Vragen van de leden Kerstens en Mohandis (beiden PvdA) de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «burgemeester «geeft» Omroep West-baas bonus» (ingezonden 28 november 2014).

Nader antwoord van Minister Plasterk (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 10 maart 2015). Zie ook Aanhangsels Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nrs. 859 en 1045

Vraag 1

Kent u het bericht «burgemeester «geeft» Omroep West-baas bonus»1 en herinnert u zich de antwoorden op eerdere vragen over het bericht «Bonus directeur regionale omroep L1 onder de loep»?2

Vraag 2

Is het waar dat de regionale omroep Omroep West een bonus heeft uitgekeerd aan de directeur ter hoogte van ruim 13.844 euro?

Vraag 3

Op welke wijze is naar buiten gekomen dat een deel van het salaris van de directeur een bonus betrof? Op welke wijze is dit bedrag verantwoord? Is dit volgens de regels verlopen?

Vraag 4

In hoeverre is het relevant of een bonus ertoe leidt dat de bezoldiging van een topfunctionaris boven de WNT-norm (Wet normering topinkomens) uit komt? Deelt u de mening dat dit niet relevant zou moeten zijn?

Vraag 5

Is inmiddels duidelijk geworden, uit onderzoek van het Commissariaat voor de Media of anderszins, of de bonus uitgekeerd aan de directeur van L1 onrechtmatig was? Zo ja wat was de uitkomst van dat onderzoek? Zo nee, wanneer valt die uitkomst te verwachten?

Vraag 6

Deelt u de mening, mede in het licht van de bonus voor de directeur van L1, dat uit de bonus voor de directeur van Omroep West blijkt dat er tenminste onduidelijkheid bestaat over de regels ten aanzien van het toestaan van bonussen? Zo ja, wat gaat u doen om duidelijk te maken wat er onder het regime van de WNT wel en niet is toegestaan met betrekking tot bonussen? Zo nee, betekent het feit dat het wel duidelijk is wat die regels zijn, dat de WNT willens en wetens wordt overtreden?

Vraag 7

Is het tweede bericht over een mogelijk onrechtmatige bonus aan een directeur van een regionale omroep voor u of voor het Commissariaat voor de Media aanleiding om onderzoek te doen naar deze praktijken bij andere (regionale) omroepen?

Vraag 8

Wat is de stand van zaken van uw overleg met de VNG en het IPO over de mogelijkheid voor subsidieverlenende decentrale overheden om vooraf in de subsidieverordening voorwaarden op te nemen ten aanzien van inkomens van bestuurders bij de instelling die om een subsidie verzoekt?

Vraag 9

Heeft u, mede in het licht van de rode cijfers van de omroep en ongeacht de bonus, een opvatting over de hoogte van de bezoldiging van deze directeur?

Vraag 10

Baart het u zorgen dat het overgangsrecht ook in deze casus, net als in de L1-casus, als rechtvaardiging voor de bonus wordt gebruikt? Zo ja, welke acties onderneemt u naar aanleiding van dit kennelijk bestaande misverstand?

Nader antwoord

Zoals aangekondigd in de antwoorden op de vragen van de leden Kerstens en Mohandis (beiden PvdA) over het bericht «burgemeester «geeft» Omroep West-baas bonus» (Zie Handelingen II 2014/2015, nr. 1045, antwoord 2, 3 en 5) informeer ik u met deze brief over de eindbevindingen van het onderzoek naar de verstrekte bonussen.

Bij alle regionale publieke omroepen heeft de Eenheid toezicht WNT van mijn ministerie onderzoek gedaan naar de naleving van de Wet normering topinkomens (WNT), met specifieke aandacht voor tantièmes, bonussen, winstdelingen of andere incidentele (variabele) beloningen die zijn uitgekeerd aan de topfunctionarissen. Een feitelijk vooronderzoek door het Commissariaat voor de Media vormde hiervoor het vertrekpunt. De uitkomsten van het onderzoek naar de naleving van de WNT zijn als volgt.

Bij vier regionale publieke omroepen (Omroep West, L1, RTV Rijnmond en RTV Noord), zijn bonusbetalingen aangetroffen in 2013 (die betrekking hadden op geleverde prestaties in 2012). Dergelijke bonusbetalingen zijn niet toegestaan op grond van artikel 2.11 WNT. Echter, uit het onderzoek is gebleken dat zij al tussen partijen waren overeengekomen voorafgaand aan de inwerkingtreding van de WNT. Om die reden is op deze bonusbetalingen het overgangsrecht van artikel 7.3 van de WNT van toepassing (tot uiterlijk 1 januari 2017) en zijn zij derhalve niet strijdig met de wet. Of het verstandig of wenselijk is dat deze bonussen toen zijn toegekend is vanzelfsprekend een andere zaak.

Bij één regionale publieke omroep (Omroep Flevoland) is een variabele beloning aangetroffen die niet strijdig is met artikel 2.11 WNT, aangezien deze beloning aangemerkt moet worden als een eenmalige bindingspremie. Een eenmalige bindingspremie is expliciet toegestaan op grond van artikel 2 van het Uitvoeringsbesluit WNT.

Bij de overige regionale publieke omroepen zijn geen bonusbetalingen of andere vormen van variabele beloning aangetroffen.

Op grond van bovenstaande bevindingen behoeft ter zake van deze bonusbetalingen geen handhaving op grond van de WNT plaats te vinden.


X Noot
1

Volkskrant 27 november 2014

X Noot
2

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2014–2015, nr. 528

Naar boven