Vragen van het lid Schouw (D66) aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over de rapportage Vreemdelingenketen 2013 (ingezonden 17 juni 2014).

Antwoord van Staatssecretaris Teeven (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 25 juli 2014). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2013–2014, nr. 2460.

Vraag 1

Bent u bekend met de rapportage Vreemdelingenketen 2013?

Antwoord 1

Ja

Vraag 2

Herinnert u zich uw toezegging (Kamerstuk 19 637, nr. 1605) de Kamer periodiek te informeren over de verhuisbewegingen van asielkinderen?

Antwoord 2

Ja. Ik rapporteer dan ook jaarlijks aan uw Kamer over de verhuisbewegingen van kinderen middels de Rapportage Vreemdelingenketen (RVK).

Vraag 3

Kunt u bij de cijfers over de bezetting van en verblijfsduur in de opvang aangeven om hoeveel kinderen in hoeveel gezinnen het gaat?

Antwoord 3

Op 1 januari 2014 verbleven er in totaal 2.230 gezinnen met minderjarige kinderen in COA-locaties. Het totaal aantal minderjarigen (incl. amv’s) was 5.130. (Bron COA; afgerond op tientallen).

Tabel 1: Verblijfsduur minderjarigen (incl. amv’s) in de centrale opvang (incl. gezinslocaties en VBL), 1 januari 2014

Verblijfsduur

< 1 jaar

1–2 jaar

2–3 jaar

3–4 jaar

4–5 jaar

> 5 jaar

 

61%

14%

10%

7%

4%

4%

Bron COA; afgerond op tientallen

Vraag 4

Hoeveel kinderen zijn er bij de verhuizingen tijdens de asielprocedure betrokken en uit hoeveel gezinnen komen deze kinderen?

Antwoord 4

Zoals gemeld in de RVK januari-december 2013 waren er in 2013 in totaal 1690 verhuisbewegingen van minderjarige kinderen in gezinnen. Daarbij ging het om 1.370 minderjarigen in 690 gezinnen1.

Vraag 5

Kunt u in een tabel uiteenzetten hoeveel gezinnen er twee, drie of meerdere keren zijn verhuisd?

Antwoord 5

In onderstaande tabel is opgenomen hoe vaak gezinnen met minderjarige kinderen in 2013 zijn verhuisd.

Tabel 2: Aantal verhuizingen van gezinnen met minderjarige kinderen in 2013

Aantal keer verhuisd

Aantal gezinnen

1

550

2

120

3

20

4

<10

Totaal

690

Bron COA; afgerond op tientallen

Vraag 6

Bent u bereid bij de verhuiscijfers alle verhuisbewegingen tijdens de asielprocedure mee te tellen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 6

Nee. Zoals eerder aan uw Kamer gemeld, worden verplaatsingen die onderdeel zijn van de asielprocedure niet afzonderlijk geregistreerd.

Vraag 7

Kunt u aangeven hoeveel kinderen in hoeveel gezinnen in 2013 in de gezinslocaties verbleven?

Antwoord 7

Op 1 januari 2014 verbleven er in totaal 610 gezinnen met minderjarige kinderen in de gezinslocaties. Het aantal minderjarigen in deze gezinnen was 1.080. (Bron COA; afgerond op tientallen).

Vraag 8

Kunt u de uitstroomcijfers vanuit gezinslocaties over 2012 en 2013 in een tabel uiteenzetten?

Antwoord 8

In de onderstaande tabel worden de uitstroomcijfers vanuit de gezinslocaties over 2012 en 2013 weergegeven.

Tabel 3: Uitstroom van personen uit gezinslocaties

Uitstroom

2012

2013

Zelfstandig vertrek

110

240

Zelfstandig vertrek zonder toezicht

190

180

Vergunning verleend

90

590

Naar bewaring

110

100

Bron: DT&V. Afgerond op tientallen.

In 2013 is in het kader van de regeling langdurig verblijvende kinderen aan vele gezinnen in de gezinslocaties een verblijfsvergunning verleend. Mede gelet op deze beleidsontwikkeling is het totaal aantal vreemdelingen binnen deze uitstroomcategorie «vergunning verleend» in 2013 aanzienlijk gestegen.


X Noot
1

De titel van tabel 3.9 van de rapportage Vreemdelingenketen over de periode januari-december 2013 (Kamerstukken II, 2013–2014, 19 637 nr. 1800) wekt de indruk dat over het aantal verhuizingen van hele gezinnen gerapporteerd wordt. Echter, het aantal betreft de verhuisbewegingen van de minderjarige kinderen in de gezinnen. De formulering wordt in de rapportage Vreemdelingenketen over de periode januari-december 2014 aangepast.

Naar boven