Vragen van de leden Jasper vanDijk en Van Bommel (beiden SP) aan de ministers van Defensie en van Buitenlandse Zaken over de plaatsing van nieuwe kernwapens in Duitsland (ingezonden 28 september 2015).

Antwoord van Minister Koenders (Buitenlandse Zaken) en de Minister van Defensie (ontvangen 16 november 2015).

Vraag 1

Bent u bekend met de ZDF uitzending, waaruit blijkt dat Duitsland 112 miljoen euro investeert in de upgrade van de WS3 bunkers, landingsbaan en andere faciliteiten op Buchel Airbase?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Zijn er kosten geraamd door Nederland voor vergelijkbare upgrades van WS3 bunkers op Volkel Airbase, van de landingsbaan of eventueel andere kosten in verband met de Nederlandse kernwapentaken? Zo ja, hoeveel?

Antwoord 2

Het vernieuwen van rol- en startbanen hoort bij het periodieke onderhoud van een luchtmachtbasis.

Het upgrade-programma van de WS-3 systemen wordt door de NAVO gefinancierd, aangezien deze systemen van de NAVO zijn.

Op grond van bondgenootschappelijke afspraken worden er geen mededelingen gedaan over de kernwapentaak van Nederland.

Vraag 3 en 4

Hoe oordeelt u over het bericht «Rusland in geweer tegen nieuwe atoombommen VS» over de plaatsing van nieuwe kernwapens in Duitsland?2

Hoe oordeelt u over de opstelling van Moskou dat een reactie niet kan uitblijven, vanwege de verstoring van het strategisch evenwicht?

Antwoord 3 en 4

Het kabinet wil niet speculeren over de mogelijke Russische interpretatie van het levensverlengingsprogramma voor de Amerikaanse B61.

Vraag 5 en 6

Erkent u dat de modernisering van kernwapens in strijd is met uw streven naar wereldwijde kernontwapening (de zgn. Global Zero)?

Erkent u dat de modernisering van kernwapens in Europa kan leiden tot een ongewenste nieuwe wapenwedloop? Wat onderneemt u daartegen?

Antwoord 5 en 6

Neen. Het levensduurverlengingsprogramma voor de B61 is bedoeld om de veiligheid, beveiliging en effectiviteit van dit wapen blijvend te garanderen. Het Amerikaanse «Nuclear Posture Review Report» van april 2010 stelt dat de levensduurverlengingsprogramma’s geen nieuwe militaire capaciteiten zullen opleveren. Zie ook antwoord op vraag 8.

Vraag 7

Deelt u de mening dat, nu de JSF geen kernwapentaak zal krijgen, het moderniseren van de op Volkel aanwezige kernwapens overbodig is?3 Bent u bereid kenbaar te maken dat de op Volkel aanwezige kernwapens derhalve niet gemoderniseerd hoeven te worden?

Antwoord 7

Het zal nog geruime tijd duren, zeker tot 2024, voordat de F-16 niet meer in gebruik is. Hoe het geheel van afschrikkings- en defensiecapaciteiten van de NAVO er dan uitziet, is nu niet te voorspellen. Wel staat vast dat het thema tot die tijd regelmatig onderwerp van discussie zal zijn in het bondgenootschap.

Nederland wil in deze discussie een actieve rol blijven spelen.

Voor het standpunt van het kabinet ten aanzien van de eventuele kernwapentaak voor de vervanger van de F16 verwijzen wij u naar de brieven van 14 januari 20144 en van 2 september 20145.

Vraag 8

Bent u bereid in internationale fora te pleiten voor het afzien van de modernisering van kernwapens? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 8

Neen. Het levensverlengingsprogramma is de verantwoordelijkheid van de Amerikaanse overheid en is gericht op beveiliging, veiligheid en effectiviteit van de kernwapens. Wel zal Nederland zich blijven inzetten voor de condities die verdere ontwapening mogelijk maken, de rol van kernwapens in militaire doctrines verder terug te dringen en voortgang te maken in de multilaterale onderhandelingen over nucleaire non-proliferatie en ontwapening.


X Noot
2

Trouw, 24 september 2015.

X Noot
3

zie ook de motie Jasper van Dijk, Kamerstuk 33 763, nr. 14

X Noot
4

Tweede Kamer, vergaderjaar 2013–2014, 33 783, nr. 5

X Noot
5

Tweede Kamer, vergaderjaar 2013–2014, 33 783, nr. 13

Naar boven