Vragen van het lid Gesthuizen (SP) aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over de huis-aan-huis-verkooppraktijken voor «goede doelen» (ingezonden 10 september 2012).

Mededeling van staatssecretaris Teeven (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 28 september 2012).

Vraag 1

Herinnert u zich de antwoorden op eerdere vragen over dit onderwerp?1

Vraag 2

Bent u nog steeds van mening dat het niet nodig is verplicht te stellen dat een bedrijf dat kaarten verkoopt, waarvan de opbrengst zogenaamd naar goede doelen gaat, openbaar moet maken welke goede doelen dat zijn en welk deel van de opbrengst daadwerkelijk naar het goede doel gaat?

Vraag 3

Controleren alle gemeenten op dit moment de bedrijven die huis aan huis dergelijke kaarten voor goede doelen verkopen? Stellen alle gemeenten ook daadwerkelijk eisen op het gebied van transparantie en externe controle? Zo nee, hoe gaat u er voor zorgen dat dit wel gebeurt?

Vraag 4

Vindt u het nog steeds een verantwoordelijkheid van de burgers zelf om alert te zijn op verkopers die aan de deur komen met verkoopacties voor goede doelen? Welke verantwoordelijkheid ligt er naar uw mening bij de (rijks)overheid, gelet op het belang dat mensen niet het vertrouwen verliezen in (verkoopacties voor) goede doelen in het algemeen?

Vraag 5

Bent u bekend met het feit dat er weer diverse meldingen binnen zijn gekomen van mensen die zich belazerd voelen door het bedrijf Care Promotions? Bent u bereid hier onderzoek naar te doen?

Vraag 6

Bent u bereid te onderzoeken of hier sprake is van misstanden die via strafrechtelijke weg aan te pakken zijn dan wel dat er sprake is van oneerlijke handelspraktijken waarbij de Consumentenautoriteit op kan treden? Welke sancties staan dergelijke bedrijven mogelijk te wachten? Zijn deze naar uw mening afschrikwekkend genoeg?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Gesthuizen (SP) van uw Kamer aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over de huis-aan-huis- verkooppraktijken voor goede «doelen» (ingezonden 10 september 2012) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


X Noot
1

Tweede Kamer, vergaderjaar 2010–2011, Aanhangsel van de Handelingen, nummers 377 en 1598

Naar boven