Vragen van de leden Omtzigt (CDA) en Sjoerdsma (D66) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en van Veiligheid en Justitie over het onderzoek naar de MH17 (ingezonden 28 november 2014).

Antwoord van de Ministers Opstelten (Veiligheid en Justitie), Koenders (Buitenlandse Zaken) en Hennis-Plasschaert (Defensie) (ontvangen 22 december 2014)

Vraag 1

Welke landen zijn om dit moment lid van het Joint InvestigationTeam (JIT) dat onderzoek doet naar de MH17?

Antwoord 1

Naast Nederland zijn Australië, België en Oekraïne lid van het JIT. Met Maleisië wordt samengewerkt in het JIT en inmiddels is overeengekomen dat Maleisië als lid toetreedt.

Vraag 2

Kent u het bericht «Vetorecht Oekraïne in strafonderzoek MH17»?1

Antwoord 2

Ja.

Vraag 3

Kunt u aangeven of en welk vetorecht Oekraïne heeft in het onderzoek en/of de vervolging?

Antwoord 3

De JIT-deelnemers hebben elkaar toegezegd terughoudend te zijn met het verstrekken van opsporingsinformatie naar anderen dan deelnemers aan het onderzoek, tenzij er consensus over bestaat dat informatie naar buiten kan worden gebracht zonder dat het onderzoek daardoor wordt geschaad. Consensus onder de JIT-partners is iets anders dan een vetorecht van een van hen.

Vraag 4

Kent u de berichten «Malaysia joins Dutch-led probe of MH17»?2 en «MH17: Malaysia to join criminal investigation team»3, van begin november in de pers in Malaysia, waarin duidelijk staat dat dat land volwaardig lid van het JIT zal worden?

Antwoord 4

Ja.

Vraag 5

Heeft Maleisië een formele relatie met het JIT, zoals lidmaatschap of een soort tweederangs-lidmaatschap? Zo ja, wanneer is die tot stand gekomen en welke vorm heeft die aangenomen?

Antwoord 5

Maleisië neemt reeds formeel deel aan het JIT en zal toetreden als lid.

Vraag 6

Hoe is de samenwerking tussen de landen in het JIT en met Maleisië?

Antwoord 6

De samenwerking is goed. Zie overigens ook het antwoord op vraag 5.

Vraag 7

Kunt u zich herinneren dat op 15 oktober meerdere Kamerleden tijdens het Algemeen overleg expliciet gevraagd hebben of er non-disclosure agreements in het JIT zitten?

Antwoord 7

Ja.

Vraag 8 en 9

Bent u bereid zeer precies te vertellen of er afspraken in het JIT gemaakt zijn om bepaalde informatie niet te publiceren of niet te gebruiken in het onderzoek of de vervolgingsfase, indien één van de deelnemende landen daarop staat? Bent u bereid om betreffende passages van het JIT openbaar te maken? Zo nee, kunt u dan heel precies de afspraken omschrijven?

Indien er sprake is van enige non-disclosure afspraak, kunt u dan aangeven of

  • a. een land alleen zelf aangeleverde informatie geheim kan houden of dat het ook informatie, die in gezamenlijkheid is gevonden of alle informatie van het onderzoek geheim kan houden?

  • b. Informatie of uitkomsten tijdens het onderzoek geheim gehouden kunnen worden (maar wel gewoon voor het onderzoek gebruikt kunnen worden) of ook altijd geheim blijven of niet beschikbaar zijn voor vervolging?

  • c. alle informatie altijd in een strafrechtelijk onderzoek gebruikt kan worden door zowel de aanklager als de verdediging?

Antwoord 8 en 9

De landen die het JIT hebben gevormd, spraken bij de oprichting daarvan af dat terughoudendheid wordt betracht bij het naar buiten brengen van informatie met betrekking tot het onderzoek. Dit is vastgelegd in de JIT-overeenkomst. Dit document richt zich alleen op het onderzoek en niet op de vervolgingsfase. Zoals wij al eerder aan uw Kamer hebben gemeld, leent de JIT-overeenkomst zich niet voor openbaarmaking omdat deze operationele afspraken bevat over een lopend strafrechtelijk onderzoek. Nederland hecht er vanzelfsprekend aan dat het onderzoek niet wordt geschaad en dit in alle vertrouwelijkheid kan plaatsvinden. De overeenkomst met betrekking tot het JIT kunnen wij daarom niet openbaar maken.

Vraag 10

Welke rechtshandelingen van Oekraïne erkent Nederland automatisch onder het JIT en is zij gehouden 100% hieraan mee te werken en deze te accepteren?

Antwoord 10

Alle JIT-landen opereren op eigen grondgebied overeenkomstig hun eigen, nationale rechtsregels. Dat is voor Oekraïne niet anders. Aangezien Oekraïne net zoals Nederland partij is bij de internationale verdragen op basis waarvan in het strafrechtelijk onderzoek wordt samengewerkt, geldt tussen de verschillende samenwerkende landen het beginsel dat er vertrouwen dient te bestaan in elkaars rechtssysteem.

Vraag 11

Is het onderzoek in het licht van het bovenstaande volledig en onafhankelijk, zoals gevraagd in VN-Veiligheidsraad resolutie 2166?

Antwoord 11

Ja.

Vraag 12

Kunt u de toegezegde lijst met neergeschoten vliegtuigen en helikopters in Oost-Oekraïne zo spoedig mogelijk aan de Kamer doen toekomen?

Antwoord 12

In de Stand van Zaken brief MH 17 van 18 december (Kamerstuk 33 997, nr. 26) aan uw Kamer gaan we in op de toezegging te rapporteren over het aantal neergeschoten helikopters en vliegtuigen boven Oost-Oekraïens grondgebied voorafgaand aan de ramp op 17 juli 2014.

Vraag 13

Wie doet op dit moment onderzoek naar de vliegroutes, de keuze om over Oost-Oekraïne te vliegen (terwijl andere maatschappijen daar niet vlogen) en de besluiten die geleid hebben tot het laten vliegen over het conflictgebied?

Antwoord 13

Momenteel doet de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) in het kader van de MH17 ramp onderzoek naar de besluitvorming over vliegroutes en de risico-afweging die is gemaakt bij de keuze voor de vliegroute over Oost-Oekraïne. De OVV blikt daarbij niet alleen terug maar bekijkt ook het systeem in den brede met het doel lessen voor de toekomst te trekken.

Vraag 14

Kan uit het onderzoek naar de vliegroutes een aansprakelijkheid voortvloeien?

Antwoord 14

De OVV doet geen uitspraken over schuld of aansprakelijkheid.

Naar boven