Vragen van het lid Lodders (VVD) aan de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie over het bericht «Bleker en Ciolos zijn het eens over vergroening Europees landbouwbeleid» (ingezonden 4 oktober 2012).

Antwoord van staatssecretaris Bleker (Economische Zaken, Landbouw en Innovatie) (ontvangen 9 oktober 2012).

Vraag 1

Kent u het bericht «Bleker en Ciolos zijn het eens over vergroening Europees landbouwbeleid?»1

Antwoord

Ja.

Vraag 2

Kunt u aangeven wat precies de uitkomsten zijn van het gesprek tussen u en Eurocommissaris Ciolos van Landbouw en Plattelandsbeleid?

Antwoord

Ik heb u reeds schriftelijk geïnformeerd over de uitkomsten van dit gesprek middels het verslag van de Landbouw- en Visserijraad van 24 en 25 september jl. (TK 21 501-32, nr. 641).

Vraag 3

Deelt u de opvatting dat de inkomenssteun niet gekoppeld zou moeten worden aan de vergroeningsmaatregelen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

Zoals ik ook op uw vragen in het schriftelijk overleg ter voorbereiding op de Landbouw- en Visserijraad van 24 en 25 september jl. heb geantwoord (TK 21 501-32, nr. 639) blijft het kabinet zich er voor inzetten dat directe betalingen van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) worden omgevormd naar doelgerichte betalingen. Zowel ter versterking van de concurrentiekracht en duurzaamheid als voor vergoeding van maatschappelijke prestaties. Volledige loskoppeling van de vergroeningspremie zou dit effect in mijn ogen te zeer verzwakken.

Vraag 4

Welke gelijkwaardige maatregelen wilt u gaan nemen naast de vergroeningsmaatregelen van de Europese Commissie? Kunt u aangeven of deze maatregelen de vergroeningsmaatregelen vervangen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

Ik heb met Commissaris Ciolos gesproken over de mogelijkheid om de vergroening van het GLB niet in te vullen met de door de Europese Commissie voorgestelde vergroeningsmaatregelen, maar in plaats daarvan via agrarisch natuurbeheer en door bedrijfscertificering.

Vraag 5

Kunt u aangeven aan welke doelen de gelijkwaardige maatregelen moeten voldoen? Deelt u de mening dat agrarische ondernemers deze doelen zelf zouden moeten invullen en dat er geen rol is weggelegd voor de overheid om dergelijke maatregelen op te stellen om aan deze doelen te voldoen?

Antwoord

Ik ben het met de Eurocommissaris eens dat een alternatieve invulling van de vergroeningsmaatregelen minstens een gelijk resultaat moeten opleveren voor de doelen biodiversiteit, klimaat, water en bodem. Ik ben er geen voorstander van dat boeren zelf de doelen bepalen, maar wel dat zij meer vrijheid krijgen bij het bepalen met welke maatregelen zij deze doelen willen bereiken. Ik zet me er daarom actief voor in om boeren in een streek meer flexibiliteit te bieden om de gestelde doelen te bereiken, bijvoorbeeld door een versterking van collectief agrarisch natuurbeheer.

Vraag 6

Wat is de stand van zaken betreffende de onderhandelingen over de voorgestelde vergroeningsmaatregelen verplichte gewasrotatie, permanent grasland en het 7% braakleggen van landbouwgronden? Kunt u bevestigen dat deze maatregelen intussen van tafel zijn? Zo nee, waarom niet? Bent u bereid om de komende periode zich te blijven verzetten deze maatregelen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik naar het verslag van het schriftelijk overleg ter voorbereiding op de informele Landbouwraad van 9 – 11 september jl. (TK 21 501, nr. 635).

Vraag 7

Bent u bereid om deze vragen ruim vóór 10 oktober a.s. – de datum waarop het algemeen overleg Landbouw- en Visserijraad 22 en 23 oktober 2012 plaatsvindt – te beantwoorden?

Antwoord

Ja.


X Noot
1

AgriHolland, 24 september 2012

Naar boven