Vragen van de leden Koolmees (D66) en Kerstens (PvdA) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de uitspraak van de Raad van State dat Haagse subsidieregels die topsalarissen verbieden in strijd zijn met de wet (ingezonden 20 mei 2016).

Mededeling van Minister Plasterk (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 10 juni 2016).

Vraag 1

Wat is uw reactie op de uitspraak van de Raad van State d.d. 4 mei 2016, waarin de Raad van State heeft bepaald dat subsidieregels van de gemeente Den Haag die topsalarissen verbieden, in strijd zijn met de Algemene wet bestuursrecht, omdat aan een subsidieontvanger alleen verplichtingen mogen worden opgelegd als die «strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie» en het voorkomen van topsalarissen niet het doel van een subsidie is?1

Vraag 2

Herinnert u zich dat u in antwoord op eerdere vragen hebt gezegd dat de Algemene wet bestuursrecht voldoende mogelijkheden biedt voor het normeren van topinkomens van functionarissen bij instellingen die subsidie ontvangen van decentrale overheden en dat u niet voornemens bent om de wetgeving te wijzigen?2 Ziet u na de uitspraak van de Raad van State wél aanleiding om de wet te wijzigen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Wat is de stand van zaken van de «verkenning» of «handreiking» over de mogelijkheden voor decentrale normering van topinkomens die u in uw brieven van 10 juli 2014 en 9 juli 2015 heeft aangekondigd?3

Mededeling

De vragen van de leden Koolmees (D66) en Kerstens (PvdA) over de uitspraak van de Raad van State dat Haagse subsidieregels die topsalarissen verbieden in strijd zijn met de wet (ingezonden 20 mei 2016, kenmerk 2016Z09877), kunnen helaas niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord.

Er is meer tijd nodig om de consequenties van de desbetreffende uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State te bestuderen.

Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op deze Kamervragen doen toekomen.


X Noot
2

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2013–2014, nr. 2914

X Noot
3

Kamerstukken, 30 111, nr. 71 en 30 111, nr. 88.

Naar boven