Vragen van het lid Markuszower (PVV) aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over het bericht «Dode celbrand Scheveningen zat op psychiatrische afdeling» (ingezonden 19 juni 2017).

Antwoord van Staatssecretaris Dijkhoff (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 10 juli 2017).

Vraag 1

Kent u het bericht «Dode celbrand Scheveningen zat op psychiatrische afdeling»?1

Antwoord 1

Ja. Voor de volledigheid merk ik op dat de persoon in kwestie niet verbleef op een psychiatrische afdeling, maar in een inrichting voor stelselmatige daders (ISD). Dit in tegenstelling tot wat er in het artikel wordt gesuggereerd. De ISD-afdeling is gevestigd in het gebouw waar ook het Penitentiair Psychiatrisch Centrum is ondergebracht.

Vraag 2

Is de brand aangestoken door een gedetineerde? Zo ja, hoe heeft dit kunnen gebeuren?

Antwoord 2

In verband met de veiligheid binnen de penitentiaire inrichting (PI) en het privacyrecht kan ik niet ingaan op de toedracht van het incident. Wel kan ik u melden dat er door de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), zoals gebruikelijk bij een overlijden in detentie, opdracht is gegeven voor een calamiteitenonderzoek door een calamiteitenonderzoekscommissie. Daarnaast wordt een veiligheidsonderzoek uitgevoerd naar het voorval. Dit zijn interne onderzoeken, waarvan de resultaten worden gedeeld met de Inspectie van Veiligheid en Justitie (IvenJ). In afwachting hiervan, heeft de IvenJ besloten op dit moment niet eigenstandig onderzoek te verrichten, maar de resultaten van de beide onderzoeken af te wachten. De IVenJ heeft daarbij DJI verzocht een aantal door haar geformuleerde vragen te betrekken in het onderzoek.

Vraag 3

Welke maatregelen gaat u nemen om te voorkomen dat gedetineerden smokkelwaar de gevangenis in kunnen krijgen en dus zelf brand kunnen stichten?

Antwoord 2 en 3

Hoewel dit soort sterfgevallen in detentie niet volledig zijn uit te sluiten, blijven alle inspanningen erop gericht deze te voorkomen. Overigens is er geen verband aangetoond tussen het binnenbrengen van contrabande (verboden goederen zoals drugs, telefoons en wapens) in de inrichting en het stichten van een brand aldaar. In mijn brief van 18 mei jl. naar aanleiding van het onderzoek van de IvenJ getiteld «Binnen de muren niet toegestaan» heb ik u reeds op de hoogte gesteld van de maatregelen die worden getroffen om contrabande in de PI’s tegen te gaan.2

Naar boven