Vragen van het lid Leijten (SP) aan de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de brandonveiligheid in zorginstellingen (ingezonden 30 december 2011).

Antwoord van staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 21 februari 2012). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2011–2012, nr. 1209.

Vraag 1

Wat is uw reactie op het bericht dat de brandveiligheid zorg niet in orde is?1

Antwoord 1

Naar aanleiding van het rapport «Brandveiligheid van zorginstellingen» (dat op 23 december 2011 naar uw Kamer is gezonden) heeft het kabinet uw Kamer hierover op 7 februari jongstleden een brief gezonden.

Vraag 2, 3, 4 en 7

Hoelang is uw ministerie al op de hoogte van de brandonveiligheid in de zorg? Waarom is dit probleem nog steeds zo groot? Kunt u uw antwoord toelichten?2

Welke maatregelen zijn genomen om brandgevaar terug te dringen? Is dit genoeg geweest, nu blijkt dat 30% van de zorginstellingen zulke ernstige gebreken hebben, dat ingrijpen met betrekking tot de brandveiligheid noodzakelijk is? Kunt u uw antwoord toelichten?3

Herkent u, uit uw oude werkomgeving, de opmerking dat er te weinig wordt gedaan aan voorlichting over brandveiligheid? Bent u bereid serieus werk te maken van goede scholing en voorlichting aan personeel over wat te doen om brand te voorkomen, maar ook hoe te handelen bij brand? Zo neen, waarom niet? Zo ja, hoe gaat u dat doen?

Op welke manier gaat u er voor zorgen dat de brandveiligheid in alle zorginstellingen sterk verbetert en op welke termijn? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 2, 3, 4 en 7

Naar aanleiding van de Schipholbrand is in 2007 door het toenmalige College bouw zorginstellingen een verkennend onderzoek uitgevoerd naar de brandveiligheid in zorginstellingen. Dit onderzoek gaf aan dat de brandveiligheid in de zorg in veel gevallen niet op orde was. In het kader van het Actieprogramma Brandveiligheid ( TK nr. 2006–2007, 26 956, nr. 46) is voor en door de zorgsector het nodige in gang gezet om de brandveiligheid en bewustwording in zorginstellingen te vergroten. Uw Kamer is daarover geïnformeerd (TK 2008–2009, 26 956, nr. 66).

Wat betreft de reden dat ondanks de eerder genomen maatregelen nog steeds sprake is van brandonveiligheid, verwijs ik graag naar de (hoofd)conclusies van het eerder genoemde rapport «Brandveiligheid van zorginstellingen».

Vraag 5

Op welke wijze gaat u de gemeenten aansporen om intensiever te (laten) controleren op de brandveiligheid van zorginstellingen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 5

Voor het aanspreken van gemeenten is de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) als eerste verantwoordelijk. Voor de maatregelen die de minister van BZK zal treffen, verwijs ik naar de kabinetsbrief van 7 februari 2012.

Vraag 6

Bent u bereid sancties op te leggen aan bestuurders die de brandveiligheid in hun zorginstelling niet in orde hebben? Zo ja, welke sancties gaat u opleggen? Zo, nee waarom niet?

Antwoord 6

De wettelijke voorschriften voor brandveiligheid zijn neergelegd in verschillende sectorale wetten en besluiten. Het toezicht en sanctiebeleid op brandveiligheid sluit daarop aan. In de brief van 7 februari 2012 is nader uitgewerkt hoe handhavend zal worden opgetreden.


X Noot
1

Brandveiligheid zorg niet in orde. NOS. 24 december 2011.

X Noot
2

Aanhangsel van handelingen, vergaderjaar 2006/2007. 2060702220.

X Noot
3

Aanhangsel van handelingen, vergaderjaar 2009/2010. 770.

Naar boven