Aanhangsel van de Handelingen
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2012-2013 | 800 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2012-2013 | 800 |
Wat is uw reactie op het bericht dat de Duitse centrale bank haar goudvoorraad gaat controleren en deels repatriëren?1 Vindt u dat een goed idee?
Bent u van mening dat enkel een schriftelijke bevestiging van het feit dat het goud op de afgesproken plek ligt opgeslagen, onvoldoende is? Zo nee, waarom niet?
Op welke wijze wordt bewezen dat de Nederlandse goudvoorraad zich bevindt op de plekken waarop deze zich volgens afspraken hoort te bevinden? Op welke wijze wordt de echtheid gecontroleerd?
Wordt de aanwezigheid en echtheid van de Nederlandse goudvoorraad periodiek gecontroleerd? Hoe frequent worden deze controles uitgevoerd en onder welke voorwaarden geschiedt dit?
Wat waren de bevindingen tijdens de laatste controle op aanwezigheid en echtheid van de Nederlandse goudvoorraad? Wanneer vond deze plaats?
Bent u van mening dat de Nederlandse goudvoorraad met enige regelmaat fysiek dient te worden gecontroleerd? Zo ja, bent u bereid de Nederlandse Bank (DNB) te verzoeken met regelmaat de goudvoorraad te controleren?
Ik verwijs naar mijn reactie op de Kamervragen van het lid van Hijum van 16 november jl. (2012Z19571). DNB heeft aangegeven dat de controle van de Nederlandse goudvoorraad gebaseerd is op passende procedures. Zo ontvangt DNB jaarlijks van alle bewaarders van het goud een overzicht van de voorraad. Daarnaast vraagt en ontvangt de interne accountantsdienst van DNB jaarlijks een verificatie van de interne accountantsdienst van de centrale banken waar het goud ligt opgeslagen. Voorts kiest DNB ervoor delen van de goudvoorraad in bewaring te geven bij drie centrale banken met een uitstekende staat van dienst, waarmee zij al decennia lang een goede relatie heeft. Gezien de jaarlijkse controles en het feit dat de verkoop van goud in de praktijk altijd vlekkeloos is verlopen, zie ik voor Nederland geen aanleiding om de goudvoorraad fysiek te controleren of deels te repatriëren.
Vindt u het een goed idee om het goud vanuit het buitenland terug te halen naar Nederland? Kunt u uw antwoord toelichten?
Is DNB bereid om de in het buitenland opgeslagen goudvoorraad terug te halen naar Nederland om deze hier op te slaan? Zijn hierbij juridische, technische dan wel praktische belemmeringen?
Wat houdt het locatiebeleid van DNB in, waar in antwoorden op eerdere vragen over werd gesproken?2 Kunt u dit toelichten?
Repatriëring van de goudvoorraad is voor Nederland niet aan de orde. Wel heeft DNB de nodige ervaring met het verplaatsen van goud en is dit juridisch, technisch en praktisch uitvoerbaar. Zoals ik in mijn beantwoording van de Kamervragen van het lid van Hijum (2012Z19571) aangaf, voert DNB een locatiebeleid waarbinnen het goud op vier verschillende locaties wordt bewaard. DNB stelt dat de spreiding over meerdere locaties zowel de veiligheid van de opslag als de beschikbaarheid van de goudvoorraad vergroot. Zo is het opportuun om de goudvoorraad dicht bij grote financiële centra te hebben, zoals in New York en Londen. Daarbij wordt volgens DNB periodiek geëvalueerd of de verdeling tussen de locaties aanpassing behoeft.
Is DNB van plan de komende periode goud te verkopen?
Welke afspraken zijn er binnen het Central Bank Gold Agreement 3 voor de periode 2009–2014 gemaakt betreffende de mogelijkheid voor DNB om goud te verkopen?
Binnen Central Bank Gold Agreement 3 is er onder andere de afspraak gemaakt dat de jaarlijkse goudverkopen niet boven een plafond van 400 ton uitkomen en dat het totaal aantal verkopen gedurende de periode niet boven de 2,000 ton uitkomt. Dit is gedaan om ongewenste schommelingen in de goudprijs te voorkomen. Vanwege de onafhankelijkheid van DNB in haar rol als monetaire autoriteit, kan ik geen mededeling doen over eventuele verkoopplannen van goud door DNB.
Kunt u toelichten waarom DNB het relatieve goudbezit meer in lijn wilde brengen met andere goudhoudende landen, zoals werd aangegeven in de eerdere vragen?2
Hoeveel moet de goudvoorraad volgens u bedragen om te kunnen dienen als ultieme reserve?
Kunt u een voorbeeld geven van een situatie waarbij een aanspraak op de Nederlandse goudvoorraad als ultieme reserve zou moeten worden gemaakt?
Sinds het einde van het stelsel van Bretton Woods dient goud geen expliciete functie meer als dekking van geld. Desalniettemin draagt het nog steeds–op meer indirecte wijze–bij aan het vertrouwen in het financiële bestel. Het proces van Europese monetaire integratie gaf begin jaren negentig aanleiding tot een herevaluatie van de omvang van de goudvoorraad. Goud maakte destijds een zeer groot aandeel uit van de totale goud- en deviezenreserves van DNB. Ook was de voorraad in relatieve zin aanmerkelijk groter dan het Europese gemiddelde. Dit was aanleiding voor DNB om de goudvoorraad voor een deel te verkopen en meer in lijn te brengen met die van andere landen. Hierbij werd het voor een klein land als Nederland verstandig geacht een meer dan gemiddelde goudvoorraad aan te blijven houden ten opzichte van andere centrale banken. Ook nu beziet DNB de omvang van de goudvoorraad in internationaal perspectief. Een aanspraak op de goudvoorraad als ultieme reserve kan bijvoorbeeld in extreme crisissituaties gedaan worden waarin liquiditeit nodig is om aan de financiële verplichtingen te voldoen. Het goud zou dan als onderpand gebruikt kunnen worden.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-800.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.