Vragen van het lid Schouw (D66) aan de Staatssecretarissen van Veiligheid en Justitie en van Financiën over de berichten van mogelijke fraude bij de Staatsloterij (ingezonden 25 september 2014).

Antwoord van de Staatssecretarissen Wiebes (Financiën) en Teeven (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 1 oktober 2014)

Vraag 1

Bent u bekend met de berichtgeving over het door de Kansspelautoriteit gestarte onderzoek naar mogelijke fraude bij de Staatsloterij?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Wanneer had u respectievelijk de Kansspelautoriteit voor het eerst indicaties dat er mogelijk sprake is van fraude bij de Staatsloterij? Welke indicaties waren dat? Welke acties heeft u daarna in gang gezet?

Antwoord 2

Over lopende onderzoeken doet de Kansspelautoriteit geen mededelingen. Het onderzoek van de Kansspelautoriteit richt zich op de naleving van de voorschriften die zijn verbonden aan de vergunning van de Staatsloterij. Op grond van de Wet op de kansspelen is de Kansspelautoriteit belast met het toezicht op de naleving van die wet en de onderliggende regelgeving (waaronder de vergunningen), alsmede de handhaving daarvan.

De departementen zelf hadden, tot zij door de Kansspelautoriteit waren geïnformeerd over het onderzoek bij de Staatsloterij, geen indicaties van mogelijke overtreding van de vergunningsvoorwaarden.

Vraag 3

Is overwogen om de komende trekking van de Staatsloterij niet door te laten gaan vanwege vermoedens van fraude?

Antwoord 3

Over lopende onderzoeken doet de Kansspelautoriteit geen mededelingen. Een overtreding van de vergunningsvoorwaarden, wat niet per se ziet op fraude, kan voor de Kansspelautoriteit aanleiding zijn passende maatregelen te nemen. Het laten opschorten van een trekking is een ingrijpende maatregel die de Kansspelautoriteit slechts in overweging zal nemen ingeval hiertoe zwaarwegende argumenten nopen. Tot dusver heeft de Kansspelautoriteit hiertoe geen aanleiding gezien.

Vraag 4

Welke verantwoordelijkheid heeft de Nederlandse Staat als enige aandeelhouder van de Staatsloterij?

Antwoord 4

De Stichting Exploitatie Nederlandse Staatsloterij wordt door de Staatssecretaris van Financiën beheerd als staatsdeelneming. Hij heeft daartoe op grond van de statuten verschillende (pseudo-) aandeelhoudersbevoegdheden. De Nota Deelnemingenbeleid 20132 gaat nader op in deze bevoegdheden en het beleid bij het beheer van staatsdeelnemingen.

Vraag 5 en 6

In welke mate bent u systeemverantwoordelijk voor de toezichthouder?

Wanneer en onder welke voorwaarden kan door u worden ingegrepen bij de Kansspelautoriteit?

Antwoord 5 en 6

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie draagt stelselverantwoordelijkheid voor het Kansspelbeleid in brede zin, en als onderdeel daarvan, de taakuitoefening door de Kansspelautoriteit. Deze stelselverantwoordelijkheid houdt in dat de Staatssecretaris via wet- en regelgeving de condities schept die de Kansspelautoriteit in staat stellen haar uitvoerings- en toezichtstaken naar behoren te vervullen. Binnen de gestelde regels heeft de Kansspelautoriteit de ruimte en de bevoegdheid haar taken naar eigen inzicht uit te oefenen.

Op grond van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen heeft de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie de bevoegdheid een besluit van de Kansspelautoriteit te vernietigen indien dit in strijd met het recht of het algemeen belang is. Daarnaast kan hij, indien de Kansspelautoriteit haar taak ernstig verwaarloost, de noodzakelijke voorzieningen treffen. Het gebruik van deze bevoegdheden is nader geregeld in de Algemene wet bestuursrecht.

Vraag 7

Kunt u bevestigen dat er geen enkel contact is geweest tussen de directie van de Kansspelautoriteit en het departement over mogelijke fraude of een voorgenomen onderzoek?

Antwoord 7

Direct nadat de Kansspelautoriteit de Staatsloterij had geïnformeerd over het ingezette onderzoek naar de naleving van de voorschriften die zijn verbonden aan de vergunning van de Staatsloterij, heeft de Kansspelautoriteit de Ministeries van Veiligheid en Justitie (als verantwoordelijke voor het kansspelbeleid) en van Financiën (als pseudo-aandeelhouder van de staatsloterij) daarvan in kennis gesteld.

Vraag 8 en 9

Bent u bereid uiterlijk dinsdag 30 september te 12.00 uur een eerste rapportage aan de Kamer te zenden met daarin een oordeel of er wel of niet sprake is van fraude?

Bent u bereid de trekking van de Staatsloterij op te schorten als in deze rapportage niet gegarandeerd kan worden dat er geen sprake is van fraude?

Antwoord 8 en 9

Zoals de Staatssecretaris van Financiën ook bij de beantwoording van de vragen van het lid Van Oosten (VVD) tijdens het vragenuur van 23 september jl. heeft aangegeven, is het nu aan de Kansspelautoriteit om het onderzoek af te ronden en de termijn voor afronding te bepalen. De Kansspelautoriteit heeft tot op heden geen aanleiding gezien om maatregelen te treffen bij de Staatsloterij.


X Noot
1

«Onderzoek naar mogelijk gesjoemel bij Staatsloterij», De Volkskrant, 20 september 2014

X Noot
2

Kamerstuk 28 165, nr. 165.

Naar boven