Vragen van het lid Bashir (SP) aan de Staatssecretaris van Financiën over de voorlopige aanslag 2015 (ingezonden 16 januari 2015).

Antwoord van Staatssecretaris Wiebes (Financiën) (ontvangen 26 januari 2015).

Vraag 1

Wijkt de wijze van het opleggen van de voorlopige aanslag af van hoe dit vorige jaren werd opgelegd? Is er een verandering in de werkwijze van de Belastingdienst? Zo niet, hoe kan het dan dat veel mensen die nu een voorlopige aanslag krijgen vorige jaren in het begin van het jaar geen voorlopige aanslag kregen? Zo ja, kunt u uitleggen hoe de werkwijze afwijkt van vorige jaren en waarop deze wijziging gebaseerd is?

Vraag 2

Bent u zich ervan bewust dat veel mensen die een voorlopige aanslag voor 2015 hebben gekregen en een bedrag moeten betalen, ook nog een aanslag voor 2014 zullen krijgen (waarin ook nog een naheffing staat) en dat dit neerkomt op het betalen van veel belasting in een korte termijn?

Vraag 3

Bent u zich ervan bewust dat de voorlopige aanslag voor 2015 voor veel mensen onverwacht is, omdat zij gewend waren om pas in 2016 een aanslag te krijgen over 2015? Hoe kan het dat de fiscus mensen zo heeft kunnen verrassen?

Vraag 4

Worden u en de Belastingdienst ook overspoeld met klachten van belastingplichtigen over dit onderwerp? Zo ja, hoeveel mensen hebben zich al gemeld over dit onderwerp en waarom heeft u dit niet beter gecommuniceerd?

Vraag 5

Bent u bereid om belastingplichtigen tegemoet te komen en nadrukkelijk te wijzen op de mogelijkheid om in termijnen te betalen? Kunt u ook nogmaals bevestigen dat aan het betalen in termijnen van de voorlopige aanslag 2015 geen extra kosten verbonden zijn?

Nader antwoord

Op 16 januari jl. heeft het lid Bashir (SP) vragen gesteld over de voorlopige aanslag 2015 (kenmerk 2015Z00610). De vragen van het lid Bashir heb ik beantwoord in mijn brief van vandaag over hetzelfde onderwerp met kenmerk (Kamerstuk 31 066, nr. 227), die ik u op verzoek van de vaste commissie voor Financiën heb gestuurd. Voor de duidelijkheid is in de brief door middel van voetnoten naar de individuele vragen van het lid Bashir verwezen.

Naar boven