geval is?

Vraag 4

Hoe verloopt de samenwerking tussen het LBVP en de regionale eenheden van de nationale politie en individuele politieagenten bij die eenheden?

Vraag 5

Kunt u zich vinden in de schriftelijke reactie die de nationale politie in reactie op de vragen van RTL Nieuws heeft gegeven? Zo nee, op welke punten bent u het dan niet eens met die toelichting of is die volgens u niet adequaat?

Vraag 6

Herinnert u zich de antwoorden op eerdere vragen, waaruit bleek dat uw ambtsvoorganger bij de toenmalige korpsbeheerders onder meer om aandacht vroeg «voor een snelle expertiseopbouw op het gebied van persoonsvermissingen»? Herinnert u zich ook de brief van uw ambtsvoorganger aan de Kamer waarin naar aanleiding van de vermissing van de 12-jarige Milly Boele de politie werd gevraagd om het werkproces van persoonsvermissingen snel te verbeteren? Zo ja, hoe verhoudt zich dat tot de door RTL Nieuws geschetste problemen bij het LBVP?1 2

Vraag 7

Is het waar dat er bij het LBVP sprake is van onderbezetting waardoor het LBVP niet 24/7 kan adviseren over urgente vermissingzaken? Zo ja, deelt u de mening dat dit ongewenst is en niet past bij eerder gedane toezeggingen? Zo ja, wat gaat u hier aan doen en op welke termijn? Zo nee, wat is er dan niet waar?

Vraag 8

Is het waar dat er in het verleden meldingen van urgente vermissingen zijn ontvangen in een spamemailbox van het LBVP? In hoeveel gevallen is hiervan sprake geweest? Met welke gevolgen?

Vraag 9

Is het waar dat de meldingen die in de mailbox Urgente Vermissingen van het LBVP binnenkomen in voorkomende gevallen te beknopt zijn om een correcte inschatting van de vermissing te kunnen maken? Zo ja, hoe komt dit, hoe vaak komt dit voor, wat zijn de gevolgen voor de vermissing en welke maatregelen zijn of worden er genomen om hier verbetering in aan te brengen? Zo nee, wat is er dan niet waar?

Vraag 10

Kunt u aangeven in hoeveel gevallen er sinds de introductie van de meldplicht door de politie in vermissingzaken geen melding is gemaakt van een urgente vermissing bij het LBVP en waarbij achteraf toch sprake bleek van een ernstig misdrijf? Zo ja, in hoeveel gevallen was daar sprake van en wat was de aard van de misdrijven en de gevolgen voor het slachtoffer? Zo nee, waarom kunt u dit niet aangeven?

Vraag 11

Is bekend hoe vaak het voorkomt dat achteraf vermissingen verkeerd zijn ingeschat of behandeld en waarom dat het geval is? Zo ja, kunt u de Kamer daarover inlichten? Zo nee, deelt u dan de mening dat een structurele evaluatie van de aard en de omvang van verkeerd ingeschatte vermissingen noodzakelijk is en hoe gaat u daar dan voor zorgen?

Vraag 12

Welke maatregelen gaat u nemen om op de kortst mogelijke termijn de huidige problemen bij het LBVP te verhelpen?

Vraag 13

Deelt u de mening dat het nodig is om een onafhankelijk onderzoek te laten instellen naar de ontstane problemen rondom de meldingen van vermissingen, bijvoorbeeld door de Onderzoeksraad voor Veiligheid? Zo ja, op welke termijn gaat dat onderzoek plaatsvinden? Zo nee, waarom niet?

Mededeling

Tijdens het mondelinge vragenuur op dinsdag 20 juni 2017 heb ik toegezegd uw Kamer per brief te informeren over de genomen maatregelen bij het Landelijk Bureau Vermiste Personen naar aanleiding van de berichtgeving hierover. De antwoorden op de door de leden Kuiken (PvdA) en Groothuizen (D66) gestelde vragen over een gebrek aan capaciteit en kwaliteit bij het Landelijk Bureau Vermiste Personen (uw brieven van 22 en 28 juni 2017) zullen worden meegenomen in deze brief.


X Noot
1

Aanhangsel van de Handelingen, vergaderjaar 2011–2012 nr. 508

X Noot
2

Kamerstuk, 32 500 VI, nr. 94

Naar boven