Vragen van het lid Van Gerven (SP) aan de Staatssecretaris van Economische Zaken over het bericht «BLHB wil prijstoetsing geliberaliseerde pacht» (ingezonden 14 maart 2016).

Antwoord van Staatssecretaris Van Dam (Economische Zaken) (ontvangen 14 april 2016).

Vraag 1

Wat is uw reactie op het voorstel van de Bond van Landpachters en Eigen Grondgebruikers (BLHB) om prijstoetsing in te voeren bij geliberaliseerde pacht?1

Antwoord 1

Zoals mijn voorganger in reactie op de schriftelijke vragen van 31 maart 2015 heeft aangegeven, heeft een herziening van het stelsel alleen kans van slagen indien deze tegemoet komt aan de diverse wensen uit de praktijk, uitvoerbaar is en voldoende door pachters en verpachters wordt gedragen (Kamerstuk 27 924, nr. 63).

De initiatiefnemers van het Spelderholt-deelakkoord hebben in het voorjaar van 2015 aangegeven mogelijkheden te zien om samen met alle partijen tot een verbeterd voorstel te komen. Op 2 november jl. heeft mijn voorganger gesproken met de verschillende belangenpartijen van verpachters en pachters, waaronder de BLHB, en de initiatiefnemers van het deelakkoord over herziening van het pachtstelsel. De aanwezige partijen hebben aangegeven dat zij met elkaar zullen doorpraten over de voorstellen uit het Spelderholtoverleg. Ik wil de partijen de gelegenheid geven dit overleg af te ronden voordat ik voorstellen in overweging neem. Gezien het belang van een gedragen voorstel vind ik het van belang dat BLHB nu eerst met de andere belangenpartijen het gesprek voert over hun alternatieve voorstel.

Vraag 2

Bent u bereid het voorstel te laten doorrekenen door het onderzoeksinstituut LEI Wageningen UR?

Antwoord 2

Ja, ik heb het LEI gevraagd het voorstel van de BLHB te bestuderen en de cijfers door te rekenen, net als dit met andere voorstellen ook wordt gedaan.

Vraag 3

Vindt u de prijsontwikkeling die geliberaliseerde pacht de laatste jaren heeft doorgemaakt een wenselijke ontwikkeling of erkent u dat de grote stijgingen van geliberaliseerde pachtprijzen nopen tot ingrijpen?

Antwoord 3

Voor de gemiddelde prijzen van geliberaliseerde pachtovereenkomsten in de afgelopen jaren verwijs ik u naar de tabel onder antwoord 11. De variëteit aan overeenkomsten afgesloten onder de geliberaliseerde pachtvorm is groot. Zo worden natuurgronden (met een relatief lage pachtprijs) en grond voor eenmalige teelten zoals bloembollen (met relatief hoge pachtprijs) tegenwoordig ook vaak onder de noemer «geliberaliseerde pacht» verpacht. De prijzen hebben dan ook een grote bandbreedte rondom het genoemde gemiddelde. Ik zie op dit moment geen reden om in te grijpen in de prijsvorming van geliberaliseerde pacht.

Vraag 4

Hoe wilt u borgen dat de bodemvruchtbaarheid niet lijdt door kortdurende pachtcontracten?

Antwoord 4

Voor de beantwoording van deze vraag verwijs ik u naar de antwoorden in de brief van 9 maart 2016 (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2015–2016, nr.1834).

Vraag 5, 6, 7

Onderschrijft u dat situaties met drastische prijsverhogingen en inschrijvingen voor pachters niet wenselijk zijn?

Erkent u dat de overheid en overheidsgerelateerde organisaties een voorbeeldfunctie hebben wat betreft «goed verpachterschap»?

Wat doet u om bij de overheid en overheidsgerelateerde organisaties goed verpachterschap te bewerkstelligen en om onverantwoorde prijsstijgingen te voorkomen?

Antwoord 5, 6, 7

Zoals ik in antwoord 3 heb aangegeven, is er bij de prijsvorming van geliberaliseerde pacht sprake van uitschieters naar beneden en naar boven. De gemiddelde prijs geeft een genuanceerder beeld (zie antwoord op vraag 11). Inschrijvingen voor pacht leiden wat mij betreft niet op voorhand tot onredelijke prijzen, maar veeleer tot een transparanter beeld van wat boeren voor de pacht van landbouwgrond over hebben.

Verder verwijs ik u naar de antwoorden in de brief van 9 maart 2016 2016 (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2015–2016, nr.1834).

Vraag 8, 9, 10

Onderschrijft u het belang van langlopende pachtovereenkomsten voor de bodemvruchtbaarheid, bedrijfscontinuïteit en financieringsmogelijkheden?

Erkent u dat langlopende pachtovereenkomsten noodzakelijk zijn in een beleid om grondgebonden landbouw en duurzaam grondgebruik te stimuleren?

Hoe wilt u bewerkstelligen dat de pachtregelgeving duurzaam grondgebruik bevordert?

Antwoord 8, 9, 10

Ik ben voorstander van een pachtsysteem dat langdurige pachtrelaties tussen verpachters en pachters stimuleert, bijdraagt aan een duurzaam gebruik van grond en een zekere mate van flexibiliteit biedt. Ik zal voorstellen voor een nieuw pachtbeleid toetsen aan deze criteria.

Vraag 11

Kunt u inzicht geven in de mate van prijsstijging bij geliberaliseerde pacht versus reguliere pacht in de afgelopen jaren?

Antwoord 11

Hieronder staan de (gemiddelde) pachtprijzen in euro’s per hectare, verdeeld naar pachtvorm, over de periode 2007 tot 2014. De gemiddelde prijs van geliberaliseerde pacht voor 6 jaar en korter ligt relatief laag, omdat ook natuurgronden via (kortlopende) geliberaliseerde pacht worden verpacht. Zie ook antwoord 3 en antwoord 46 van het SO Pacht van 1 april 2015 (Kamerstuk 27 924, nr. 63).

Pachtprijs (euro/ha) naar pachtvorm, 2007–2014

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

Reguliere pacht

390

462

471

518

534

586

636

591

Geliberaliseerde pacht, langer dan 6 jaar

437

465

497

436

544

551

633

624

Geliberaliseerde pacht, 6 jaar en korter

422

494

453

464

473

500

515

542

Bron: Informatienet LEI Wageningen UR


X Noot
1

«BLHB wil prijstoetsing geliberaliseerde pacht», Boerderij, 26 februari 2016.

Naar boven