Vragen van het lid Van Weyenberg (D66) aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over minder vrije dagen voor niet-vakbondsleden (ingezonden 19 februari 2013).

Antwoord van minister Kamp (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 20 maart 2013)

Vraag 1

Wat is uw reactie op het bericht «Extra vrije dag voor vakbondsleden»?1

Antwoord 1

Een cao is een private overeenkomst tussen een werkgever of een werkgeversorganisatie en een of meer werknemersorganisaties. De werkgever is gehouden deze afspraken ook toe te passen op werknemers die geen lid zijn van de vakbond of lid zijn van een andere vakbond die de cao gesloten heeft, tenzij in de cao anders is bepaald. Hoe groot de ruimte is om afspraken te maken die alleen gelden voor vakbondsleden is aan het oordeel van de rechter.

Ik wil benadrukken dat cao-partijen zelf een belang hebben bij een breed draagvlak voor de door hen gemaakte afspraken: in hun eigen achterban, maar ook breder. Het vraagstuk van het draagvlak voor cao-afspraken heb ik onlangs aan de SER voorgelegd. Ik heb de SER gevraagd of de initiatieven die organisaties van werkgevers en werknemers nu ontplooien om het draagvlak van cao’s te vergroten voldoende zijn of dat het stelsel van cao en avv zou moeten worden geherstructureerd.

Vraag 2

Klopt de berichtgeving feitelijk?

Antwoord 2

Navraag bij de cao-partijen leert dat het juist is dat in het betreffende geval een afspraak is gemaakt die vakbondsleden het recht geeft op een extra vrije dag voor scholing.

Vraag 3 en 4

Hoe verhouden de geciteerde afspraken zich tot het credo «gelijk werk, gelijk loon»?

Bestaat er een juridische basis voor structurele verschillen in beloning en secundaire arbeidsvoorwaarden tussen vakbondsleden en niet-vakbondsleden?

Antwoord 3 en 4

Gelijk loon voor gelijk werk is een belangrijk beginsel. Daarom moeten vakbonden bij het maken van cao-afspraken het belang van alle werknemers scherp in het vizier houden. Een onderscheid in de cao tussen leden en niet-leden kan bovendien ten koste gaan van het brede draagvlak voor de cao.

Los hiervan bestaat juridisch gezien de mogelijkheid om in de cao bepalingen op te nemen die leden van de vakbonden bevoordelen boven niet- of anders-georganiseerden. Ongelijke behandeling op grond van een cao kan, als dat aan de orde is, worden getoetst door de rechter.

Vraag 5

Kunt u in het licht van de discussie, waaraan de vragen 3 en 4 refereren, ingaan op de verplichte vakbondsbijdrage?

Antwoord 5

In een aantal sectoren hebben werkgevers- en werknemersorganisaties afspraken gemaakt over een financiële bijdrage voor vakbondsactiviteiten van de vakbond waarmee de cao overeengekomen wordt: het zogenaamde «vakbondstientje». Dat is een financiële bijdrage van werkgevers of werkgeversorganisaties aan de vakbonden, waarmee die werkgevers(organisaties) een cao afsluiten. Deze vakbondsbijdrage is een private overeenkomst die werkgevers en vakbonden in alle vrijheid met elkaar overeen kunnen komen en waaraan werknemers of ongeorganiseerde werkgevers geen bijdrage leveren.

Vraag 6

Is het waar dat vakbonden een verplichte vakbondsbijdrage ontvangen voor (vrijwel) alle werknemers? Betekent dit wat u betreft ook dat vakbonden namens alle werknemers moeten onderhandelen en daarin geen onderscheid mogen maken?

Antwoord 6

Nee, zie voor meer informatie het antwoord op vraag 5 en vraag 1.

Vraag 7

Kunt u in het licht van de discussie over minder vrije dagen voor niet-vakbondsleden ingaan op de verplichtstelling van cao’s?

Antwoord 7

Cao-partijen kunnen cao-afspraken bij de Minister van SZW voordragen voor algemeen verbindend verklaring, indien aan de vereisten in de Wet AVV, het Toetsingskader AVV en het Besluit aanmelding cao wordt voldaan. Cao-bepalingen die ten doel hebben een ongelijke behandeling van georganiseerden en ongeorganiseerden teweeg te brengen zijn ingevolge de Wet AVV van algemeen verbindend verklaring uitgesloten. Dit omdat door de overheid geen organisatiedwang behoort te worden opgelegd, ook niet op indirecte wijze door algemeen verbindend verklaring van cao-bepalingen die bijzondere voordelen toekennen aan georganiseerden boven ongeorganiseerden. De algemeen verbindend verklaring legt hun gelijke plichten op, maar ook gelijke rechten.

Vraag 8

Erkent u dat niet-vakbondsleden door de verplichtstellingen geen of beperkte eigen onderhandelingsruimte hebben? Betekent dit wat u betreft ook dat vakbonden namens alle werknemers moeten onderhandelen en daarin geen onderscheid mogen maken?

Antwoord 8

Het beoogde effect van algemeen verbindend verklaring is de werknemers te beschermen tegen concurrentie op arbeidsvoorwaarden door onderbieding door niet aan de cao gebonden werknemers en werkgevers. Inherent daaraan is dat voor de duur van de algemeen verbindend verklaring de individuele contractvrijheid van individuele werknemers wordt beperkt. Overigens bevatten cao’s in de regel minimumbepalingen waarvan in gunstige zin voor de werknemer van mag worden afgeweken. Op het tweede gedeelte van uw vraag ben ik reeds in de beantwoording van de vragen 1, 3 en 4 ingegaan.

Vraag 9

Vindt u het – gezien de verplichte vakbondsbijdrage en de verplichtstelling van cao’s – onacceptabel als niet-vakbondsleden een vrije dag minder krijgen voor studie en voor 1000 euro minder aan scholing ontvangen bij een reorganisatie? Zo nee, waar ligt wat u betreft de grens? Is bijvoorbeeld een hoger salaris, meer kans op promotie of betere werkvoorzieningen voor vakbondsleden acceptabel?

Antwoord 9

Zoals ik reeds in mijn beantwoording op vraag 1, 3 en 4 heb geschreven is het niet aan mij om deze grens te bepalen, maar aan de rechter.

Vraag 10

Bent u bereid om ofwel de tweedeling in cao’s tussen vakbondsleden en niet-vakbondsleden te verbieden, ofwel de verplichte vakbondsbijdrage en de verplichtstelling van cao’s af te schaffen?

Antwoord 10

Zoals ik in mijn beantwoording van vraag 5 heb aangegeven, ben ik geen partij bij de overeenkomsten die werkgevers- en werknemersorganisaties met elkaar sluiten over de financiering van vakbondsactiviteiten. Daarnaast komen cao-afspraken waarin onderscheid wordt gemaakt tussen georganiseerde werknemers en ongeorganiseerde werknemers niet in aanmerking om algemeen verbindend te worden verklaard.

Vraag 11 en 12

Kunt u ingaan op artikel 5.3d van het Toetsingskader Algemeen Verbindend Verklaring CAO-bepalingen (AVV) over het beginsel van gelijke behandeling?

Is een tweedeling tussen vakbondsleden en niet-vakbondsleden strijdig met het beginsel van gelijke behandeling? Zo ja, betekent dit dat cao’s met een tweedeling tussen niet-vakbondsleden en vakbondsleden nooit en te nimmer in aanmerking komen voor een algemeen verbindend verklaring?

Antwoord 11 en 12

Cao bepalingen die een onderscheid maken tussen georganiseerden en ongeorganiseerden komen op grond van het bepaalde in de Wet AVV niet voor algemeen verbindend verklaring in aanmerking.

Artikel 5.3.d van het Toetsingskader AVV heeft daar dan ook geen betrekking op. In dat artikel komt tot uitdrukking dat cao-bepalingen die kennelijk in strijd zijn met de gelijke behandelingswetgeving niet voor algemeen verbindend verklaring in aanmerking komen.

Vraag 13 en 14

Wilt u De Unie, FNV Bondgenoten en de twee bedrijven stevig aanspreken over deze tweedeling?

Kunt u deze onrechtvaardigheid ook aankaarten bij het sociaal overleg en inzetten op afspraken om deze tweedeling tegen te gaan?

Antwoord 13 en 14

Ik heb de SER gevraagd om te bezien of dit punt aan de orde kan komen in het advies «Draagvlak voor cao-afspraken» dat de SER momenteel voorbereidt.

Vraag 15

Kunt u reageren op de uitspraak van Niek Stam van FNV Havens: «Inderdaad, we hebben genoeg gedaan voor niet-leden. We gaan voor collectiviteit en solidariteit van de leden, niet voor profiteurs die te beroerd zijn om 160 euro per jaar te betalen. Concreet betekent dat wat ons betreft dat niet-leden bij een reorganisatie er als eerste uitvliegen.»?2

Antwoord 15

De betrokken partijen dienen zich bij reorganisaties aan de geldende wet- en regelgeving houden.

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Nieuwenhuizen-Wijbenga (VVD), ingezonden 19 februari 2013 (vraagnummer 2013Z03331)


X Noot
1

NOS, 18 februari 2013, «Extra vrije dag voor vakbondsleden», http://nos.nl/artikel/475396-extra-vrije-dag-voor-vakbondsleden.html

X Noot
2

Nieuwsblad Transport, 19 september 2012, «Niet-leden vliegen er bij een reorganisatie als eerste uit»

Naar boven