Vragen van de leden Van Klaveren en Helder (beiden PVV) aan de ministers van Veiligheid en Justitie en voor Immigratie, Integratie en Asiel over de structurele terreur in Utrechtse wijken (ingezonden 24 februari 2012).

Antwoord van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie), mede namens de minister van Immigratie, Integratie en Asiel (ontvangen 23 maart 2012)Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2011–2012, nr. 1856.

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel «Gezin Utrecht geterroriseerd»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Wanneer gaat u, in navolging van de specifieke gesprekken over het aanpakken van terreur tegen homostellen, ook in dit kader de burgemeesters bijeenroepen? In hoeverre heeft u, het vertrouwen verloren in burgemeester Wolfsen?

Antwoord 2

Tijdens de op 14 februari 2012 met burgemeesters gehouden bijeenkomst over wegpesten uit de woonomgeving is in brede zin gesproken over wegpesten en intimidatie. Bij brief van 6 maart 2012 (Kamerstukken II, vergaderjaar 2011–2012, 27 017, nr. 92) hebben de Minister voor Immigratie, Integratie en Asiel en ik u over de uitkomsten van deze bijeenkomst geïnformeerd. De recente gebeurtenissen in Utrecht vallen binnen de reikwijdte van het gevoerde gesprek, en ik zie hierin dan ook geen aanleiding om een nieuwe bijeenkomst te beleggen.

Zoals ook vermeld in antwoord op eerdere vragen, van de leden Van Klaveren, Helder en Brinkman (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2011–2012, nr. 1621) is het primair aan de gemeenteraad om te oordelen over het functioneren van een burgemeester.

Vraag 3

Hoe duidt u het gegeven uit het Jaarrapport Integratie 2011 dat maar liefst 65% van de Marokkaanse jongens tussen 12 en 23 jaar verdachte is van criminaliteit?

Antwoord 3

Het aandeel verdachten onder Marokkaans-Nederlandse jongens tot 23 jaar is met 65% veel hoger dan het aandeel verdachten onder autochtone jongeren (25%). Dit zijn zorgelijke cijfers. Om overlast en criminaliteit op straat aan te pakken, zet het kabinet stevig in op het terugdringen van grensoverschrijdend gedrag van risicojongeren, zowel individueel als in groepsverband. In deze aanpak wordt geen onderscheid naar etniciteit gemaakt. Marokkaans-Nederlandse jongeren en andere groepen niet-westerse allochtonen veroorzaken vaker problemen en zullen daarom navenant meer met deze aanpak in aanraking komen.

Vraag 4

Deelt u de opvatting dat een combinatie van een spijkerharde politieaanpak van het Marokkaanse straattuig, wijkuitzettingen en denaturalisatie een structurele oplossing zullen vormen van de onophoudelijke terreur door deze groep? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

Met betrekking tot de maatregelen die het kabinet neemt om overlast en criminaliteit op straat structureel aan te pakken, verwijs ik u naar het antwoord op de eerdergenoemde vragen door de leden Van Klaveren, Helder en Brinkman.

Specifiek ten aanzien van de gebeurtenissen op 19 en 20 februari 2012 in Utrecht kan ik u melden dat de politie direct onderzoek heeft ingesteld en dat er inmiddels verdachten zijn aangehouden en in hechtenis genomen.


X Noot
1

De Telegraaf, 23 februari 2012.

Naar boven