Vragen van het lid Van Veldhoven (D66) aan de Minister voor Wonen en Rijksdienst over het bericht «Ook in nieuwe baden nog gevaarlijk rvs» van de Leeuwarder Courant (ingezonden 4 januari 2017).

Antwoord van Minister Blok (Wonen en Rijksdienst) (ontvangen 27 januari 2017).

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel in de Leeuwarder Courant van 2 januari jl., «Ook in nieuwe baden nog gevaarlijk rvs»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Bent u verontwaardigd over het feit dat nog steeds in zwembaden rvs wordt gebruikt, terwijl al jarenlang bekend is dat dit levensgevaarlijk is? Welke actie heeft u ondernomen toen u dit nieuws onder ogen kreeg?

Antwoord 2

Ik vind het zorgelijk dat ook bij recent gebouwde zwembaden gevaarlijk rvs is toegepast. Ook recent gebouwde zwembaden moeten immers voldoen aan de door mij in 2016 ingestelde onderzoeksplicht (Regeling Bouwbesluit, Stcr 2016, nr. 33491) en gevaarlijk rvs verwijderen. Uit de berichtgeving volgt dat het gevaarlijk rvs is gevonden bij de uitvoering van deze onderzoeksplicht. De onderzoeksplicht blijkt in dit geval effectief te zijn.

Vraag 3

Had het zwembad Swimfun in Joure het keurmerk Veilig & Schoon? Zo ja, wat voor zekerheid biedt het keurmerk dan op het gebied van rvs? Zo nee, waarom niet? Hoeveel procent van de zwembaden heeft nu het keurmerk Veilig & Schoon? Kunt u afspraken maken met de branche over het voldoen aan dit keurmerk?

Antwoord 3

Het zwembad Swimfun had niet het keurmerk Veilig & Schoon. Dit keurmerk is een vrijwillige regeling opgesteld door de zwembadbranche. Waarom Swimfun niet heeft gekozen voor het keurmerk is mij niet bekend. Op dit moment heeft circa 25% van alle publiek toegankelijke zwembaden het keurmerk.

Met de onderzoeksplicht heb ik publiekrechtelijk geregeld dat alle overdekte zwembaden ontdaan moeten worden van gevaarlijk rvs. Het private keurmerk Veilig & Schoon is hiervoor niet noodzakelijk. Het ligt daarom niet in de rede dat ik afspraken maak met de branche over het voldoen aan dit keurmerk.

Vraag 4

Zijn er bij u meer gevallen bekend van onlangs (afgelopen twee jaar) aangebracht rvs in zwembaden? Zo ja, hoe verklaart u dat?

Antwoord 4

Nee.

Vraag 5

Welke mogelijkheden ziet u om te voorkomen dat er rvs gebruikt wordt bij de nieuwbouw of renovatie van zwembaden? In hoeverre heeft u er bij het bekendmaken van de onderzoeksplicht op gewezen dat ook nieuw rvs gevaarlijk is en het gebruik daarvan vermeden moet worden in zwembaden?

Antwoord 5

Het nieuw aanbrengen van gevaarlijk rvs bij nieuwbouw of renovatie is in strijd met de NEN-norm die in het Bouwbesluit 2012 van toepassing is. Dit is door mij verwoord in de toelichting op de onderzoeksplicht (Regeling Bouwbesluit, Stcr 2016, nr. 33491). Het is aan de bouwers van zwembaden om te voldoen aan de bouwvoorschriften en geen gevaarlijk rvs meer toe te passen en aan gemeenten om hierop toezicht te houden.

Vraag 6

Bent u bereid om het ouwbesluit zodanig aan te passen dat het gebruik van rvs in zwembaden uitgefaseerd wordt?

Antwoord 6

Met de onderzoeksplicht (Regeling Bouwbesluit, Stcr 2016, nr. 33491) is een zwembad verplicht om vóór 1 januari 2017 gevaarlijk rvs te verwijderen. Dit betekent dus al een volledige uitfasering van gevaarlijk rvs. Het opnieuw aanbrengen van gevaarlijk rvs is in strijd met het Bouwbesluit 2012. Aanpassing van het Bouwbesluit is daarom niet nodig.

Vraag 7

Wanneer wordt de Kamer precies geïnformeerd over het verloop van de operatie inspectie zwembaden, inclusief de maatregelen waar nodig? Kunt u deze vragen beantwoorden voorafgaand dan wel gelijktijdig met het versturen van deze brief?

Antwoord 7

In de brief van 12 oktober 2016 (Kamerstuk 28 325, nr. 159) heb ik u geïnformeerd over het onderzoek dat ik in 2017 door een onderzoeksbureau laat uitvoeren om duidelijkheid te krijgen over de naleving van de onderzoeksplicht. In juni 2017 zal ik uw Kamer op de hoogte brengen van de bevindingen van dit onderzoek.

Naar boven