Vragen van het lid Schouw (D66) aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over leges (ingezonden 27 februari 2013).

Mededeling van staatssecretaris Teeven (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 19 maart 2013).

Vraag 1

Herinnert u zich de brief van 4 juli 2012 van de minister voor Immigratie, Integratie en Asiel over het oordeel van het Hof van Justitie van de Europese Unie (EU) dat de leges, die Nederland heft op aanvragen over de status van langdurig ingezeten derdelanders en op aanvragen van langdurig ingezeten derdelanders die vanuit een andere lidstaat naar Nederland komen, overdreven en onevenredig hoog zijn?1

Vraag 2

Kunt u inmiddels al uitsluitsel geven over de gevolgen van de uitspraak voor de overige leges voor verblijfsvergunningen, zoals aanvragen voor een verblijfsvergunning op medische gronden? Kunt u dit juridisch onderbouwen?

Vraag 3

Bent u voornemens vast te houden aan het standpunt van het vorige kabinet dat de leges zoveel mogelijk kostendekkend moeten zijn? Waarom wel of waarom niet, en welke gevolgen verbindt u hieraan? Kunt hierbij toelichten welke kosten er precies worden meegenomen bij het bepalen van de hoogte van de leges?

Vraag 4

Kunt u toelichten waarom de leges voor het vervangen van een vreemdelingendocument (250 euro) vele male hoger zijn dan voor het vervangen van een Nederlands identiteitsdocument of de vervanging van een EU-document?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Schouw (D66) van uw Kamer aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over leges (ingezonden 27 februari 2013) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


X Noot
1

Kamerstuk 30 573, nr. 108

Naar boven