Vragen van het lid Thieme (PvdD) aan de staatssecretaris van Economische Zaken over
het stikken van varkens door een kapot ventilatiesysteem (ingezonden 21 juni 2013).
Antwoord van staatssecretaris Dijksma (Economische Zaken) (ontvangen 14 augustus 2013).
Vraag 1
Hoe beoordeelt u het feit dat er in Milheeze 1.100 varkens zijn doodgegaan nadat het
ventilatiesysteem uitviel, en welke consequenties verbindt u hieraan?1
Antwoord 1
Dit is een zeer te betreuren gebeurtenis voor de varkens en de getroffen ondernemer.
Dit soort calamiteiten geeft aan hoe belangrijk het is dat er noodsystemen aanwezig
zijn, dat er een alarmsysteem in werking treedt en dat beiden regelmatig worden getest.
Vraag 2 en 6
Heeft u er kennis van genomen dat het ventilatiesysteem in de stal mogelijk al sinds
dinsdagavond 18 juni jl. kapot was, maar dat dit pas in de loop van de volgende dag
geconstateerd werd? Zo ja, hoe beoordeelt u dit, mede in het licht van de zorgplicht?
Is er proces verbaal opgemaakt tegen de betreffende ondernemer? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2 en 6
Het onderzoek naar de toedracht van deze calamiteit is nog niet afgerond maar uit
voorlopige resultaten blijkt dat zowel het noodsysteem als het alarm niet in werking
zijn getreden. Voor het onderzoek is de betreffende apparatuur meegenomen waarbij
wordt uitgezocht wat de oorzaak is geweest. Tevens wordt onderzocht wanneer de apparatuur
voor het laatst is gecontroleerd.
Vraag 3
Dit is niet de eerste keer dat er dieren omkomen doordat het ventilatiesysteem in
een stal het begeeft, kunt u dat bevestigen?2 Zo ja, kunt u een overzicht verschaffen van vergelijkbare gebeurtenissen in de afgelopen
vijf jaar en steeds daarbij aangeven hoeveel dieren er zijn omgekomen? Zo nee, waarom
beschikt u niet over deze gegevens?
Antwoord 3
Uit beschikbare bronnen blijkt dat in de afgelopen 5 jaar drie soortgelijke situaties
hebben voorgedaan in de varkenshouderij. Het ging hier in totaal om respectievelijk
230, 900 en 500 varkens. In de pluimveehouderij zijn op basis van beschikbare bronnen
tot nog toe geen vergelijkbare gevallen bekend. Vorig jaar bleek echter op verschillende
bedrijven dat bij extreem hoge buitentemperaturen de ventilatie onvoldoende toereikend
was. Op 2 bedrijven kwamen hierbij 400 kippen om.
Vraag 4, 7 en 8
Deelt u de mening dat potdichte stallen, waarbij ventilatie noodzakelijk is voor het
kunnen overleven van de dieren in deze stal, zeer kwetsbaar zijn voor technische fouten
en dat deze fouten grote consequenties hebben voor het dierenwelzijn? Zo nee, waarom
niet?
Bent u bereid een alarmsysteem voor het uitvallen van ventilatiesystemen in stallen
verplicht te stellen? Zo nee, waarom niet?
Bent u bereid een tijdcontrole systeem, vergelijkbaar met een tachograaf in vrachtwagens,
verplicht te stellen voor het gebruik van luchtwassers en ventilatiesystemen in stallen
zodat die systemen niet in strijd met de regels uitgeschakeld kunnen worden zonder
sancties? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?
Antwoord 4, 7 en 8
In de Europese richtlijn over het welzijn van productiedieren (98/58/EG) die is geïmplementeerd
in het nationale Besluit welzijn productiedieren is vastgelegd dat, indien een dier
afhankelijk is van een kunstmatig ventilatiesysteem, deze voorzien moet zijn van een
noodsysteem waarmee voldoende verse lucht kan worden aangevoerd om de gezondheid en
het welzijn van het dier te waarborgen als het hoofdsysteem uitvalt. Indien het hoofdsysteem
uitvalt moet een alarmsysteem in werking treden en dit alarmsysteem moet regelmatig
worden getest.
Indien deze systemen niet aanwezig zijn of indien wel aanwezig maar niet regelmatig
gecheckt dan vormen dichte stallen een risico voor zowel mens als dier. Daarom wordt
hier zowel door de NVWA als door controlerende instanties in het kader van ketenkwaliteitssystemen
op gecontroleerd en kan indien nodig handhavend worden opgetreden. De ondernemer heeft
er baat bij dat er een goed werkend ventilatiesysteem aanwezig is; er is geen reden
deze uit te schakelen. Ik ben derhalve niet voornemens een tijdscontrolesysteem voor
te gaan schrijven.
Vraag 5
Bent u bereid om vergaande maatregelen te nemen zodat dieren te allen tijde kunnen
beschikken over een buitenloop en daarmee over frisse lucht zodat dit soort ongevallen
niet meer voorkomen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?
Antwoord 5
De huidige Europese regelgeving en de implementatie daarvan door middel van nationale
regelgeving voldoet. Wel ben ik bereid, mede naar aanleiding van de motie van het
lid Ouwehand (33 605-XIII, nr. 18) van 4 juli 2013, om deze zomer extra stalklimaatcontroles uit te voeren op veehouderijbedrijven.
Hierover bent u middels een aparte brief geïnformeerd.