Vragen van de leden Van Gerven en Leijten (beiden SP) aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het opnieuw sluiten van verzorgingshuizen (ingezonden 20 oktober 2015).

Antwoord van Staatssecretaris Van Rijn (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 18 november 2015).

Vraag 1 t/m 5 en 7

Vindt u het ook zo verdrietig dat de 88-jarige mevrouw S. gedwongen moet verhuizen en weggehaald wordt uit haar vertrouwde omgeving en netwerk, omdat het verzorgingshuis Olde Heem in Kloosterburen waar ze verblijft gaat sluiten?1

Schaamt u zich niet als u het verhaal leest over mevrouw S. die samen met vele 80- en 90-jarige ouderen gedwongen moeten verhuizen, simpelweg omdat u uw bezuinigingsplaatje moet halen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Waarom keurt u het goed dat mensen gedwongen verhuisd worden naar een andere omgeving, waar zij vaak hun vertrouwde kennissen en familiekring kwijtraken? Kunt u uw antwoord toelichten?

Meent u serieus dat mevrouw S. en anderen geholpen zijn met een goed communicatietraject zoals u eerder heeft beweerd? 2

Deelt u de mening dat de samenleving een ereschuld heeft aan de ouderen die ons land hebben opgebouwd en dat zij recht hebben op een onbezorgde oude dag in hun eigen vertrouwde woonomgeving? Zo ja, gaat u uw beleid veranderen? Zo nee, waarom niet?

Hoeveel signalen moeten u nog worden aangeleverd, voordat u uw rekenmachine aan de kant legt en eindelijk gaat zorgen dat u oudere mensen een menswaardig bestaan biedt in hun vertrouwde omgeving met goede zorg? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 1 t/m 5 en 7

Ik kan mij zeer goed voorstellen dat mensen erg opzien tegen verhuizen en het feit dat zij hun vertrouwde omgeving moeten verlaten. Tegelijkertijd moeten wij ons realiseren dat verhuizen van alle tijden is en zeker niet een nieuw fenomeen. Instellingen voor langdurige zorg renoveren, plegen nieuwbouw en sluiten. Alternatief is dat het bestaande aanbod wordt bevroren en dat is niet wenselijk. Vernieuwing is ook wenselijk en nodig. De vernieuwing van meerbedskamers in de verpleeghuiszorg in verband met de privacy heeft bijvoorbeeld de kwaliteit van leven aanzienlijk verbeterd. Daarmee sluit ik mijn ogen niet voor het feit dat een verhuizing voor ouderen een ingrijpende gebeurtenis is die onzekerheid met zich mee kan brengen. Daarom is het zo belangrijk met bewoners en verwanten zo intensief mogelijk te overleggen over de gevolgen van en het perspectief na de verhuizing.

Vraag 6

Bent u bereid in te grijpen en samen met Zonnehuisgroep Noord te kijken of de vier verzorgingshuizen die op de lijst staan om te gaan sluiten, opengehouden kunnen worden? Zo ja, kunt u de Kamer hierover informeren? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 6

Nee. Het is gezien de vigerende verantwoordelijkheidsverdeling aan de Zonnehuisgroep Noord, het zorgkantoor, corporaties en gemeenten om tot een oplossing te komen.

Vraag 8

Hoeveel verzorgingshuizen zijn afgelopen jaar gesloten en hoeveel verzorgingshuizen worden komende tijd gesloten? Bent u bereid dit uit te zoeken en de Kamer hierover te informeren? Zo nee, waarom hecht u hier geen waarde aan?

Antwoord 8

Er wordt landelijk geen lijst bijgehouden van verzorgingshuizen die sluiten. Wat wel landelijk wordt geregistreerd zijn de indicaties (CIZ) voor de diverse zorgprofielen en de gerealiseerde productie en productieafspraken (NZa). Hierover heb ik u ook eerder bericht (onder andere TK 29 389, nr. 89).

De trend dat cliënten langer thuis blijven wonen is al langer zichtbaar. In 1980 woonden 150.000 ouderen in een verzorgingshuis, in 2010 waren dat er 84.000 terwijl het aantal 80-plussers in dezelfde periode meer dan verdubbeld is. Het aantal verpleeghuisplekken is in dezelfde periode gestegen van ongeveer 46.000 in 1980 tot 74.000 in 2010. Het onderscheid tussen verpleeg- en verzor-gingshuizen vervaagt steeds meer. In verzorgingshuizen worden steeds zwaardere cliënten geholpen. Het aantal cliënten met een licht ZZP (ZZP VV 1 t/m 3) neemt de komende jaren geleidelijk af, terwijl het aantal plekken dat bezet is met mensen met een hoog ZZP de komende jaren kan groeien met een tempo dat gelijke tred houdt met demografische factoren.

In reactie op bovenstaande langjarige trend kunnen verzorgingshuizen die een afnemende vraag van cliënten met een licht ZZP waarnemen, zich richten op de zwaardere cliëntenpopulatie of op basis van scheiden van wonen en zorg zich richten op cliënten uit de Wmo/Zvw. In de mate waarin dit lukt, behoeven verzorgingshuizen niet te sluiten. Anderzijds geldt dat, zoals in het antwoord op de vragen 1–5 en 7 is aangegeven, sluiting van verzorgingshuizen door renovatie of nieuwbouw van alle tijden is, dus ook los van extramuralisering. Een eenduidige en informatieve registratie van verzorgingshuizen die sluiten is op grond van het bovenstaande niet goed te maken.


X Noot
1

Verhaal over mevrouw S. onderhands meegezonden

X Noot
2

Handelingen II, vergaderjaar 2013–2014, nr. 93, item 10: Uitspraak Staatssecretaris VWS tijdens Dertigledendebat over het sluiten van verzorgingshuizen, 12 juni 2014.

Naar boven