Vragen van het lid JanVos (PvdA) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over het bericht dat kledingfabrieken in Bangladesh nog onveilig zijn (ingezonden 5 september 2014).

Antwoord van Minister Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) (ontvangen 8 september 2014).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Fabrieken Bangladesh nog onveilig?1

Vraag 2

Klopt het dat de inspecteurs van fabrieken in Bangladesh hebben geconcludeerd dat in meer dan duizend textielfabrieken, de veiligheid van werknemers nog steeds niet kan worden gegarandeerd?

Vraag 3

Zijn er Nederlandse kledingbedrijven die hun kleding lieten maken in één van de 26 fabrieken in Bangladesh die na inspectie direct gesloten moesten worden omdat de arbeidsomstandigheden er zeer slecht waren? Zo ja, bent u in overleg gegaan met deze bedrijven en wat zijn de uitkomsten van dit overleg?

Vraag 4

Hebben Nederlandse bedrijven die hun kleding laten maken in Bangladesh, naar aanleiding van de bevindingen van de inspecteurs aangegeven maatregelen te nemen? Zo ja, welke en op welke termijn zullen zij dit doen?

Vraag 5

Wat is de stand van zaken aangaande de uitvoering van het Bangladesh-akkoord? Welke (nieuwe) prioriteiten heeft u gesteld bij de uitvoering naar aanleiding van de uitkomsten van het onderzoek door de inspecteurs?

Mededeling

De schriftelijke vragen van het lid Jan Vos (PvdA), vraagnummer 2014Z15028, zijn beantwoord middels de brief «Reactie op het bericht dat textielfabrieken in Bangladesh nog onveilig zijn en beantwoording van de schriftelijke vragen van de leden Jan Vos en Voordewind» (Kamerstuk 33 625, nr. 121).

Naar boven