Aanhangsel van de Handelingen
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2014-2015 | 2813 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2014-2015 | 2813 |
Bent u bekend met de artikelen over de herhaaldelijke ongepaste uitspraken van de rector van de IUR?1 2 3 4 5 6
Klopt het dat uit uw reactie op de meeste recente uitspraak van de rector7, waarin u aangeeft de Raad van Toezicht (RvT) te ontbieden om aan te dringen op het ontslag van de rector, blijkt dat u de mening deelt dat de recente uitspraken van de rector wederom leiden tot verdeeldheid in de maatschappij? Kunt u de Kamer informeren over het verloop en uitkomsten van het gesprek met de IUR?
Ja, ik vind dergelijke uitspraken onacceptabel voor iemand met een functie als boegbeeld van een Nederlandse instelling voor hoger onderwijs. Bij het gesprek met de Raad van Toezicht heb ik ook het stichtingsbestuur van de IUR gevraagd om aanwezig te zijn, omdat die bevoegd is tot schorsing en ontslag van CvB-leden. Het was een stevig gesprek waarin ik heb aangegeven dat ik er geen vertrouwen meer in heb dat de rector zich in de toekomst zal houden aan de eerder gemaakte afspraken en zal laten zien de principes van de Nederlandse rechtsstaat te respecteren. Ik heb de Raad van Toezicht en het stichtingsbestuur dringend verzocht om maatregelen te nemen. Inmiddels heeft de Raad van Toezicht mij in een schriftelijke reactie laten weten dat de rector zijn facebookpagina zal sluiten. Dit is een stap maar nog niet voldoende. Ik heb de RvT en het stichtingsbestuur namelijk ook herhaaldelijk gevraagd om afstand te nemen van de uitspraken van de rector, dat is tot op heden nog niet gebeurd.
Mijn vertrouwen is niet hersteld omdat de IUR niet heeft laten zien de maatschappelijke opdracht te kunnen en willen vervullen. Dat betekent dat het verscherpt toezicht van de inspectie van kracht blijft. Daarnaast heb ik van de NVAO begrepen dat er naar aanleiding van de recente uitspraken bij de instelling om aanvullende informatie is gevraagd. Deze informatie zal worden betrokken bij het beoordelen van de accreditatiewaardigheid van de geaccrediteerde masteropleiding en bacheloropleiding. Bij de masteropleiding gaat het om een visitatie vanwege het aflopen van de accreditatietermijn, bij de bacheloropleiding gaat het om een midtermreview conform eerder gemaakte afspraken. Naar verwachting komt de NVAO medio juli tot een oordeel. Afhankelijk daarvan kan ik stappen zetten om de accreditatie in te trekken cq. niet te verlengen. Verder heb ik op dit moment helaas geen juridische middelen om in te grijpen. Wel werk ik aan een wetsvoorstel om dat in de toekomst te kunnen doen. Wanneer die wet van kracht is zal ik niet aarzelen dit middel in te zetten als ik er op dat moment nog steeds niet van overtuigd ben dat de IUR de maatschappelijke opdracht kan en wil vervullen. Dat heb ik het stichtingsbestuur en de Raad van Toezicht ook duidelijk gemaakt.
Klopt het dat het bestuur van de IUR heeft gezegd, hetgeen uit een brief aan de Kamer kan worden afgeleid, gebaseerd op een bezoek van de inspectie aan de IUR, dat «het voor de rector duidelijk [is] dat wat hij via openbare bronnen uitdraagt niet los kan worden gezien van zijn functie als rector bij de IUR [en] hij geen aanleiding meer zal geven tot een discussie»,?8 In acht genomen dat de rector dus beseft dat zijn uitspraken over «homo’s en Armeniërs» in de context van zijn functie als rector gezien worden, deelt u de mening dat zijn uitspraken hiermee direct raken aan het primaire onderwijsproces van de IUR? Zo nee, waarom niet?
Dat is inderdaad eerder met de inspectie besproken, maar dat heeft de rector er niet van weerhouden opnieuw ongepaste uitspraken te doen. De NVAO onderzoekt momenteel of de uitspraken invloed hebben op het primaire onderwijsproces. Mocht dat het geval zijn, dan zal de accreditatie van de masteropleiding niet worden verlengd en heb ik de mogelijkheid om stappen te zetten tot het intrekken van de accreditatie van de bacheloropleiding.
Deelt u de mening dat de recente uitspraken van de rector betrokken dienen te worden bij de accreditatie van de opleidingen aan de IUR, omdat de rector bij het doen van de kwetsende uitspraken beseft dat «wat hij via openbare bronnen uitdraagt niet los kan worden gezien van zijn functie als rector bij de IUR»? Zo nee, waarom niet?
Ik ben met u van mening dat wat de rector via openbare bronnen uitdraagt niet los kan worden gezien van zijn functie bij een instelling voor hoger onderwijs. Of dat ook van invloed is op het onderwijsproces kan alleen de NVAO beoordelen, die gaat immers over de kwaliteit van het hoger onderwijs en heeft daartoe een zelfstandige bevoegdheid. Naar aanleiding van de eerdere uitspraken van de rector hebben de visitatiepanels de opdracht tot bevordering van het maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef als aandachtspunt meegenomen in de eerdergenoemde visitaties en worden de meest recente uitspraken van de rector nadrukkelijk betrokken in de beoordelingen.
Deelt u de mening dat de reactie van het bestuur op de recente uitspraken van de rector er in feite op neer komt dat zij op geen enkele wijze afstand neemt van de uitspraken van de rector en daarmee de ernst van de zaak dus nog steeds niet begrijpt?
Ja, ik vind de reactie van de Raad van Toezicht en het stichtingsbestuur ontoereikend. Ik en ook de inspectie hebben de RvT en het stichtingsbestuur meermaals verzocht om te laten zien dat de IUR de principes van de Nederlandse rechtsstaat wel degelijk onderschrijft door afstand te nemen van de uitspraken van de rector, die zich hier niet toe verhouden. We hebben aangegeven dat we dit onvoldoende terug hebben gezien in de communicatie naar buiten toe, maar ook in de schriftelijke reactie na ons gesprek wordt daar geen blijk van gegeven. Ik heb de IUR laten weten dat ik dit onvoldoende vind.
Hoeveel waarschuwingen moet een rector krijgen alvorens de Nederlandse overheid beslist dat zij een keurmerk van de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) intrekt? Welk signaal geeft de overheid af aan de Alevitische, Armeense en Joodse gemeenschap, maar ook homo’s, vrouwen en Turken die er «een westerse leefstijl op nahouden», als zij een goedkeuringsstempel van de NVAO afgeeft aan een instelling waar een dergelijke rector de scepter zwaait? Deelt u de mening dat het structureel wegzetten van bevolkingsgroepen en anders geaarde direct neerslaat op het primaire onderwijsproces?
Zoals gezegd beoordeelt de NVAO de kwaliteit van het onderwijs aan de hand van de eisen in het accreditatiekader. De beoordeling van de aard van de uitspraken van de rector in relatie tot de kwaliteit van het onderwijs bevindt zich aan de randen van het accreditatiestelsel. Om goed te kunnen beoordelen of de uitspraken van de rector van invloed zijn op het primaire onderwijsproces heeft de NVAO aanvullende informatie opgevraagd bij de IUR. Ik wacht het oordeel van de NVAO af en werk tegelijkertijd verder aan een wetsvoorstel waarmee ik de status van rechtspersoon hoger onderwijs in kan trekken wanneer een instelling zich niet houdt aan de opdracht tot bevordering van maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef.
Wat is de status van de eerder door u ingestelde onderzoeken uitgevoerd door de NVAO en de onderwijsinspectie? Hoe worden dergelijke herhaalde uitspraken betrokken bij het onderzoek?
Naar aanleiding van de eerdere uitspraken van de rector hebben de visitatiepanels van de NVAO de opdracht tot bevordering van het maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef als aandachtspunt meegenomen in de eerdergenoemde visitaties van de beide geaccrediteerde opleidingen van de IUR. Op basis van deze visitatierapporten en de aanvullende informatie die na de meest recente uitspraak bij de IUR is opgevraagd, zal de NVAO naar verwachting medio juli tot een oordeel komen. Naar aanleiding van de eerdere uitspraken is de IUR tevens onder verscherpt toezicht van de inspectie gesteld. Dit verscherpt toezicht blijft van kracht, zolang er geen afdoende maatregelen zijn genomen en de IUR niet heeft laten zien de principes van de Nederlandse rechtsstaat te kunnen en willen respecteren.
Klopt het dat u met het bestuur harde afspraken heeft gemaakt opdat «maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef», artikel 1.3 uit de Wet op het Hoger Onderwijs, onderschreven en uitdragen wordt door de rector en de school? Bent u van mening dat het bestuur, indien zij niet in klare taal afstand neemt van de recente uitspraken van de rector, maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef onvoldoende uitdraagt en daarmee haar afspraken niet nakomt? Zo nee, waarom niet?
Ik vind inderdaad dat noch het College van Bestuur, noch de Raad van Toezicht, noch het stichtingsbestuur van de IUR blijk hebben gegeven van maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef door geen afstand te nemen van de uitspraken van de rector. Na ons gesprek op 16 juni heeft de Raad van Toezicht mij schriftelijk laten weten dat de IUR maatschappelijke commotie wil voorkomen en dat de rector daarom zijn facebookpagina zal sluiten. Hoewel ik het waardeer dat de IUR probeert te voorkomen dat discriminerende uitingen in de toekomst weer tot maatschappelijke commotie zullen leiden, is mij nog niet voldoende gebleken dat de IUR ook daadwerkelijk vindt dat dergelijke uitingen niet passen bij het boegbeeld van een onderwijsinstelling die voor zichzelf een rol ziet in het integratieproces. Ik heb daar geen vertrouwen in. Dat betekent dat het verscherpt toezicht van de inspectie van kracht blijft, en dat ik in afwachting van het oordeel van de NVAO – die beoordeelt in hoeverre het gegeven onderwijs aan die doelstellingen beantwoordt – verder zal werken aan het voorstel waarmee de opdracht tot maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef wettelijk wordt verankerd. Wanneer die wet van kracht is zal ik niet aarzelen dit middel in te zetten als ik er op dat moment nog steeds niet van overtuigd ben dat de IUR in staat is de maatschappelijke opdracht te kunnen en willen vervullen. Dat heb ik het stichtingsbestuur en de RvT ook laten weten.
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de leden Karabulut en Jasper Van Dijk (beiden SP), ingezonden 11 juni 2015 (vraagnummer 2015Z10914)
Algemeen Dagblad, 22 mei 2015 ad.nl/ad/nl/1038/Rotterdam/article/detail/3659648/2014/05/22/Rector-Turks-Nederlandse-politici-zijn-landverraders.dhtml
Algemeen Dagblad, 4 maart 2015 ad.nl/ad/nl/1038/Rotterdam/article/detail/3882450/2015/03/04/Rector-Islamitische-Universiteit-weer-over-de-schreef.dhtml
trouw.nl/tr/nl/5009/Archief/article/detail/2501212/2000/11/07/Rector-IUR-je-vrouw-slaan-mag-maar-niet-regelmatig.dhtml
Algemeen Dagblad, 8 juni 2015, ad.nl/ad/nl/1038/Rotterdam/article/detail/4062349/2015/06/08/Rector-universiteit-Stem-niet-op-homo-s-en-Armeniers.dhtml
ad.nl/ad/nl/1038/Rotterdam/article/detail/4067638/2015/06/10/Minister-Rector-moet-weg-na-controversiele-uitspraken.dht
rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/Kamerstukken/2014/03/07/kamerbrief-over-de-islamitische-universiteit-rotterdam.html
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-2813.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.